Openbaar Ministerie

Actuele berichten

1 oktober 2004

Bouwfraude: Vier bedrijven en 12 personen staan terecht

In het strafrechtelijk onderzoek naar de bouwfraude zijn door het Landelijk Parket vier bouwconcerns en 12 personen gedagvaard. Op dinsdag 5 oktober 2004 begint de rechtbank Rotterdam met zogenoemde regiezittingen. De strafzaken zullen niet inhoudelijk worden behandeld. De rechtbank bepaalt onder andere welke getuigen nog door de rechter-commissaris moeten worden gehoord.

Op de tenlasteleggingen staan de volgende strafbare feiten:

Oplichting: kern van de verwijten is dat verdachten door listige kunstgrepen de aanbesteders in de waan hebben gelaten dat aanbestedingsprijzen in onderlinge concurrentie tot stand kwamen.

Overtreding van de Wet economische mededinging (WEM): het zogenoemde vooroverleg, heimelijke besprekingen buiten het zicht van opdrachtgevers om prijzen op elkaar af te stemmen.

Valsheid in geschrift: valse facturen om prijsafspraken onderling te verrekenen.

Deelneming aan een criminele organisatie: egalisatiefondsen, samenwerkingsverbanden van aannemers. Zij verrekenden met elkaar in de egalisatiefondsen over en weer uitstaande vorderingen. Deze werden tegen elkaar weggestreept om zoveel mogelijk fysieke betalingen te voorkomen. In de bedrijfsadministratie moesten fysieke betalingen onder andere worden vastgelegd met valse facturen om ontdekking te voorkomen.

Een bedrijf en twee personen wordt ook omkoping van ambtenaren ten laste gelegd.

Historie

Onder leiding van officieren van justitie van het Landelijk Parket is sinds eind 2001 door het Korps landelijke politiediensten (KLPD) onderzoek gedaan naar bouwfraude en ambtelijke corruptie. Aanleiding was een uitzending op 9 november 2001 van het televisieprogramma Zembla. Daarin maakte voormalig technisch directeur A.M. Bos van het bouwconcern Koop Tjuchem BV gewag van een schaduwadministratie met illegale prijsafspraken en corruptie van ambtenaren bij opdrachtgevers.

Bos overhandigde op 13 november 2001 de schaduwadministratie drie ordners met 707 bladzijden op A-3 formaat - aan de minister van Justitie. Door tussenkomst van de voorzitter van het College van procureurs-generaal kreeg het KLPD nog dezelfde dag de beschikking over de stukken. Op 10 december overhandigde Bos nog een aantal bescheiden met onder andere de namen van ambtenaren die corrupt zouden zijn.

De schaduwadministratie bevatte gegevens van 606 alfabetisch gerangschikte bedrijven. In veel gevallen maakt de handgeschreven administratie duidelijk hoe aanbestedingen zijn verlopen, wie een project mocht uitvoeren en welke financiële afspraken met andere bedrijven zijn gemaakt. Uit onderzoek naar de administratie bleek dat de aanneemsommen vermoedelijk werden verhoogd met een bedrag dat de bouwers onderling verdeelden.

Bouwprojecten

Met het oog op verder onderzoek zijn acht bouwprojecten uit de schaduwadministratie geselecteerd. Om tot deze keuze te komen is onder andere gelet op bewijsbare strafbare feiten, ernst van de zaak, representativiteit en de omvang van het bouwproject. Tijdens het onderzoek bleek dat in een geval eventueel gepleegde oplichting inmiddels verjaard was. De overige zeven onderzochte projecten zijn:

Riolering Horst ten Daal (1997), opdrachtgever gemeente Hillegom;

Vervanging van asfalt (1998), opdrachtgever gemeente Spijkenisse;

Vernieuwing brug 348 over de Schinkel (1997), opdrachtgever gemeente Amsterdam;

Omlegging (grond- en verhardingswerk) rijksweg 4 bij Schiphol (1995), opdrachtgever Rijkswaterstaat;

Vervanging toplaag door gietasfalt van de brug in de A12 bij Rheden (1998), opdrachtgever Rijkswaterstaat;

Verbreding spoorlijn Best-Zuid Eindhoven (1998), opdrachtgever NS-Railinfrabeheer;

Verbouwing winkelcentrum PAX in Hoofddorp (1998), opdrachtgever Vomar Voordeelmarkt BV.

Het onderzoek naar deze bouwprojecten bracht aan het licht dat aannemers bij aanbestedingen vermoedelijk vooroverleg voerden waarin de prijzen op elkaar werden afgestemd. In dit overleg bepaalden ze buiten het zicht van de opdrachtgevers wie het werk zou mogen uitvoeren en dus als laagste zou inschrijven. Deze aanvankelijke inschrijfprijs verhoogden de aannemers nog met een bedrag, dat na gunning van het project achteraf werd verdeeld onder de inschrijvende aannemers die het werk niet kregen.
De aannemers hielden de schijn op dat zij in alle openheid voor een concurrerende prijs hadden ingeschreven. De verdenking is dat zij met listige kunstgrepen hun opdrachtgevers bewogen tot het tekenen van contracten. De aanneemsommen waren vermoedelijk (veel) hoger dan prijzen die in een eerlijke concurrentie tot stand zouden zijn gekomen.

Opsporing

Op zoek naar bewijs voor strafbare feiten doorzochten rechercheurs van het KLPD, bijgestaan door de FIOD-ECD, onder leiding van rechters-commissarissen en officieren van justitie in 2002 enkele tientallen bedrijven en woningen van verdachten. Vervolgens verhoorden de rechercheurs 121 verdachten. Bovendien gingen internationale verzoeken om rechtshulp uit naar Duitsland, België, Frankrijk, de Britse Maagdeneilanden en de Nederlandse Antillen. Op bevel van de officier van justitie zijn ook telefoons van verdachten afgeluisterd.

Verdere vervolging

Op 16 december 2003 maakte het Landelijk Parket bekend de strafrechtelijke vervolging tegen vier bouwbedrijven en 12 personen voort te zetten. Op verzoek van de verdachten zijn nadien door de rechter-commissaris getuigen gehoord. Bij de rechtbank in Rotterdam heeft het Landelijk Parket 40 dagen gereserveerd voor de behandeling van de strafzaken.

Door het Landelijk Parket is ook besloten om A.M. Bos te vervolgen wegens omkoping van ambtenaren. Bos zal niet worden vervolgd voor oplichting, valsheid in geschrift, overtreding van de Wet op de economische mededinging (WEM), overtreding van de sociale zekerheidswetgeving en diefstal van de schaduwadministratie van Koop Tjuchem.
Door de overdracht van de schaduwadministratie van Koop Tjuchem aan Justitie is Bos ernstig getroffen in zijn maatschappelijke positie. Hij is daardoor in een maatschappelijk isolement terecht gekomen. Omkoping, waarbij ook de integriteit van ambtenaren in het geding is, wordt aangemerkt als een ernstig misdrijf. Om die reden wordt Bos voor dit delict wel vervolgd.

In het onderzoek naar ambtelijke corruptie heeft het Landelijk Parket in januari 2004 besloten de vervolging in de strafzaken tegen 7 van de 12 verdachte ambtenaren voort te zetten. Het gaat om vijf ambtenaren van rijkswaterstaat, een van de provincie Zuid-Holland en een van de gemeente Hoorn. De strafzaken van vijf verdachte ambtenaren zijn geseponeerd wegens gebrek aan bewijs.