Vrije Universiteit Amsterdam

Informatie voor de pers. Vrije Universiteit Amsterdam. 24/09/2004


---

Verbazing is het begin van vrolijke wetenschap

EMBARGO TOT 01.10.04, 15.45 UUR

Het nieuwe onderwijsconcept Community of learners kan Nederland helpen bij het aanvullen van het tekort aan hoogopgeleide kenniswerkers. Onderzoekend leren, de basis van het concept, brengt leerlingen en studenten passie bij voor de wetenschap en inspireert hen om wetenschappelijk onderzoek niet te zien als doel, maar als middel om te komen tot oplossingen voor (maatschappelijke relevante) problemen en tot ontwikkeling van kennis. Dat stelt prof.dr. Jos Beishuizen vrijdag 1 oktober in zijn oratie De vrolijke wetenschap; over learning communities als kweekplaats voor kenniswerkers, ter aanvaarding van zijn ambt als hoogleraar Algemene Onderwijskunde aan de VU.

Jaarlijks leveren de universiteiten vierduizend masters of science minder af dan er nodig zijn. Deze krapte is een typisch Nederlands probleem en stimuleerde Beishuizen, directeur van het Onderwijscentrum van de VU, zich te buigen over de vraag hoe het beeld van de wetenschap als vrolijk bedrijf versterkt kan worden, zowel in de alfa-, bèta- als gammasector. Volgens Beishuizen is een Communitiy of learners een flinke stap in de goede richting.

De basis van het concept is onderzoekend leren. Leerlingen pikken namelijk vooral nieuwe kennis op, wanneer ze merken dat hun bestaande kennis van de werkelijkheid niet klopt. Zo wordt bij een populaire scheikundeproef staalwol verbrand; na verbranding blijkt het metaal (tegen de intuïtie in) méér te wegen dan voor de verbranding. Deze ervaring leidt tot een nieuw beeld van de werkelijkheid, dat leerlingen vervolgens weer kunnen toetsten in een nieuw experiment. Kennis vormt dus het vertrekpunt van onderzoekend leren en verbazing het begin van vrolijke wetenschap. Onderzoekend leren resulteert volgens Beishuizen in verdieping van kennis (learning science), tot versterking van algemene onderzoeksvaardigheden (learning to do science) en tot een houding gericht op levenslang leren (learning about science).

In een Community of learners zijn leerlingen en studenten vooraleerst onderzoekers en daarmee serieuze partners in het proces van kennisontwikkeling. Ze maken deel uit van de wetenschappelijke gemeenschap en werken volgens de daarin geldende methoden voor onderzoek, samenwerking en communicatie. Reflectie zorgt ervoor dat voor nieuwe probleemsituaties al onderzoekend een oplossing wordt gevonden. De docent speelt vooral de rol van ontwerper, expert, model en coach. Beishuizen meent dat docenten de vrijheid en faciliteiten moeten krijgen om rondom afgesproken kernbegrippen en -vaardigheden uit de leerstof, zelf op creatieve wijze het onderwijs in te richten.

Voor het slagen van dit onderwijsconcept is implementatie in middelbaar én universitair onderwijs noodzakelijk. Student en leerling moeten daarbij beschikken over dezelfde voorzieningen als docenten (zoals toegankelijke laboratoria). Ook mobiele communicatiemogelijkheden, zoals draadloze computers, zijn van belang: samenwerking en communicatie die voortkomt uit de Community, zet zich dan voort buiten de muren van de instellingen. In eerder onderzoek is aangetoond dat onderwijs waarbij de nadruk lag op laboratoriumonderzoek, leidt tot hogere prestaties in wetenschapstoetsen en tot vermindering van ongelijkheid als gevolg van sexe, ras en sociaal-economische status.

In een concrete poging aan de slag te gaan met de verbetering van het beeld van en de belangstelling voor wetenschap, heeft de VU in samenwerking met het Sint Ignatiussymnasium in Amsterdam het project De Vrolijke School gestart. Het doel is een Community of learners op gang te brengen, waaraan onderzoekers en vakdidactici van de VU deelnemen, en die inspireert tot de visie dat wetenschappelijk onderzoek spannend en stimulerend is, en een onmisbare bijdrage levert aan de oplossing van maatschappelijke vraagstukken op locale en globale schaal.



Vrije Universiteit Amsterdam