Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG

Ons kenmerk Inlichtingen bij Doorkiesnummer Den Haag Z/VU-2518502
Onderwerp Bijlage(n) Uw brief Inning eigen bijdragen

Inleiding
Op 16 september 2004 heb ik met uw Kamer gesproken over mijn brief van 18 augustus 2004, Kamerstukken II 2003/2004, 26631, nr. 102, over het niet innen van de eigen bijdragen voor huishoudelijke verzorging, persoonlijke verzorging en verpleging. Ik heb toegezegd nog een schriftelijke toelichting te geven op: · het verzoek van uw Kamer om af te zien van inning van de eigen bijdrage over de jaren 2002 en 2003;
· het voorstel van uw Kamer om de voormalige thuiszorginstellingen (hierna: zorgaanbieders) de eigen bijdrage te laten innen; · de mogelijkheid de Belastingdienst de eigen bijdrageregeling (ten dele) te laten uitvoeren;
· het verzoek van uw Kamer inzicht te geven in de afwikkeling van rekeningen van overleden cliënten.

Allereerst schets ik welke verantwoordelijkheden afzonderlijke partijen hebben bij de toepassing van de eigenbijdrageregeling. Vervolgens geef ik een overzicht van de maatregelen die de afgelopen tijd ter verbetering zijn getroffen. In onderdeel 3 van deze brief ga ik in op de vragen van uw Kamer.

1. Verantwoordelijkheden

De verantwoordelijkheid van cliënt, zorgaanbieder, GBA, CAK, Belastingdienst en het AWBZ-uitvoeringsorgaan zijn helder omschreven.

U weet dat ik de afgelopen jaren de inning van de eigen bijdrage kritisch heb gevolgd. Ik heb het College voor zorgverzekeringen (CVZ) gevraagd op welke onderdelen de uitvoering van de eigenbijdrageregeling door het Centraal Administratie Kantoor (CAK) kon worden verbeterd. Belangrijk daarbij is dat iedere partij daarin een eigen taak heeft.

Zo moet de cliënt naam, adres, woonplaats en sofi-nummer correct door geven aan de zorgaanbieder.

Postbus 20350 Bezoekadres: Correspondentie uitsluitend Internetadres: 2500 EJ DEN HAAG Parnassusplein 5 richten aan het postadres www.minvws.nl Telefoon (070) 340 79 11 2511 VX DEN HAAG met vermelding van de Fax (070) 340 78 34 datum en het kenmerk van deze brief

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Blad
2
Kenmerk
Z/VU-2518502

De zorgaanbieder moet het CAK binnen vier weken na iedere zorgperiode deze cliëntgegevens doorgeven, evenals het aantal zorguren waarvoor een bijdrage verschuldigd is.
Het CAK controleert de aangeleverde gegevens bij de Gemeentelijke Basisadministratie (GBA). Zijn de gegevens juist, dan vraagt het CAK de Belastingdienst om de inkomensgegevens van de cliënt. Het CAK kan op basis daarvan de maximaal verschuldigde eigen bijdrage vaststellen en de rekening voor de eigen bijdrage versturen.

Ik wijs er nog op dat als voorwaarde voor het verkrijgen van zorg wettelijk is vereist dat de cliënt bijdraagt in de kosten daarvan. Verder zijn de uitvoeringsorganen van de AWBZ verantwoordelijk voor het vaststellen, opleggen en innen van de eigen bijdrage. Ik heb daarin geen directe rol.

2. Verbeteringen

De aanlevering van gegevens door de zorgaanbieders is verbeterd; de controle van persoonsgegevens is vereenvoudigd; er komt een nieuw automatiseringssysteem bij de Belastingdienst; cliënten krijgen in voorkomende gevallen een voorlopige eigen bijdragen opgelegd.

In 2004 is het aanleveren van gegevens door de zorgaanbieders aan het CAK verbeterd. Het zorgkantoor spreekt de zorgaanbieder erop aan wanneer deze niet binnen acht weken na afloop van de zorgperiode de gegevens heeft aangeleverd bij het CAK. Het CVZ heeft hierover contact met het zorgkantoor. In het uiterste geval kan het zorgkantoor, sinds april 2004, de bevoorschotting van de zorgaanbieder stopzetten. Daarbij merk ik op dat het zorgkantoor op basis van de gemaakte productieafspraak, de zorginstelling maandelijks bevoorschot. Het niet tijdig aanleveren van gegevens kan dus leiden tot verlaging dan wel stopzetting van het maandelijkse voorschot.

De Belastingdienst heeft voor het leveren van de inkomensgegevens aan het CAK de persoonsgegevens nodig van de cliënt. Dat gaat sinds kort simpeler. Bij de controle van die persoonsgegevens worden nu de voorletters en tussenvoegsels buiten beschouwing gelaten. Deze vereenvoudiging heeft volgens het CVZ de administratieve verwerking aanzienlijk versneld. Daarnaast beschikt de Belastingdienst vanaf begin 2005 over een nieuw automatiseringssysteem dat rekening houdt met de eisen van de (systematiek van de) eigenbijdrageregeling. Binnenkort praten het CVZ en het CAK met de Belastingdienst over de exacte oorzaken van de vertraging die kan ontstaan in het vaststellen van de definitieve inkomensgegevens door de Belastingdienst. Ik verwacht dat dit leidt tot voorstellen voor een nog betere aanpak.

Cliënten krijgen sinds 2002 van het CAK een kennisgeving waarin staat dat zij een eigen bijdrage moeten betalen voor de geleverde zorg. De cliënt weet er dus van en kan er rekening mee houden dat de eigen bijdrage moet worden betaald, zodra de inkomensgegevens bij de Belastingdienst bekend zijn. Van het lid van uw Kamer, mevrouw Smits, begreep ik dat cliënten hier in de praktijk ook rekening mee houden en derhalve speciaal voor dat doel geld opzij zetten.

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Blad
3
Kenmerk
Z/VU-2518502

Ik heb u al in mijn brief van 3 mei 2004 (Kamerstukken II, 2003-04, 26631, nr. 92) laten weten dat iedere cliënt een voorlopige eigen bijdrage opgelegd krijgt wanneer de definitieve inkomensgegevens niet bekend zijn; de hoogte daarvan komt overeen met de laagste inkomensafhankelijke eigen bijdrage. Zodra de definitieve inkomensgegevens wel bekend worden, stelt het CAK de definitieve eigen bijdrage vast. Zo werkt het sinds september 2004.
Dit is geen uniek gegeven. Ook de belastingbetaler krijgt een voorlopige aanslag en houdt er rekening mee dat hij na verloop van tijd meer belasting moet betalen. Ook in de huursubsidiesystematiek houdt de huurder er rekening mee dat hij bij een stijging van zijn inkomen subsidie moet terugbetalen. Dit is een eigen verantwoordelijkheid van de burger.

3. Reactie op vragen Kamer

In bepaalde situaties worden geen eigen bijdragen opgelegd; eigen bijdragen worden niet door zorgaanbieders opgelegd; de mogelijkheid om eigen bijdragen via de Belastingdienst te innen wordt nog bezien; over het afboeken van rekeningen van overleden cliënten wordt nog overleg gevoerd.

3.1 Niet opleggen van eigen bijdragen
Het CVZ vindt het slechts in twee situaties wenselijk af te zien van het alsnog opleggen van verschuldigde eigen bijdragen, zogenaamde GBA gevallen en Belastingdienstgevallen.

GBA gevallen
Ik heb u in mijn brief van 3 mei 2004 (Kamerstukken II, 2003-04, 26631, nr. 92) al medegedeeld dat het CVZ heeft geadviseerd om in beginsel af te zien van het opleggen van de eigen bijdrage, indien één jaar nadat de zorgaanbieder de gegevens heeft aangeleverd bij het CAK, de naam, adres en woonplaats niet in de GBA zijn te vinden. De ervaring leert dat na een jaar zoeken in de GBA het louter toeval is dat een cliënt nog wordt gevonden. Wordt deze persoon, om welke reden dan ook naderhand toch nog in de GBA `gevonden', dan wordt alleen de eigen bijdrage over de afgelopen 12 maanden opgelegd.

Belastingdienstgevallen
Voor de cliënten die thuiszorg hebben ontvangen over de jaren 1999 tot en met 2001 kan niet worden gegarandeerd dat zij er van op de hoogte zijn gesteld dat zij een eigen bijdrage verschuldigd zijn. Over het algemeen zijn zij hierover waarschijnlijk niet ingelicht. Het CVZ adviseerde om in die gevallen, waar de identiteit wel gecontroleerd kon worden bij de GBA, maar waarvoor tot 18 augustus 2004 de Belastingdienst geen definitieve inkomensgegevens kon aanleveren om de eigen bijdrage vast te stellen, geen eigen bijdrage op te leggen. Dit werd mede ingegeven omdat bleek dat een groot aantal personen in dat bestand al was overleden.

Voorts zou, gezien het feit dat sinds september 2004 de cliënt altijd een (voorlopige) eigen bijdrage opgelegd heeft gekregen, dus ook over de jaren 2002 en 2003, bij een beslissing tot niet inning niet uitsluitend sprake zijn van het niet langer innen van de eigen bijdrage. Ook zou de voorlopige eigen bijdrage aan bepaalde verzekerden terugbetaald moeten worden. Het CVZ heeft mij laten weten dat terugbetalen van eigen bijdragen over 2002 en 2003 uitvoeringstechnisch gezien zeer lastig is.

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Blad
4
Kenmerk
Z/VU-2518502

Ik steun daarom het standpunt van het CVZ dat er geen reden is om over de jaren vanaf 2002, gezien het bovenstaande en gezien alle verbeteringen in het systeem, af te zien van het opleggen en innen van de verschuldigde eigen bijdragen. Er heeft naar mijn mening een zorgvuldige besluitvorming plaatsgevonden om cliënten niet de dupe te laten zijn van een niet goed functionerend systeem. Het CVZ heeft op een zorgvuldige wijze afgewogen bepaalde gevallen te ontzien. Ik ben het daarmee eens en acht het niet innen van de eigen bijdragen over de jaren 2002 en 2003 ongewenst.

3.2 Innen van de eigen bijdrage door de zorgaanbieders Het lid van uw Kamer, mevrouw Smits, heeft voorgesteld om de zorgaanbieders de eigen bijdrage voor zorg zonder verblijf te laten opleggen. Ik neem dit om een aantal redenen niet over. Om te beginnen moeten ook de zorgaanbieders evenals het CAK nu, de controle van de gegevens bij de GBA en het opvragen van de inkomensgegevens bij de Belastingdienst, de belangrijkste mogelijke bronnen van vertraging, nog steeds uitvoeren. Verder zal de Belastingdienst er bezwaar tegen hebben om de inkomensgegevens rechtstreeks bij iedere zorgaanbieder aan te leveren; het CAK zou daar weer tussen moet zitten. Ik vind het ook niet wenselijk dat zorgaanbieders inzicht krijgen in de inkomenssituatie van hun cliënten.
Daarnaast zijn zorgaanbieders niet toegerust voor de genoemde taken tot uitvoering van de eigenbijdrageregeling en moeten zij hun activiteiten uitbreiden om een dergelijke taak op zich te kunnen nemen. Dat leidt tot grote administratieve veranderingen met ongetwijfeld de nodige kinderziekten en kosten, terwijl nu juist erg veel energie is gestoken in het goed laten verlopen van het bestaande proces.

Kortom: er is geen enkele garantie dat de zorgaanbieders de taak beter kunnen uitvoeren dan het CAK. Bovendien vind ik het van groot belang dat de zorgaanbieders zich richten op hun primaire taak, namelijk het leveren van zorg. Daar horen natuurlijk ook een aantal administratieve taken bij, zoals het registreren van het aantal zorguren en de cliëntgegevens, maar niet dat zij gaan fungeren als uitvoeringsorganen van de AWBZ.

Ik zei u reeds in het debat van 16 september 2004 dat de uitvoering van de eigenbijdrageregeling zodanig is verbeterd dat ik vind dat er sprake is van een verantwoorde uitvoering. Er is daarom geen reden een ander dan het CAK de eigenbijdrageregeling te laten uitvoeren en ik zie dan ook geen voordelen in het voorstel van mevrouw Smits.

3.3 Innen en/of verlagen eigen bijdrage via de Belastingdienst Het voorstel om de eigen bijdrage via de Belastingdienst (of een daaraan gerelateerde dienst) te innen is onderdeel van het Hoofdlijnenakkoord van dit kabinet. Op dit moment wordt bezien op welke wijze dit kan worden geëffectueerd. Dit is een administratief technisch ingewikkeld traject dat nog niet op korte termijn kan worden uitgevoerd.

Voorts hebt u gevraagd of de eigen bijdragen automatisch kunnen worden verdisconteerd in de buitengewone lasten. Dit naar analogie van de huidige systematiek bij de Belastingdienst, waarbij geen T-biljetten meer nodig zijn om tot restitutie over te gaan. Dit is niet mogelijk om de volgende redenen. Bij de hoogte van de te betalen eigen bijdrage speelt naast het inkomen ook de omvang van de geleverde zorg een belangrijke rol. De praktijk leert dat deze gegevens sterk fluctueren. Verder hanteert de Belastingdienst een kalenderjaar als basis, terwijl de eigen bijdrage vierwekelijks betaald moet worden. Tevens ontvangen veel cliënten niet gedurende een geheel jaar zorg.

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Blad
5
Kenmerk
Z/VU-2518502

3.4 Afwikkeling facturen overleden cliënten
Momenteel boekt het CAK in de meeste gevallen een factuur een half jaar na overlijden af. Vaak is de nalatenschap dan afgerond en is het moeilijk om adressen van de erven op te sporen. Momenteel zijn het CAK en het CVZ in overleg over de termijnen en de oorzaken voor het al dan niet afboeken van eigen bijdragen

4. Samenvattend
In iedere schakel van het proces voor het innen van de eigen bijdrage kan een probleem liggen. Het is mogelijk dat de zorgaanbieder niet de juiste gegevens heeft aangeleverd, dat er problemen zijn bij de Belastingdienst of dat de cliënt niet de juiste persoonsgegevens of het (juiste) sofi-nummer heeft aangeleverd. Daarnaast kunnen de definitieve inkomensgegevens op zich laten wachten vanwege een bezwaar- of beroepsprocedure die de cliënt heeft aangespannen tegen de Belastingdienst.

De afgelopen tijd zijn belangrijke stappen gezet in het verbeteren van het systeem van vaststellen en innen van eigen bijdrage en ik constateer dat verdere verbeteringen nog op handen zijn. Ik acht het daarom niet wenselijk de huidige regels voor de eigenbijdrageregeling aan te passen.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

drs. Clémence Ross-van Dorp


---- --