Ingezonden persbericht
Persbericht
Leiden, 20-09-2004
Aanstaande dinsdag 28 september speelt de Oostenrijkse band Der Blutharsch in het muziekcentrum LVC te Leiden. Dit verbaast ons, de stichting De Fabel van de illegaal en Anti Fascistische Aktie Nederland, zeer. Der Blutharsch is namelijk een uitgesproken extreem-rechtse band die openlijk flirt met nazi-occultisme. Ook nadat wij het LVC wezen op de extreem-rechtse achtergrond van de band, zag het LVC geen redenen om het optreden af te zeggen. Volgens het jongerencentrum valt het optreden van de band namelijk onder "de artistieke vrijheid". Wij protesteren tegen deze zienswijze.
Der Blutharsch is gegroepeerd rondom de Oostenrijker Albin Julius. Die toonde zich eerder fan van de Oostenrijkse rechts-extremist Jörg Haider: "Haider maakte statements die de regering eerder had moeten nemen", aldus Julius. Tijdens concerten wordt Julius muzikaal bijgestaan door onder andere de rechts-extremist Douglas Pearce van de nieuw-rechtse darkwave-band Death in June en de sociaal-darwinist Boyd Rice die openlijk flirt met nazisme. Ook wordt Julius tijdens concerten geassisteerd door ex-Death in June-lid Ian Read. Op de cd "Brown Book" van Death in June zong Read het "Horst Wessellied". In de jaren tachtig was Read betrokken bij extreem-rechtse groepen in Engeland en lid van de fascistische Order of the Nine Angles. Zelfs door extreem-rechtse bladen wordt Der Blutharsch omschreven als "een van de radicalere bands uit de scene die openlijk flirt met het nazi-occultisme".
Der Blutharsch heeft onlangs een split ep uitgebracht met de Italiaanse fascistische band Zetazeroalfa. Die band behoort tot de "Rock Identity Italy", een nieuw-rechtse muziekstroming waarbij het fascisme op een 'nette' manier gepresenteerd wordt. Der Blutharsch bracht al eerder een split ep uit met de nieuw-rechtse band Ain Soph. Die citeert regelmatig uit het werk van de extreem-rechtse filosoof Julius Evola. Albin Julius is ook oprichter van het muzieklabel Hau Ruck! Op dit label verscheen de ep "Adesso viene il Bello" waarop acht nummers staan die afkomstig zijn uit het Italiaanse fascisme.
Der Blutharsch dweept volop met nazi-esthetiek. Zo bestaat het bandlogo uit de Sig-rune, beter bekend als het SS-teken. Op de website van de band worden ook allerlei producten met daarop de Sig-rune aangeboden. Op de cd "Pleasures received pain" is het schilderij "Abwehr ostliches Einfalle" van de nationaal-socialistische schilder Ferdinand Staeger afgebeeld. En op de cd "Der Sieg des Lichtes ist des Lebens heil" wordt het schilderij "Die Slacht in Teutoburgerwalde" van nazi-kunstenaar Werner Peiner gebruikt. Andere symboliek is onder andere het gebruik van het zogenaamde ijzerenkruis op de Blutharsch's videobox "Gold gab ich für Eisen". Het ijzerenkruis werd ten tijde van de Eerste en Tweede Wereldoorlog uitgereikt aan Duitse soldaten. Der Blutharsch gebruikt ook in een nummer de eerste vier zinnen uit het "Marschlied" van de Hitler-Jugend. Het nummer "God punish England" is een wraaklied op de luchtaanvallen van de geallieerden op nazi-Duitsland. Verder treedt de band op in zwarte uniformen. Kortom, de band flirt openlijk met nazi-esthetiek zonder enige vorm van distantie.
Door een podium te bieden aan Der Blutharsch ontstaat er een gedoogcultuur waarbij het gebruik van nazisymboliek door bands als normaal wordt beschouwd. Gezien de achtergrond van Der Blutharsch concluderen wij tevens dat het gebruik van dergelijke symboliek niet alleen dient als middel om te provoceren. De leden van Der Blutharsch zijn rechts-extremisten die uitgaan van de ongelijkwaardigheid tussen mensen. Door middel van muziek propageren zij deze politieke denkbeelden en probeert ze die salonfähig te maken. Niet voor niets heeft de Duitse overheid in maart 2003 een concert van Der Blutharsch verboden, omdat de band "extreem-rechtse opvattingen" heeft. Het LVC vindt blijkbaar dat het bedrijven van extreem-rechtse politiek valt onder "de artistieke vrijheid". Deze opvatting gaat natuurlijk alle perken te buiten en in onze ogen dient het LVC een dergelijke band geen podium te bieden.
Einde persbericht