Federale regering Belgie
Strijd tegen illegale immigratie
(2004-09-24)
Persbericht van de Ministerraad
Op voorstel van de heer Patrick Dewael, Minister van Binnenlandse
Zaken, keurde de Ministerraad een voorontwerp van wet goed tot
wijziging van de wet (*) betreffende de toegang tot het grondgebied,
het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen.
Dit voorontwerp van wet zet de Europese richtlijn (**) tot aanvulling
van de bepalingen van artikel 26 van de
Schengenuitvoeringsovereenkomst om in Belgisch recht.
Het voorontwerp heeft tot doel een instrument te zijn in het beheersen
van de migratiestromen en het bestrijden van illegale immigratie. Dit
beleid wil zich niet enkel beperken tot illegalen maar wil ook de
vervoerders responsabiliseren.
Het voorontwerp breidt de verplichting tot terugbrenging voor de
vervoerder uit tot vreemdelingen uit derde landen op doorreis. De
vervoerder die een vreemdeling uit een derde land naar het Rijk bracht
is voortaan verplicht de vreemdelingen uit derde landen terug te
brengen, zelfs als deze of een andere vervoerder, die deze
vreemdelingen uit derde landen naar hun land van bestemming zou
brengen, weigert hen aan boord te nemen, of indien de autoriteiten van
de staat van bestemming de toegang weigeren aan deze vreemdelingen uit
derde landen, en hen naar België terugsturen, en indien de toegang in
België wordt geweigerd.
Het voorontwerp heeft ook betrekking op vreemdelingen die niet
beschikken over de vereiste documenten en waar een onmiddellijke
terugbrenging niet mogelijk is, omwille van redenen buiten de wil van
de vervoerder om. Zo kan een materiële onmogelijkheid, bijvoorbeeld
het niet onmiddellijk beschikbaar zijn van een vlucht, de
onmiddellijke terugbrenging van een vreemdeling beletten. In deze
gevallen is de vervoerder hoofdelijk aansprakelijk met de vreemdeling
voor de betaling van diens kosten van huisvesting, verblijf en
gezondheidszorgen.
Ten slotte zal in de gevallen waar een vervoerder, na herhaaldelijke
pogingen tot overleg, moedwillig in gebreke blijft de vreemdeling
terug te brengen, deze voortaan als enige aansprakelijk worden gesteld
voor de betaling van de kosten van een door de Staat georganiseerde
terugdrijving alsmede voor de betaling van de kosten van huisvesting,
verblijf en gezondheidszorgen van de vreemdeling.
(*) van 15 december 1980.
(**) richtlijn 2001/51 van de Raad van de Europese Unie van 28 juni
2001.