D66 wil dat het kabinet tot één structuur komt voor het bestrijden van
terrorisme. Volgens D66-kamerlid Lousewies van der Laan is de huidige
aanpak halfslachtig. Het is nog steeds niet duidelijk wie er
uiteindelijk verantwoordelijk is bij een aanslag, minister Donner of
minister Remkes. Als het aan de top al niet duidelijk is, hoe kunnen
we dan vragen dat al die instellingen en ambtenaren die zich met
terreurbestrijding bezig houden intensief gaan samenwerken?
In Nederland zijn ruim 20 overheidsorganisaties op landelijk niveau
betrokken bij de bestrijding van terrorisme. Volgens D66 is er nog een
wereld te winnen door die organisaties beter op elkaar aan te laten
sluiten. Van der Laan stelt dat er op alle niveaus onvoldoende
bereidheid is om echt samen te werken. Zelfs drie jaar na 11 september
2001, zijn de organisaties vaak meer met zichzelf bezig dan met het
bestrijden van terreur. Waarom hebben we bijvoorbeeld twee onderraden
die zich bezig houden met terrorisme?
Niet alleen in Nederland maar zeker ook in Europa laat de samenwerking
nog veel te wensen over. In Noorwegen was men op de hoogte dat er
aanslagen dreigde in Madrid, maar die informatie is nooit bij de
Spanjaarden terecht gekomen. Ik vind dat te gek voor woorden. Het
geeft, ben ik bang, wel goed weer hoe het met de daadwerkelijke
uitwisseling van informatie is gesteld. Het Nederlandse
voorzitterschap moet dat probleem hoog op de agenda zetten. Volgens
Van der Laan kan de terrorismebestrijding op Europees niveau nog sterk
worden verbeterd. Terroristische dreigingen moeten in kaart worden
gebracht, de vele verschillende overlegorganen van politie, justitie,
en andere terrorismebestrijders moeten worden gestroomlijnd.
Politiediensten moeten overal in Europa de opdracht krijgen meer
contact te onderhouden met buitenlandse collegas.
Volgens D66 is de dreiging van terreur in Europa onverminderd reëel.
Je kunt dan drie dingen doen: je kop in het zand steken, pleiten voor
ruimere bevoegdheden voor politie en justitie of zorgen dat de
instrumenten die we hebben veel beter gaan werken. D66 gelooft dat met
dat laatste het meest is te winnen.
Gebrekkige samenwerking is volgens Van der Laan het grootste probleem,
maar niet het enige. Er is geen alarmeringsysteem, te weinig
analysecapaciteit, geen eenduidige bescherming van de vitale belangen.
De informatievoorziening voor burgers is slecht geregeld. De ministers
geven zelf aan dat het nog niet goed loopt, maar dat kan dus niet veel
langer zo. Daar is de situatie te dringend voor.
D66