Persbericht Universiteit van Amsterdam
donderdag 23 september 2004
Eredoctoraten UvA voor filmregisseur Claude Lanzmann en rechtstheoreticus Duncan Kennedy
De Universiteit van Amsterdam (UvA) verleent eredoctoraten aan Claude Lanzmann, filmregisseur, journalist, filosoof en uitgever, en rechtstheoreticus Duncan Kennedy. Lanzmann is vooral bekend van zijn documentaire Shoah, een film over de stemmen en gezichten van slachtoffers, daders en omstanders van de nazistische vernietigingspolitiek. Temidden van alle documentaires en speelfilms die over de nazistische vernietigingspolitiek en de Tweede Wereldoorlog zijn gemaakt, neemt Lanzmanns werk een unieke positie in. Prof. Ducan Kennedy, hoogleraar aan de Harvard Law School, geldt als een van de meest vooraanstaande rechtstheoretici van dit moment. Als een van de voormannen van de Critical Legal Studies-beweging stelde hij de incoherentie van het recht en het politieke karakter van rechtsbeslissingen aan de orde. De eredoctoraten worden uitgereikt tijdens de viering van de Dies van de UvA op 10 januari 2005.
Claude Lanzmann (1925) behoorde tot de kleine kring van schrijvers en denkers rond Jean-Paul Sartre, Albert Camus en Simone de Beauvoir en speelde sinds 1952 een actieve rol - en na het overlijden van De Beauvoir een leidende rol - in het door hen opgerichte tijdschrift Les Temps Modernes. Dit tijdschrift vormde decennialang een brandpunt van intellectuele debatten. Als journalist legde Lanzmann zich vooral toe op diepte-interviews. Dat bracht hem er toe in 1974 te beginnen met een film over de stemmen en gezichten van slachtoffers, daders en omstanders van de nazistische vernietigingspolitiek, een onderzoek dat meer dan tien jaar later zou uitmonden in de grote documentaire Shoah. Deze film, zonder twijfel Lanzmanns belangrijkste prestatie, is niet alleen uitzonderlijk waar het gaat om de representatie van de Endlösung, maar ook als historische documentaire. Lanzmann interviewde overlevenden, bewakers, commandanten en ooggetuigen en liet hen spreken zonder gebruik te maken van een voice-over of archiefmateriaal. In de ogen van velen leverde Lanzmann met Shoah het bewijs dat het mogelijk was ook in beelden te spreken over het onzegbare en zo te ontsnappen aan een misplaatste esthetisering en melodramatische banaliteiten. Temidden van alle documentaires en speelfilms die over de nazistische vernietigingspolitiek en de Tweede Wereldoorlog zijn gemaakt, neemt Lanzmanns werk een unieke positie in. Met Shoah heeft Lanzmann een standaard gezet, waar het gaat om het debat over de visualisering van de geschiedenis, de mogelijkheden van de historische documentaire en de soms heftige debatten over de representatie van Auschwitz. Met zijn oeuvre heeft Lanzmann een belangrijke bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van het genre van de historische documentaire.
Erepromotor is prof. dr. Frank van Vree, historicus en hoogleraar Journalistiek en cultuur.
Prof. Duncan Kennedy (1942), hoogleraar General Jurisprudence aan de Harvard Law School, is een van de meest vooraanstaande rechtstheoretici van dit moment. Zijn artikel Form and substance in private law adjudication (1976) was baanbrekend en wordt door rechtstheoretici en door privaatrechtwetenschappers nog steeds veelvuldig aangehaald. In de jaren tachtig werd Kennedy een van de voormannen van de Critical Legal Studies (C.L.S.)-beweging, een radicale beweging die nadrukkelijk de incoherentie van het recht en het politieke karakter van rechtsbeslissingen aan de orde stelde. De beweging heeft in de VS en daarbuiten grote invloed gehad. Kennedy s magnum opus A critique of adjudication {fin de siècle} (1997) wordt algemeen beschouwd als een van de mijlpalen in de naoorlogse rechtstheorie. Kennedy heeft in zijn werk met name een beslissende bijdrage geleverd aan de ontmaskering van het liberale project waarin het privaatrecht wordt gepresenteerd als coherent systeem dat in essentie is gebaseerd op de gedachte van individualisme (partijautonomie). Hij stelde daar tegenover dat het privaatrecht ook op altruïsme (solidariteit) is gebaseerd en dat de spanning tussen die twee uitgangspunten de coherentiepretenties onder zware druk zet.
Erepromotor is prof. mr. Martijn Hesselink, hoogleraar Privaatrecht en directeur van het Amsterdams Instituut voor Privaatrecht van de UvA.
Universiteit van Amsterdam