Koninklijk Nederlands Vervoer (KNV)


CONCURRENTIEPOSITIE VERVOEREND BEDRIJFSLEVEN ONDER DRUK

Verschillen in implementatie 48-urige werkweek leiden tot oneigenlijke concurrentie

EVO, Koninklijk Nederlands Vervoer (KNV) en Transport en Logistiek Nederland (TLN) vragen minister Peijs om de Europese Richtlijn voor de 48-urige werkweek zonder afwijkingen over te nemen. Dit betekent dat het ministerie van Verkeer en Waterstaat moet afzien van aanvullende beperkende Nederlandse bepalingen. Gebeurt dit niet, dan verslechtert de concurrentiepositie van het Nederlandse vervoerend bedrijfsleven ten opzichte van het buitenland.

De Europese Richtlijn 2002/15/EG is aangenomen met het doel de werkweek van de beroepschauffeurs te beperken tot gemiddeld 48 uur per week. Dit gemiddelde wordt berekend over een periode van vier tot zes maanden, waarbij de maximale arbeidstijd niet meer dan zestig uur per week mag zijn. Verschillen tussen de EU-lidstaten in implementatie en uitleg van de richtlijn en controle en sanctionering bij overtreding van deze richtlijn, zijn van grote invloed op de onderlinge concurrentieverhoudingen.

EVO, KNV en TLN vinden dat de wijze waarop het ministerie van plan is om deze Europese Richtlijn te vertalen, slecht is voor het Nederlandse vervoerend bedrijfsleven. Het resulteert in regelgeving die krapper is dan bedoeld, waardoor de Nederlandse vervoerders en verladers op achterstand worden gezet.

Controle
De implementatie in Nederland dreigt op een aantal - technische ? aspecten af te wijken van de Europese Richtlijn. Zo wil men de richtlijn via de tachograaf gaan controleren. Dit zal niet werken, omdat de tachograaf is ingericht voor de controle van rij- en rusttijden en niet voor arbeidstijden. Tachograafcontroles op de 48-urige werkweek leiden dan tot een subjectieve interpretatie van gegevens. EVO, KNV en TLN pleiten voor overname van de Richtlijn, die uitgaat van controle op bedrijfsniveau.

Vertaling
Waar de Richtlijn het heeft over een 48-urige werkweek over een gemiddelde van vier tot zes maanden, komt het ministerie op een gemiddelde van 13 tot 26 weken. Een onnodige beperking volgens de drie organisaties: vier maanden is langer dan 13 weken. Bovendien moet de maximale ruimte die geboden wordt, gebruikt worden en in wet worden vastgelegd, zodat daar ook binnen Nederland geen misverstanden over kunnen zijn.

Definities
Het aantal dagen dat een werknemer op vakantie is, ziek is of een ATV-dag heeft, wordt vrijwel overal in Europa beschouwd als nul uur arbeidstijd. Behalve in Nederland, volgens de definitie die het ministerie hanteert. Dit heeft grote gevolgen voor de berekening van de gemiddelde werkweek en is slecht voor de concurrentiepositie. De drie werkgeversorganisaties wijzen daarom mogelijke verschillen in definities af.

EVO, KNV en TLN zien dat er een verschil in behandeling komt tussen lichte en zwaardere voertuigen en pleiten er bij minister Peijs voor om de lichte vrachtauto's ook onder de Europese Richtlijn te laten vallen, omdat de regelgeving anders te complex wordt. Complexe regelgeving leidt tot een verzwaring van de administratieve lastendruk, wat ook weer niet bevorderlijk is voor de Nederlandse concurrentiepositie.

De werkwijze van het Ministerie van verkeer en waterstaat om Europese Richtlijnen in te kaderen binnen de Nederlandse wetgeving is begrijpelijk. In dit geval leidt het tot de ongewenste situatie dat het Nederlandse bedrijfsleven op een achterstandspositie wordt gezet. EVO, KNV en TLN pleiten er daarom voor om de Europese Richtlijn 2002/15/EG integraal en zonder afwijkingen of beperkende maatregelen wordt overgenomen in de Nederlandse wetgeving.


++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++

Noot voor de redactie (