Gemeente Haarlem
22 september 2004
sector Maatschappelijke Ontwikkeling
Rutger van Oppenraaij, Communicatiedviseur
023-5115594
oppenrrw@haarlem.nl
250/2004
Gemeente Haarlem, het college van burgemeester en wethouders
Persbericht
Een goed gebouw met een voorzichtige exploitatie
B&W HAARLEM KIEST VOOR GOEDE STADSSCHOUWBURG
Het College van B&W van Haarlem heeft dinsdag 21 september 2004 met de nota Theater in Haarlem gekozen voor een zeer goed geoutilleerd gebouw voor de Stadsschouwburg. Voor de exploitatie is de financiële ruimte zeer beperkt en kiest het College voor een "voorzichtige" exploitatie voor Stadsschouwburg en Philharmonie.
Na heropening van de Stadsschouwburg voldoet Haarlem volledig aan het gemiddelde voorzieningenniveau van podiumkunstaccommodaties voor steden van vergelijkbare omvang. Met daarnaast Toneelschuur, Patronaat en Philharmonie heeft Haarlem 4 prachtige podia voor de stad gerealiseerd en komt tegemoet aan de culturele ambitie, die Haarlem zich heeft gesteld.
B&W kiezen voor de bouwvariant "Beperkt". Dit houdt in dat de theatertechnische voorzieningen, inclusief repetitieruimte, artiestenfoyer, kantoorruimte overeind blijven. Daardoor kunnen alle podiumproducties, waarvoor een toneelopening van 11 meter toereikend is (de meeste reisproducties) in Haarlem terecht. Binnen dit voorstel aan de Haarlemse gemeenteraad wordt de monumentale stadsschouwburg helemaal gerestaureerd en gerenoveerd.
Met de start van het theaterseizoen 2007/ 2008 kan de Stadsschouwburg weer open met een "sobere" exploitatie. Hierbij denkt het College aan een combinatiebespeling van series succesvol commercieel lijsttoneel tezamen met overig theateraanbod, zowel gesubsidieerd als ongesubsidieerd. Uitgangspunt is dat de huidige exploitatiesubsidie voor beide podia (incl. Philharmonie) niet wordt verhoogd.
Het College van B&W ziet zich genoodzaakt om de financiële situatie waarin de gemeente zich bevindt van doorslaggevende betekenis te laten zijn bij de besluitvorming. Een goede culturele infrastructuur is voor rekening van de gemeente, de bespeling van de podia is een gedeelde verantwoordelijkheid. Het College acht het wel van essentieel belang om in de toekomst voor grotere culturele instellingen een systematiek van budgetfinanciering in te voeren.
Bouwvariant Stadsschouwburg
Het College heeft gekozen voor de variant Beperkt. De keuze is gemaakt uit de volgende drie bouwvarianten:
1. De variant Volledig (budget E 23,9 mln., tekort E 4,4 mln., opening eind 2006). Dit betreft het Definitief Ontwerp zoals dit vorig jaar door de architect is gepresenteerd (restauratie monument, nieuwbouw toneeltoren en backstagegebouw én entreegebouw)
2. De variant Beperkt (budget E 21,5 mln., tekort E 2 mln., opening zomer 2007)). In dit plan komt het entreegebouw te vervallen, maar blijven restauratie, nieuwbouw toneeltoren en backstagegebouw in tact.
3. De variant Eenvoudig (budget E 19,5 mln., geen tekort, opening voorjaar 2008). Bij dit model is tevens voorzien in een herontwerp en een beperking van de Toneeltoren en het backstagegebouw.
De verschillende bouwvarianten bieden verschillende bespelingsmogelijkheden. De varianten Volledig en Beperkt bieden op dit punt de meeste ruimte. Deze varianten maken het mogelijk om de ambitie het productieklimaat in Haarlem te versterken. Het uitbrengen van Schouwburgproducties in eigen beheer zal echter de eerste jaren niet haalbaar zijn, maar de repetitieruimte kan wel worden gebruikt door andere theatermakers, waaronder uiteraard ook de Haarlemse amateurtheatermakers.
Bij de variant Eenvoudig zouden bij groter gemonteerde producties aanpassingen noodzakelijk zijn. De publieksvoorzieningen worden zowel bij de varianten Beperkt als Eenvoudig meer bescheiden van opzet.
Exploitatiescenario Stadsschouwburg én Philharmonie
Het College heeft een eigen scenario benoemd als Sober. Deze keuze is gemaakt op basis van een achttal scenario's, die voor de exploitatie van beide nieuwe podia is ontwikkeld. Vier scenario's zijn in opdracht van het bestuur beschreven door Stichting Stadsschouwburg en Concertgebouw Haarlem (SSCH). Het gaat daarbij om de versies Optimaal, Normaal, Minimaal en Kaal. Deze scenario's vertonen een in toenemende mate risicomijdende programmering, hetgeen resulteert in een steeds lager benodigd extra budget voor de exploitatie. Uiteraard gaat dit eveneens gepaard met een afname in de uitstraling (landelijk, bovenregionaal, regionaal of lokaal) die beide gebouwen kunnen realiseren.
De overige vier scenario's zijn onderzocht naar aanleiding van voorstellen uit de Kadernota. Het betreft de uitbesteding van de programmering en de exploitatie van ofwel de Philharmonie, ofwel de Stadsschouwburg, de verkoop van de Stadsschouwburg in de huidige status en een bezuiniging op het exploitatiesubsidie. Met uitzondering van één deeloptie blijken geen van deze scenario's uitvoerbaar te zijn. Een mogelijke samenwerking binnen een deel de programmering van de Stadsschouwburg met een consortium van producenten van commercieel lijsttoneel biedt zeker interessante mogelijkheden. In het scenario Sober van het College zou, door een combinatiebespeling van series succesvol commercieel lijsttoneel tezamen met een programmering van de SSCH van overig theateraanbod (gesubsidieerd en ongesubsidieerd) een goede exploitatie mogelijk kunnen zijn.
Vervolg
Het voorstel van het College is bekendgemaakt na afloop van een informele gecombineerde vergadering van de commissies Cultuur en Concern, Middelen en Control. Het voorstel wordt op 1 oktober 2004 voorgelegd ter advisering aan beide commissies. Op 13 oktober 2004 buigt de Haarlemse gemeenteraad zich over dit voorstel, zodat deze besluitvorming meegenomen kan worden in de komende begrotingsbehandeling.
---- --