Wethouders G4 in actie tegen voorgestelde Rijksbezuinigingen bij
onderwijs
Dit is een gezamenlijk persbericht namens de G4
20 september 2004 - Herbert Raat
Maandag 20 september ontvangen alle leden van de Tweede Kamer een
kaart van de wethouders Onderwijs van Rotterdam, Den Haag, Utrecht en
Amsterdam. Volgens de wethouders van de G4 wordt het onderwijs in de
grote steden het kind van de rekening. Zij doen een klemmend beroep op
de volksvertegenwoordigers om het kabinet bij de les te houden en het
achterstandsonderwijs die financiële voorsprong te geven die zo
dringend nodig is. De bezuiniging op het onderwijsachterstandenbeleid
moet van de wethouders van tafel.
Wat speelt er eigenlijk?
Het kabinet dreigt het onderwijsachterstandenbeleid fors te gaan
korten. Allereerst door een bezuiniging van 100 miljoen euro per jaar
op het achterstandenbudget dat het onderwijs van de gemeenten krijgt.
Daarnaast door het wijzigen van de `gewichtenregeling'. Die regeling
bepaalt hoeveel extra geld scholen krijgen voor hun
achterstandsleerlingen. De wijziging betekent verschuiving van gelden
van allochtone naar autochtone kinderen, van stad naar platteland. En
er dreigt een plafond in die regeling waardoor zwarte scholen nog maar
voor maximaal 80% van hun leerlingen achterstandsgeld krijgen. Zo
wordt het ene gat met het andere gedicht.
De optelsom is dan snel gemaakt. Het onderwijs komt zo zelf op
achterstand, en er tekent zich een onwerkbare situatie af voor de
scholen in met name de vier grote steden, de G4. Want juist daar gaan
veel allochtone achterstandsleerlingen naar school, en zijn er veel
zwarte scholen. Daar komt de klap het hardste aan. En dan zwijgen we
nog over recente bezuinigingen op andere regelingen die precies
dezelfde scholen hebben getroffen. Het onderwijs in de grote steden
wordt zo het kind van de rekening. De gezamenlijke schoolbesturen in
de G4, verenigd in het Onderwijsplatform G4, luiden niet voor niets nu
de noodklok.
Achterstandsbeleid is geen luxe, maar noodzaak. De minister vindt dat
ook. En ook zij kent de aansprekende resultaten van de scholen in de
G4. Zoals de stijging van Cito-scores, stijging van de
slaagpercentages in het voortgezet onderwijs en minder schooluitval.
Die opgaande lijn moeten we vasthouden. Maar met deze kabinetsplannen
lukt dat niet. De minister erkent dat het terugdringen van
achterstanden een kwestie van lange adem is en veel geld kost. Zij
zegt te willen blijven investeren, maar met de aangekondigde
bezuinigingen en verschuivingen bereikt zij het tegendeel.
Door de optelsom van de maatregelen raken scholen in de grote steden
zoveel leerkrachten en ondersteuners kwijt dat de effectiviteit van de
aanpak onvermijdelijk achteruit gaat. De situatie in de grootste
steden wordt door de bezuinigingen en de optelsom van negatieve
effecten voor het onderwijs te zwaar op de proef gesteld.
Daarom vragen de onderwijswethouders de Tweede Kamer om het kabinet
bij de les te houden!
Pb-157
© Gemeente Amsterdam
Gemeente Amsterdam