Ministerie van Buitenlandse Zaken

overzicht van de resterende EOF middelen

Kamerbrief inzake overzicht van de resterende EOF middelen

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Binnenhof 4

Den Haag

Directie Integratie Europa

Bezuidenhoutseweg 67

Postbus 20061

2500 EB Den Haag

Datum

17 september 2004

Behandeld

W.J. Wormgoor

Kenmerk

DIE 477/04

Telefoon

070-348 6749

Blad


1/2

Fax

070-348 6381

Bijlage(n)


-

wouter.wormgoor@minbuza.nl

Betreft

Uw verzoek inzake een overzicht van de resterende EOF middelen

Graag bied ik u hierbij de reactie aan op uw verzoek zoals gedaan tijdens het AO van 2 september 2004 inzake een overzicht van de resterende EOF middelen, gebaseerd op de meest recente beschikbare informatie.

Uit het 6e, 7e en 8e EOF was anno 2003 nog een (boekhoudkundige) reserve van EUR 2,3 miljard over. Omdat het beheren van deze verschillende fondsen onnodige complicaties met zich mee bracht, zijn alle restanten van het 6e, 7e en 8e EOF in juni 2003 naar het 9e EOF overgeboekt.

Voor het 9e EOF is EUR12,8 miljard gereserveerd, exclusief het bedrag van EUR1 miljard dat de Raad in 2004 zal vrijmaken na onderzoek van het voortgangsverslag. Inclusief de restanten van het 6e, 7e en 8e EOF bedraagt het 9e EOF in totaal EUR15,1153 miljard.

De Commissie maakt in haar boekhouding een onderscheid tussen de besluiten die zij neemt, de contracten die zij sluit met derden en de daadwerkelijke betalingen die zij verricht. De lidstaten hebben in het kader van het 6e, 7e en 8e EOF in totaal EUR32,8 miljard afgedragen. Voor EUR30,1 miljard (92 %) is inmiddels een besluit genomen, voor EUR25,7 miljard (78%) zijn contracten gesloten en voor EUR24,7 miljard (75%) zijn betalingen verricht.

Vanuit het 9e EOF (inclusief de restanten van de vorige fondsen) is EUR13,4 miljard gereserveerd voor de ACS landen. Van dit bedrag is voor EUR4,21 miljard een besluit genomen, voor EUR1,45 miljard gecontracteerd en voor EUR608 miljoen uitbetaald.

De omvang van de uitbetalingen schommelde in de periode van 1990-1999 gemiddeld rond EUR1,5 miljard per jaar. Vanaf het jaar 2000 is een duidelijk stijgende lijn te zien. In 2003 heeft de Europese Commissie voor een recordbedrag van EUR 2,5 miljard aan betalingen kunnen verrichten. Deze stijging is onder andere toe te schrijven aan het decentralisatieproces van de diensten zoals dat door de Commissie wordt uitgevoerd.

Tenslotte wil ik benadrukken dat de afdrachten van de EU lidstaten altijd gebaseerd zijn op de betalingen die de Commissie daadwerkelijk verricht. Het beeld dat er EU- dan wel Nederlands geld ongebruikt op rekeningen in Brussel of in de ACS landen staat is dan ook niet conform de werkelijkheid.

De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,

A.M.A. van Ardenne-van der Hoeven