Ministerie van Sociale Zaken
en WerkgelegenheidDirectie
Communicatie
13 september 2004
Nr. 04/177
Ontslagvergoeding wordt verrekend met WW-uitkering
Ontslagvergoedingen worden voortaan volledig verrekend met de werkloosheidsuitkering. Dit geldt voor een ontslagvergoeding ineens en voor een periodieke aanvulling bovenop de WW-uitkering. Ook vergoedingen in natura worden verrekend. Om te bevorderen dat mensen zo snel mogelijk weer aan het werk gaan, worden door de werkgever betaalde of verstrekte activiteiten om mensen weer aan het werk te helpen -zoals onder andere scholing en bemiddeling- niet met de WW-uitkering verrekend. Ook het voortzetten van de pensioenopbouw van de ontslagen werknemer wordt niet in mindering gebracht. Dit heeft het kabinet besloten op voorstel van minister De Geus van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Met de verrekening van de ontslagvergoeding verwacht het kabinet dat mensen sneller uit de WW zullen uitstromen. Daarnaast gaat het wetsvoorstel het oneigenlijk gebruik van de WW tegen als middel om vervroegd te stoppen met werken. Bij individuele en collectieve afspraken bij ontslag zal de nadruk meer komen te liggen op het weer aan het werk helpen van werknemers. Het plan om de ontslagvergoedingen met de WW-uitkering te verrekenen is onderdeel van het regeerakkoord van het kabinet Balkenende II.
Het kabinet verwacht dat dit wetsvoorstel een besparing van 150 miljoen euro zal opleveren. Vergoedingen die niet als ontslagvergoeding worden uitbetaald, maar wel als zodanig kunnen worden beschouwd, worden ook verrekend met de WW. Het gaat dan bijvoorbeeld om bonussen die direct voorafgaande aan het ontslag zijn uitgekeerd.
De verrekening van ontslagvergoedingen geldt voor werknemers die ontslagen worden op of na de datum van inwerkingtreding van de wet. Mensen die voor die tijd zijn ontslagen, vallen niet onder de nieuwe wet. Het kabinet streeft ernaar om de wet per 1 april 2005 te laten ingaan.
Het wetsvoorstel is voor advies naar de Raad van State gestuurd. De volledige tekst van het wetsvoorstel wordt pas openbaar bij indiening bij de Tweede Kamer.
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid