Ministerie van Buitenlandse Zaken

Aan de Voorzittervan de TweedeKamerderStaten-Generaal

Binnenhof4

Den Haag


- Directie Noord Afrika en Midden-Oosten

Afdeling Midden-Oosten

Bezuidenhoutseweg 67

Postbus 20061

2500 EB Den Haag


Datum

13 september 2004

Behandeld

Mw. M.J. van Deelen


Kenmerk


- DAM- 455/04

Telefoon


- +31 (0)70-3485185


Blad


- 1/3

Fax


- +31 (0)70-3486639


Bijlage(n)


- 1

E-Mail


- - dam@minbuza.nl


Betreft

Beantwoording vragen van lid Van Bommel (SP) over het gebruik van strijdgassen door Israëlische militairen tegen Palestijnse demonstranten

Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Van Bommel (SP) over het gebruik van strijdgassen door Israëlische militairen tegen Palestijnse demonstranten. Deze vragen werden ingezonden op 22-07-2004 met kenmerk 2030418400.

De Minister van Buitenlandse Zaken,

Dr. B.R. Bot

Antwoord van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken, op vragen van het lid Van Bommel (SP) over het gebruik van strijdgassen door Israëlische militairen tegen Palestijnse demonstranten.

Vraag 1
Hebt u kennisgenomen van de uitzending De Ochtenden op Radio 1 op 20 juli 2004, waarin de voorzitter van de Union for Palestinian Medical Relief Committees, Moestafa Barghouti, verklaart dat het gas dat door het Israëlische leger op 10 juni 2004 in Zawiya is gebruikt, wel degelijk een ander middel was dan traangas? 1)

Antwoord
Ja.

Vraag 2
Herinnert u zich uw antwoord van 6 juli jl. op mijn vragen van 22 juni jl., waarin u schrijft dat de Union for Palestinian Medical Relief Committees u meldde dat het Israëlische leger (IDF) traangas had gebruikt? Bent u bereid nadere informatie bij de Union for Palestinian Medical Relief te vragen om te achterhalen of de eerder verkregen informatie van deze NGO niet correct is? 2)

Antwoord
Ja, ik herinner mij de eerdere antwoorden. Ik heb nogmaals navraag gedaan bij UPMRC. Dhr Barghouti bevestigde ditmaal zijn stelling zoals ingenomen tijdens "De Ochtenden" dat het hier niet om de gebruikelijke vorm van traangas gaat. Hij kon niet zeggen om welk gas het wél ging: hiervoor zou een chemische analyse moeten worden uitgevoerd.

Vraag 3
Wilt u bij de Israëlische regering opnieuw navraag doen naar de aard van de gebruikte middelen in Zawiya op 10 juni 2004? Indien neen, waarom niet?

Antwoord
Herhaalde navraag bij de Israëlische strijdkrachten leverde een bevestiging op van de eerder verkregen informatie dat traangas is gebruikt.

Vraag 4
Kan naar uw oordeel het gebruik van traangas, ongeacht de dosis, leiden tot spierverstijving, bloedbraak, verwijderde pupillen en epileptische aanvallen?

Vraag 5
Bent u bereid om in samenwerking met de Union for Palestinian Medical Relief Committees technisch onderzoek uit te voeren naar de aard van de stoffen op de door de heer Barghouti verzamelde hulzen? Zo ja, hoe? Indien neen, waarom niet?

Antwoord
Het is de regering niet bekend dat blootstelling aan traangas spierverstijving, bloedbraak, verwijde pupillen en epileptische aanvallen kan veroorzaken. Ik zie het niet als taak van de Nederlandse regering om technisch onderzoek uit te voeren naar de door de Israëlische strijdkrachten gebruikte middelen.

Vraag 6
Indien geen traangas is gebruikt, om welk middel gaat het dan precies en volgens welke internationale conventies is het middel toegestaan om gebruikt te worden?

Vraag 7
Kunt u bevestigen dat dit middel al eerder is gebruikt door de IDF tegen demonstrerende groepen, onder andere in Ramallah in 2001? Zo ja, sinds wanneer is het middel in gebruik? Hoe vaak en waarom gaat de IDF over tot het gebruik van dit middel? 1)

Vraag 8
Deelt u de mening dat, indien in Zawiya geen traangas is gebruikt, het noodzakelijk is bij de regering van Israël separaat protest aan te tekenen? Zo ja, hoe zult u dat doen? Indien neen, waarom niet?Antwoord Zie antwoord op vraag 3.


1) Radio 1, VPRO, "De ochtenden" -buitenland, 20 juli jl.


2) Aanhangsel-Handelingen nr. 1877,vergaderjaar 2003-2004