Ministerie van Justitie

Persbericht

Meerpersoonscelgebruik in alle penitentiaire inrichtingen 7 september 2004

Op 13 september 2004 wordt het meerpersoonscelgebruik in alle penitentiaire inrichtingen landelijk ingevoerd. Minister Donner van Justitie schrijft dit in een brief aan de Tweede Kamer. Op dit moment zijn er in de al 450 meerpersoonscellen in gebruik. In januari 2005 zullen dat er 1500 zijn.
Met de invoering van het meerpersoonscelgebruik komt een einde aan de voorbereidende fase die sinds eind 2003 op zeven locaties samenplaatsing van gedetineerden in huizen van bewaring op vrijwillige basis toestond.

De minister schrijft verder dat meerpersoonscelgebruik moet worden gezien als een standaard detentievorm in huizen van bewaring en gevangenissen. Er is geen grond om onderscheid te maken in de lengte en inhoud van het dag- en activiteitenprogramma tussen eenpersoonscellen en meerpersoonscellen. Het uitgangspunt bij de plaatsing op een meerpersoonscel is dat iedereen geschikt is voor samenplaatsing, tenzij sprake is van dusdanige problematiek bij de gedetineerde dat verblijf op een eenpersoonscel noodzakelijk is. Ongeschiktheid voor samenplaatsing kan samenhangen met psychische gestoordheid, verslavingsproblematiek, de gezondheidstoestand, gedragsproblematiek, het gepleegde delict en eventuele opgelegde beperkingen. De mate waarin een bepaalde factor of omstandigheid relevant is kan per gedetineerde verschillen. Steeds zal voor iedere gedetineerde afzonderlijk moeten worden beoordeeld of er redenen zijn om af te zien van plaatsing in een meerpersoonscel.

Tijdens de voorbereidende fase vond samenplaatsing van gedetineerden plaats op vrijwillige basis. Met de inwerkingtreding van de wet is vrijwilligheid geen criterium meer. De directeur van de inrichting bepaalt of en met wie een gedetineerde op een meerspersoonscel wordt geplaatst.

De groepsondernemingsraad van het Gevangeniswezen heeft op 3 september 2004 positief geadviseerd over de landelijke invoering van het meerpersoonscelgebruik.

In de brief van de minister wordt verder ingegaan op de aanbevelingen uit het evaluatieonderzoek Kiezen voor Delen?, evaluatie van de eerste fase van de invoering van meerspersoonscelgebruik.