---

Kamervragen en antwoorden
---

Vragen van het lid Van Velzen over berichten inzake drugshandel onder militairen op de Nederlandse Antillen

10-9-2004 16:22:00

Hierbij bied ik u de antwoorden aan op vragen van het lid Van Velzen d.d. 19 juli jl. (2030418180) over berichten inzake drugshandel onder militairen op de Nederlandse Antillen.

DE MINISTER VAN DEFENSIE

H.G.J. Kamp

Vragen van het lid Van Velzen (SP) aan de minister van Defensie over berichten inzake drugshandel onder militairen op de Nederlandse Antillen. (Ingezonden 16 juli 2004)

1. Kloppen de berichten dat dit jaar vele militairen op de Nederlandse Antillen zijn aangehouden op verdenking van drugshandel? 1) Zo ja, om hoeveel militairen gaat het precies?

3. Zijn deze activiteiten geconcentreerd op één basis of op meerdere bases op de Nederlandse Antillen? Op welke bases zijn de verdachten werkzaam?

6. Is het waar dat de Koninklijke Marechaussee 30 militairen heeft gearresteerd voor misdrijven?

Er is volgens opgave van de Koninklijke Marechaussee m.b.t. dertien Nederlandse militairen proces verbaal opgemaakt inzake verdenking van drugshandel. Van deze dertien is door het OM aan vijf militairen handel ten laste gelegd. De betreffende militairen waren, op één na, werkzaam op Aruba dan wel Curaçao. Een militair was werkzaam in Nederland. Met inbegrip van deze dertien komt het totaal aantal, op de Nederlandse Antillen en Aruba, van een misdrijf verdachte Nederlandse militairen (in 2004) op ongeveer dertig. De overige militairen (d.w.z. naast de genoemde dertien) worden voornamelijk verdacht van communedelicten zoals b.v. verkeersmisdrijven.

2. Wat is de aard van de handel? Heeft u de indruk dat Nederlandse militairen samenwerken met de georganiseerde drugshandel ter plaatse? Is de drugshandel gericht op de Nederlandse Antillen of is de handel internationaal georiënteerd? Kunt u uw antwoord toelichten?

4. Om welke verdovende middelen gaat het precies?

Aangezien het hier een strafrechtelijk onderzoek betreft kan Defensie hierover geen mededeling doen.

5. Welke maatregelen heeft u genomen?

Het merendeel van de hiervoor genoemde 13 militairen is onmiddellijk gerepatrieerd. N.a.v. het advies van een onderzoekscommissie zijn deze betrokkenen inmiddels voorgedragen voor ontslag. Tevens is het (reeds strenge) beleid aangescherpt (zie hiervoor het antwoord op vraag 8.)

7. Acht u deze berichten geen bedreiging van de geloofwaardigheid van de Nederlandse krijgsmacht bij de drugsbestrijding in de wereld als een aanzienlijke minderheid van het personeel betrokken lijkt te zijn bij drugshandel? Kunt u uw antwoord toelichten?

8. Zijn deze ontwikkelingen voor u aanleiding voor aanpassingen in het personeelsbeleid voor militairen op de Nederlandse Antillen? Zo ja, hoe? Indien neen, waarom niet?

Elk bericht over mogelijke betrokkenheid van defensiepersoneel bij een drugsgerelateerd misdrijf is er één teveel. Anderzijds onderstrepen de onmiddellijke terugzendingen naar Nederland en de rechtspositionele maatregelen dat het de krijgsmacht ernst is met de bestrijding van drugsgebruik en -handel, ook als het haar eigen personeel betreft.

Het drugsbeleid bij de krijgsmacht is duidelijk, helder en handhaafbaar. Het personeel wordt voor en tijdens uitzending door middel van voorlichting (door onder meer de commandanten, kazerneleiding, Kmar en de voorlichtster 'alcohol en drugs') gewezen op de consequenties van het gebruik van drugs.

De recente verdenkingen van drugshandel zijn evenwel aanleiding geweest tot aanscherping van het reeds strenge beleid. Waar in het verleden (een eerste) gebruik van softdrugs nog werd gevolgd door een formele waarschuwing, volgt daarop op de Nederlandse Antillen en Aruba sinds kort tevens onmiddellijke repatriëring. Terugzending was reeds de automatische consequentie van gebruik van harddrugs en van alle gevallen van handel. In die gevallen volgde, en volgt, bij een advies hiertoe van een onderzoekscommissie, tevens een voordracht voor ontslag.

Nieuws Nieuwsberichten