Vraag ex artikel 38 lid 4 RvO Gemeente
"BETER BODEGRAVEN"
secretariaat:
G.J. Rodenburg Aan het college van B&W Koninginneweg 111 van de Gemeente 2411 XM Bodegraven Raadhuisplein 1 RABO rek. : 39.88.14.325 2411 BD Bodegraven E-mail : info@beterbodegraven.nl jaap.arens@planet.nl Url : www.beterbodegraven.nl
Bodegraven, 10 september 2004
betreft: communicatie met de burger
Geacht college van B&W,
In de Goudsche Courant van 23 augustus 2004 is een artikel verschenen waarin door een lokale ondernemer wordt geklaagd over de passieve houding van de zijde van de Gemeente.
In dat artikel wordt met name gesteld, dat deze ondernemer driekwart jaar geleden een brief heeft gezonden aan de wethouder Ruimtelijke Ordening mevrouw Van den Burg. Daarin heeft hij de ruimtelijke beperkingen geschetst waarmee zijn bedrijf binnen het huidige bedrijfslocatie te maken heeft. Bovendien heeft hij een of meerdere concrete voorstellen c.q. verzoeken gedaan om tot een adequate oplossing te komen. De mogelijkheid bestaat anders dat het bedrijf genoodzaakt is zich buiten Bodegraven te gaan vestigen hetgeen verlies aan arbeidsplaatsen met zich mee zal brengen voor onze gemeenschap. De desbetreffende ondernemer stelt, dat hij reeds driekwart jaar wacht op een reactie van de gemeente op zijn ingezonden brief.
In de vergadering van de commissie van advies en bijstand voor Wonen & Werken van
2 september 2004 is omtrent dit krantenartikel door ons een mondelinge vraag gesteld aan de wethouder. Op de vraag of de briefschrijver na driekwart jaar nog geen reactie heeft gehad heeft de wethouder kort beantwoord met een "neen." De fractie van "Beter Bodegraven" concludeert hieruit, dat de wethouder deze klacht in haar volle omvang met klem afwijst.
De wethouder repliceerde bovendien, dat de leden van de commissie vooreerst dienen te informeren of hetgeen in de krant staat juist is. Aangezien de fractie van "Beter Bodegraven" grote waarde hecht aan een goede communicatie tussen het bestuur en de burger willen wij -teneinde ook duidelijkheid te krijgen in dit concrete geval- in overeenstemming met artikel 38 lid 4 van het "Reglement van Orde" de navolgende vragen stellen.
1. Heeft het college van B&W kennis genomen van desbetreffend artikel in de Goudsche Courant van 23 augustus 2004?
De wethouder R.O. heeft naar onze mening glashard ontkent in de commissie Wonen & Werken, dat de betreffende ondernemer driekwart jaar heeft moeten wachten op een reactie op zijn brief.
2. Kunt u aangeven wanneer de brief in kwestie is binnengekomen bij de Gemeente?
3. Wanneer en op welke wijze heeft de ondernemer een inhoudelijke reactie gekregen?
a. In het geval de gemeente een of meerdere malen telefonisch contact heeft gehad met de ondernemer naar aanleiding van de onderwerpelijke brief kunt u dan aangeven wanneer dat is geweest onder vermelding van het besprokene; graag zien wij (een) afschrift(en) van het telefonische gespreksverslag(en) tegemoet;
b. In het geval de gemeente gecorrespondeerd heeft met de ondernemer naar aanleiding van de onderwerpelijke brief kunt u dan aangeven wanneer dat is gebeurd; graag zien wij een afschrift van de gevoerde correspondentie tegemoet;
In aansluiting op haar beantwoording in de commissie Wonen & Werken merkt de wethouder R.O. op, dat zij een onderhoud met de ondernemer zal hebben in de week ná de commissievergadering.
4. Kunt u aangeven waarom een onderhoud met de ondernemer pas na driekwart jaar plaats heeft?
De fractie wordt regelmatig geconfronteerd met klachten van de zijde van burgers en vertegenwoordigers van instellingen over de slechte communicatie met de gemeente.
5. Kunt u aangeven welke concrete maatregelen u genomen heeft dan wel op korte termijn zult nemen teneinde de communicatie met de burger te verbeteren?
Uw reactie tegemoet ziende,
Met vriendelijke groet,
De fractie van "Beter Bodegraven"
Jaap Arens
fractievoorzitter
---- --