STICHTING LEZEN EN SCHRIJVEN
Economisch potentieel laaggeletterden onvoldoende benut in ...
Breukelen, 8 september 2004
Economisch potentieel laaggeletterden onvoldoende benut in
kenniseconomie
Het Nederlandse bedrijfsleven heeft baat bij het benutten van het
economisch
potentieel van laaggeletterden. Door ontwikkelingen als de
toenemende
digitalisering, maar ook de grotere behoefte aan
verdieping, uitbreiding en
toepassing van kennis en informatie, worden steeds hogere en andere
eisen
gesteld aan de burger om deel te kunnen nemen aan de kenniseconomie.
Voor
werkende laaggeletterden betekent dit, dat in veel beroepen, een
uitbreiding
en aanvulling op hun bestaande vaardigheden vereist is.
Bedrijfsopleidingen
spelen een cruciale rol in het aanleren van deze vaardigheden en het
benutten van het economisch potentieel van deze groep. Uiteindelijk
kunnen
investeringen in laaggeletterde werknemers, mits op de individu en
praktijk
afgestemd, een positief effect hebben op het bedrijfsresultaat en de
economische groei.
Dit blijkt uit een inventariserend onderzoek van Universiteit
Nyenrode
uitgevoerd in opdracht van Stichting Lezen & Schrijven. De
onderzoeksresultaten zijn woensdagmiddag in Breukelen bekend gemaakt
door de
voorzitter van de stichting, Hare Koninklijke Hoogheid Prinses
Laurentien
der Nederlanden.
Nederland telt naar schatting 1,5 miljoen mensen (6% van de
beroepsbevolking), die over onvoldoende basisvaardigheden als lezen,
schrijven en rekenen beschikken, om volledig te kunnen functioneren in
de
samenleving. Volgens het onderzoek is dit aantal groter (naar
schatting 2,5
miljoen) omdat de kenniseconomie naast deze basisvaardigheden ook
andere
competenties vergt van werknemers. De gevolgen voor deze groep
laaggeletterden is dan ook aanzienlijk en vereist extra aandacht en
samenwerking van overheid, bedrijfsleven en burgers.
De verandering van organisatiestructuren, een meer flexibele inzet
van
werknemers en doorgevoerde automatisering tot op de laagste
werkniveaus
binnen bedrijven, stellen hogere eisen aan laaggeletterde werknemers.
Ze
krijgen te maken met de noodzaak om meerdere functies tegelijk te
vervullen,
te werken en te communiceren in teamverband en om beslissingen te
nemen, die
voorheen op een hoger niveau binnen het bedrijf werden genomen. Dit
is
slechts een greep uit een groot aantal ontwikkelingen in de
kenniseconomie,
die tot gevolg hebben dat nieuwe vaardigheden geleerd moeten worden om
in de
toekomst aansluiting te (blijven) vinden in deze dynamische
samenleving.
Naast letterkundige zijn ook studie-, sociaalcommunicatieve,
rekenkundige,
ICT-, (vak)techniek- en aan milieu- en veiligheidsvoorschriften
gerelateerde
competenties van belang.
Om deze vaardigheden aan te leren en in de toekomst in de pas te
blijven
lopen met de ontwikkelingen in een snel veranderende dynamische
samenleving,
is het volgen van bedrijfsopleidingen voor laaggeletterde werknemers
essentieel. Het stimuleren en uitvoeren van informeel en formeel leren
op de
werkvloer, is een investering waard. Enerzijds omdat laaggeletterden
daarmee
uitgerust worden met vaardigheden om hun huidige baan te behouden en
kansen
op groeimogelijkheden te benutten. Anderzijds omdat bedrijven daardoor
het
economisch potentieel van laaggeletterden beter kunnen benutten. Uit
het
onderzoek blijkt dat dit zich vertaalt in minder klachten en fouten in
het
productieproces, toename in loyaliteit, motivatie en zelfvertrouwen
van
werknemers.
Indien Nederland inderdaad een leidende rol wil spelen als
kenniseconomie
moet het vraagstuk laaggeletterdheid aangepakt worden, zowel vanuit
sociaal-maatschappelijk als economisch perspectief. Het onderzoek
'Kenniseconomie & Laaggeletterdheid' is een eerste aanzet om het
economisch
potentieel van laaggeletterden in kaart te brengen en met concrete
aanbevelingen te komen.
De missie van L&S is om ongeletterdheid als een cruciaal
sociaal-economisch
vraagstuk te agenderen en ervoor te zorgen dat dit op nationaal en
internationaal niveau wordt erkend. Zij doet dit door er breed over
te
communiceren en relevante partijen instrumenten aan te reiken om
actief bij
te dragen aan het voorkomen en verminderen van laaggeletterdheid.
Dit
gebeurt in nauwe samenwerking met deskundigen en andere betrokkenen
uit de
publieke- en private sector. De resultaten van het onderzoek zijn
gepresenteerd op de door de UNESCO uitgeroepen
Wereldalfabetiseringsdag.
Noot voor de redactie,