Ministerie van Buitenlandse Zaken

Aan de Voorzittervan de TweedeKamerderStaten-Generaal

Binnenhof4

Den Haag


- Directoraat Generaal Internationale Samenwerking

Coherentie Eenheid

Bezuidenhoutseweg 67

Postbus 20061

2500 EB Den Haag


Datum


- 6 september 2004

Behandeld


- Sabina Voogd


Kenmerk


- DGIS-CE U0192a/2004

Telefoon


- 070-3484257


Blad


- 1/1

Fax


-

Bijlage(n)


- - sabina.voogd@minbuza.nl


Betreft


- Beantwoording vragen vande ledenVan Bommel en Kant over toegang tot aids-medicijnen


-

Graag - biedenwij u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door - de leden- Van Bommel en Kantover - toegang tot aids-medicijnen. Deze vragen werden ingezonden op - 26 juli 2004met kenmerk - 2030418610.


-
De Minister voor De Staatssecretaris van

Ontwikkelingssamenwerking Economische Zaken

A.M.A. van Ardenne-van der Hoeven Ir. C.E.G. van Gennip MBA

Antwoord van mevrouw Van Ardenne-van der Hoeven, minister voor Ontwikkelingssamenwerking, en mevrouw van Gennip, staatssecretaris van Economische Zaken, op vragen van de leden van Bommel en Kant over toegang tot aidsmedicijnen.

Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het Wereldbankrapport dat dinsdag 13 juli jl. op de 15e internationale aids-conferentie in Bangkok gepresenteerd is?

Antwoord
Ja.

Vraag 2
Wat is uw reactie op het gegeven dat slechts 7 procent van de bijna 40 miljoen HIV- en aidsgeïnfecteerden over toegang tot effectieve geneesmiddelen beschikt? 1)

Antwoord
Dat is uiteraard nog veel te weinig. Wij verwachten echter dat dit percentage zal toenemen nu de prijzen van generieke aids-remmers de afgelopen twee jaar met ca. 90% zijn gedaald. Die prijsdaling heeft de internationale gemeenschap een flinke impuls gegeven om meer financiële middelen ter beschikking te stellen voor behandeling. Zowel het Global Fund, WHO, Wereldbank en andere belangrijke financiers van aids-bestrijdingsprogramma's kunnen nu met hun middelen de behandeling van meer HIV-geïnfecteerden mogelijk maken dan tot voor kort het geval was. Nederland doneert 45 miljoen euro per jaar aan het Global Fund.

Ondanks deze prijsverlagingen zijn de aids-remmers nog te duur voor veel ontwikkelingslanden.

In het algemeen is er in deze landen een tekort aan middelen voor de gezondheidszorg. Ontwikkelingslanden zijn dan aangewezen op initiatieven van derden, zoals de Clinton Foundation, en de Gates Foundation, die vanwege de grote aantallen geneesmiddelen die ze aankopen, bij de industrie lagere prijzen kunnen bedingen. Het Pepfar Programma van de VS verstrekt de duurdere merkmedicijnen in plaats van de goedkopere generieke versies.

Voor een stabiel aanbod van laaggeprijsde aids-remmers is het noodzakelijk dat er voldoende productie is van generieke medicijnen die aan internationale kwaliteitsstandaarden voldoen.

Zie verder het antwoord op vraag 4.

Naast lagere prijzen en een stabiel aanbod zal ook de benodigde infrastructuur nodig zijn om meer aids-patiënten te bereiken. Het zal de nodige tijd kosten om basisgezondheidsdiensten in veel landen afdoende toe te rusten om op grote schaal aids-remmers te verstrekken. Versterking van de gezondheidssector op zich blijft dan ook van groot belang. Nederland blijft zich daarnaast vanzelfsprekend inzetten voor preventie en benadrukt de samenwerking tussen programma's op het terrein van reproductieve gezondheid en die op het terrein van aids.

Vraag 3
Deelt u de mening dat de farmaceutische bedrijven voor deze misstand medeverantwoordelijk kunnen worden gesteld vanwege hun gebrekkige medewerking aan het wegnemen van juridische drempels die de productie en distributie van generieke aidsmedicijnen belemmeren? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord
Het is niet aan bedrijven, maar aan overheden om juridische drempels weg te nemen.

Vraag 4
Bent u bereid om in Europees en WTO-verband stappen te nemen om farmaceutische bedrijven te dwingen om van hun kant alle barrières weg te nemen die de toegang tot aidsmedicijnen voor HIV-/aids-patiënten in ontwikkelingslanden belemmeren? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord
Het wegnemen van barrières die de toegang tot aids-remmers belemmeren wordt niet zozeer bewerkstelligd door bedrijven daartoe te dwingen. Veeleer is het aan overheden en parlementen om daarvoor regelgeving op te stellen.

Op verschillende niveaus zijn regelingen tot stand gekomen die als doel hebben de toegang tot geneesmiddelen te verbeteren.

In WTO-verband zijn dat de volgende maatregelen:


-De Doha verklaring over TRIPs en volksgezondheid van 2001 geeft WTO-leden de mogelijkheid om dwanglicenties te verlenen op octrooien op geneesmiddelen, die noodzakelijk zijn om volksgezondheidsproblemen te verhelpen


-Minst Ontwikkelde Landen (MOLs) hebben uitstel van implementatie van octrooibescherming op medicijnen gekregen tot 1 januari 2016.


-In 2003 heeft de WTO besloten om de toegang tot generieke medicijnen voor landen zonder of met onvoldoende productiecapaciteit mogelijk te maken door import onder dwanglicentie.

Het belang van deze laatste regeling is dat meer concurrentie van generieke producenten kan ontstaan, waardoor de druk op farmaceutische bedrijven om de prijzen van geoctrooieerde medicijnen te verlagen of vrijwillige licenties af te geven, toeneemt. Dat vereist wel dat deze regeling snel wordt omgezet in nationale regelgeving. Nederland heeft een actieve rol gespeeld in de totstandkoming van deze WTO-regelingen en dringt er bij de Europese Unie op aan dat het besluit van 2003 zo snel mogelijk geïmplementeerd wordt.

De Europese Commissie zal nog dit jaar komen met een verordening ten behoeve van geharmoniseerde implementatie van het WTO-besluit van 2003 in alle EU landen. In Nederland worden hieraan voorafgaand beleidsregels ingevoerd op basis waarvan dwanglicenties kunnen worden afgegeven. Er vindt momenteel een consultatie van een aantal vertegenwoordigers van het bedrijfsleven en van maatschappelijke partners plaats. Afronding wordt verwacht in oktober dit jaar. De Tweede Kamer zal hierover geïnformeerd worden.

Binnen de Europese Unie is in mei 2003 een verordening aangenomen die handelsverlegging naar de Europese Unie van bepaalde medicijnen voorkomt (vo 953/2003). De bedoeling van deze verordening is om producenten de mogelijkheid te geven bepaalde medicijnen tegen gereduceerde prijzen aan te bieden in (ontwikkelings)landen (genoemd in de annex van de verordening) door met extra controlemogelijkheden aan de EU-grens illegale herinvoer tegen te gaan. In april 2004 heeft de Commissie zeven aids-remmers op de lijst geplaatst. Deze aids-remmers zullen worden aangeboden voor ongeveer 25% van de prijs die deze medicijnen in Europa hebben.

Nederland voert ook beleid waarmee het bedrijfsleven op positieve wijze gemobiliseerd kan worden in de strijd tegen aids. Hierbij kan in het bijzonder gedacht worden aan de samenwerking met het bedrijfsleven. Nederland ondersteunt hiertoe PharmAccess International (PAI), een Nederlandse organisatie die bedrijven helpt bij het opzetten en uitvoeren van aids-behandelingsprogramma's voor lokaal personeel en hun familieleden in ontwikkelingslanden. Zo ondersteunt PAI o.a. de implementatie van behandelingsprogramma's voor vestigingen van Heineken en Coca Cola in een aantal Afrikaanse landen.

In praktijk blijken veel ontwikkelingslanden problemen te hebben met het aanpassen van en het toepassen van de flexibiliteit van het TRIPs akkoord in hun octrooiwetgeving. Technische assistentie is nodig op landenniveau in zowel de ministeries van handel als die van gezondheid.

Momenteel is een onderzoek gaande naar de mogelijkheden om onze partnerlanden ondersteuning en informatie te bieden in het gecompliceerde veld van de octrooiwetgeving en de effecten op toegang tot essentiële geneesmiddelen.

Vraag 5
Deelt u de mening dat de regeringen van de Westerse landen voor de in vraag 2 vermelde misstand medeverantwoordelijk zijn, vanwege hun gebrek aan daadkracht om de juridische en financiële barrières die de toegankelijkheid van effectieve geneesmiddelen voor hiv- en aids-patiënten belemmeren, op te ruimen? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord
Nee, wij delen die mening niet. Ook Westerse landen zetten zich in voor het totstandkomen van regelingen op internationaal niveau en op nationaal niveau om de juridische en financiële belemmeringen op te heffen. Het is nu wel zaak om deze regelingen snel te gaan implementeren. Zie verder het antwoord op vraag 4

Vraag 6
Wat is uw standpunt ten aanzien van de standpunten van de voormalige staatssecretaris van Economische Zaken Ybema en van de voormalig minister voor Ontwikkelingssamenwerking Herfkens die in het recente verleden verklaarden dat ook ontwikkelingslanden een grote mate van vrijheid zouden hebben om ten aanzien van de productie van HIV-/Aidsmedicijnen zelf beleidskeuzes te maken zonder daarbij beperkt te worden door octrooibescherming en intellectuele eigendomsrechten? 2)

Antwoord
Nederland steunt ontwikkelingslanden in het streven om gebruik te maken van de ruimte die WTO/TRIPs biedt om hun volksgezondheid te beschermen.

Nederland en de Europese Commissie zijn voorts van oordeel dat in bilaterale dan wel regionale vrijhandelsakkoorden niet getornd mag worden aan de flexibiliteit die WTO/TRIPs biedt.

Vraag 7
Bent u bereid initiatieven te nemen die ertoe leiden dat de betreffende barrières op de kortst mogelijke termijn worden opgeruimd? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord
Zoals onder vraag 4 is beschreven zijn dergelijke initiatieven op verschillende niveaus genomen en gaat het nu om de implementatie ervan.

Vraag 8
Bent u bereid zich in te spannen voor de noodzakelijk geachte verdubbeling van het wereldwijde onderzoeksbudget voor vaccinonderzoek, dat momenteel 55 miljoen euro bedraagt? Zo ja, welke stappen gaat u concreet zetten?

Antwoord
Ja. Op de door Ierland en Nederland georganiseerde bijeenkomst over nieuwe technologieën ter bestrijding van aids (Dublin, 24 juni 2004) heeft de Minister voor Ontwikkelingssamenwerking een oproep gedaan om meer geld ter beschikking te stellen voor de ontwikkeling van vaccins en microbiociden. Nederland zal de komende jaren de uitgaven voor de bestrijding van HIV/AIDS, Malaria en Tuberculose verdubbelen. De additionele OS-middelen zullen mede ter beschikking worden gesteld voor onderzoek en ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen en vaccins tegen aids, malaria en tuberculose.


1) Trouw 14 juli jl.


2) Aanhangsel Handelingen, nr.1580, vergaderjaar 1999-2000, nr.194, vergaderjaar 2001-2002, nr.1402, vergaderjaar 2001-2002

===