Algemene Rekenkamer

Persbericht Algemene Rekenkamer

- 2 september 2004 -

Botersubsidieregeling ingewikkeld, maar goed uitgevoerd

Nederland voert de EU-subsidieregelingen voor boter volgens de regels uit. De subsidieregels voor boter zijn, vanwege de grote fraudegevoeligheid, ingewikkeld en daardoor kosten de controles veel tijd en dus veel geld. Dit blijkt uit het rapport Fysieke controles op Europese subsidies voor boter, dat de Algemene Rekenkamer vandaag uitbrengt.

De Algemene Rekenkamer doet onderzoek naar controle- en toezichtketens voor Europese subsidies omdat Nederland de Europese regels moet naleven en ministers over de besteding van Europese gelden verantwoording moeten afleggen aan de Staten-Generaal. De Algemene Rekenkamer heeft onderzoek gedaan naar de controle op subsidieregelingen waarvoor veel fysieke controles (controles ter plaatse) worden verricht: de Europese botersubsidieregelingen. Dit zijn subsidies om het gebruik van Europese boter op de interne markt te bevorderen (de Regeling bakkersboter bijvoorbeeld) en subsidies om de export van boter - al dan niet verwerkt in andere producten - naar landen buiten de EU te stimuleren.

Controle op de subsidieontvangers gebeurt volgens de regels De botersubsidies worden aan de begunstigde bedrijven uitbetaald door het agentschap LASER van LNV, het Hoofdproductschap voor Akkerbouwproducten en het Productschap Zuivel. Om te controleren of de bedrijven voldoen aan alle eisen om de EU-subsidie te mogen ontvangen worden bij deze bedrijven zowel fysieke als administratieve controles uitgevoerd. Fysieke controles vinden onder andere plaats op zuivel- of boterbedrijven en bij het inladen van vrachtwagens. Deze controles worden gedaan door de douane, de Algemene InspectieDienst (AID) en het agentschap LASER.
Het blijkt dat de controles volgens de regels worden uitgevoerd. Wel kan de AID verbeteringen aanbrengen in zijn beheersverslagen. Daarnaast zouden de douaneregio's verschillen in controlemethodieken moeten opheffen. Verder adviseert de Algemene Rekenkamer de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) om op gezette tijden de effectiviteit en efficiëntie van de fysieke controles te evalueren.

De subsidieregels zijn ingewikkeld; de controles zijn duur De botersubsidies blijken ingewikkeld in elkaar te zitten. Ze vergen daardoor een intensieve controle door deskundige controleurs. Bij de Regeling bakkersboter bedroegen de kosten van de controles door LASER en de AID in 2003 ruim
EUR 1,5 miljoen (3% van het subsidiebedrag). Daarbovenop komen nog de administratieve lasten voor het bedrijfsleven. Bij de Regeling exportrestituties zijn de exacte uitvoeringskosten voor de douane niet aan te geven. Wel is bekend dat een fysieke controle gemiddeld ruim drie uur duurt.

Reactie minister en nawoord Algemene Rekenkamer
De minister van LNV heeft inmiddels actie ondernomen om de aanbevelingen van de Algemene Rekenkamer op te volgen. Hij onderzoekt in EU-verband de mogelijkheden om de regelingen te vereenvoudigen en had het onderwerp 'vermindering lastendruk' ook al op de agenda gezet voor het Nederlandse voorzitterschap van de EU.
De Algemene Rekenkamer vindt dat de minister van LNV nog beter duidelijk moet maken hoe hij de controleaanpak gaat evalueren.

Feiten en cijfers
De subsidies in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid vormen ongeveer de helft van de Europese begroting. In 2003 ontving Nederland in totaal EUR 1141 miljoen aan landbouwsubsidies. Een relatief klein deel van de EU-landbouwsubsidies gaat naar boeren voor de productie van bijvoorbeeld suiker, aardappelzetmeel en vlees (EUR 150 miljoen in 2003). Het grootste deel van de subsidies is 'interventiesteun'. Dit is een vorm van subsidiëring waarbij de Europese Commissie intervenieert in de markt, met de bedoeling om de prijs van de Europese landbouwproducten op peil te houden en de afzet te bevorderen. De steun voor boter beslaat ongeveer 20% van de totale interventiesteun (EUR 230 miljoen in 2003). Het gaat daarbij om:
* exportsubsidies voor boter, waarbij exporteurs naar buiten de EU ruim 45 eurocent subsidie kregen per pakje boter (in totaal in 2003 EUR 165 miljoen subsidies);

* exportsubsidies voor producten met boter zoals koekjes en candybars (in totaal in 2003 EUR 17 miljoen subsidies);

* subsidies voor de afzet van boter binnen de EU, bijvoorbeeld de Regeling bakkersboter, waarbij 15 zuivelfabrieken ruim 23 eurocent subsidie kregen per pakje boter dat ze verkopen aan 2.650 bakkers, ijsproducenten en dergelijke (in 2003 EUR 46 miljoen subsidies).
De totale Nederlandse export van zuivel bedraagt ongeveer EUR 3,7 miljard per jaar. Het aandeel van boter daarin is ongeveer éénachtste.