College Bescherming Persoonsgegevens
1 september 2004
Advies Besluit beleidsinformatie jeugdzorg
Het ontwerp-Besluit beleidsinformatie jeugdzorg, waarover de Minister
van Volksgezondheid, Welzijn en Sport het College bescherming
persoonsgegevens (CBP) om advies heeft gevraagd, is positief
beoordeeld. Het besluit regelt het samenstellen van beleidsinformatie
door het Bureau jeugdzorg en de Raad voor de kinderbescherming met het
oog op een samenhangend jeugdzorgbeleid. Het besluit, dat voortvloeit
uit bepalingen in de Wet op de Jeugdzorg, schrijft voor welke
persoonsgegevens hiervoor gebruikt moeten worden en gaat er tevens van
uit dat de beleidsinformatie niet alsnog teruggevoerd kan worden tot
individuele personen.
De Wet bescherming persoonsgegevens (WBP) belemmert in beginsel niet
de verwerking van persoonsgegevens ten behoeve van beleidsinformatie,
ook niet voor het beleid van een andere organisatie. Essentieel is dat
de beleidsinformatie vervolgens niet meer op individuele personen is
terug te voeren, dus niet meer identificerend is. De Raad voor de
kinderbescherming en het Bureau jeugdzorg zullen zich als
verantwoordelijken moeten afvragen welke geheimhoudingsverplichtingen
van toepassing zijn en welke gegevens in handen van een andere
organisatie eventueel alsnog identificerend kunnen zijn.
Niet-identificerende gegevens, die voor de beleidsvorming worden
verstrekt, zijn geen persoonsgegevens meer in de zin van de WBP.
Het CBP adviseert daarom in het besluit de definitie van
persoonsgegevens uit de WBP op te nemen en in de toelichting aandacht
te besteden aan het criterium van de identificeerbaarheid, dat
bepalend is voor de vraag of nog sprake is van persoonsgegevens.
Over het CBP
Het College bescherming persoonsgegevens (CBP) houdt -onder de Wet
bescherming persoonsgegevens (WBP)- toezicht op de naleving van wetten
die het gebruik van persoonsgegevens regelen. Bij het CBP moet het
gebruik van persoonsgegevens worden gemeld, tenzij hiervoor een
vrijstelling geldt.
Het CBP adviseert de regering en organisaties over de bescherming van
persoonsgegevens en onderwerpen die daarmee samenhangen. Het CBP
toetst gedragscodes en bemiddelt in geschillen tussen burgers en
gebruikers van persoonsgegevens. Op eigen initiatief of op verzoek van
een belanghebbende kan het CBP onderzoeken of de manier waarop
persoonsgegevens in een bepaalde situatie zijn gebruikt, in
overeenstemming is met de wet en daaraan zonodig gevolgen verbinden.
Voor in gebreke blijven bij de melding kan een boete worden opgelegd.
Bij overtreding van de wet of daarop gebaseerde regelingen kan het CBP
overgaan tot bestuursdwang of een dwangsom opleggen.