Provincie Noord-Holland

Uitvoering nieuwe Archiefwet: lagere overheden op schema Op 1 januari 1996 trad de nieuwe Archiefwet 1995 in werking. Binnen tien jaar moeten alle overheidsarchieven van twintig jaar en ouder bewerkt, overgebracht en openbaar zijn. De wet is aangepast om meer inhoud te geven aan de openbaarheid van bestuur, om meer in de pas te komen met andere landen binnen de Europese Unie en om de moderne geschiedschrijving te bevorderen. Twee jaar voordat de deadline verstrijkt heeft het Landelijk Overleg van Provinciale Archiefinspecteurs (LOPAI), toezichthouders op de archiefzorg bij provincies, gemeenten, waterschappen en politie, een onderzoek uitgevoerd naar de stand van zaken. Algemene uitkomst is dat de situatie erg wisselt per provincie maar dat de lagere overheden het wel beter doen dan de rijksorganen.

Wat hebben actiegroepen in de jaren zeventig bereikt en wat staat er op de bouwtekening van mijn huis uit 1960? Wat is er vlak na de Tweede Wereldoorlog in mijn provincie gebeurd? Hoe is het landschap in mijn regio veranderd tussen 1950 en nu en hoe kwam dat? Het antwoord op dit soort vragen is te vinden in de overheidsarchieven uit de periode 1945-1980. Momenteel wordt er hard aan gewerkt om deze op 1 januari 2006 openbaar te stellen voor het publiek. Waarbij er overigens uitzonderingen kunnen worden gemaakt op de openbaarheidsregel voor privacygevoelige archieven en archieven waarin staatsgeheimen voorkomen.

Om de wet goed uit te voeren is het nodig dat de archieven van ministeries, gemeenten, waterschappen, provincies en andere overheden uit de periode 1945-1980 geselecteerd, bewerkt en naar een openbare archiefdienst overgebracht worden. Dat kan een rijksarchief zijn, een gemeente- of regionaal archief of een waterschapsarchiefdienst, waar voor het publiek ruime openingsuren en andere faciliteiten bestaan. Daarnaast is 36% van de gemeenten en waterschappen in

Nederland helaas een witte vlek, die niet is aangesloten bij een archiefdienst noch een archivaris heeft benoemd. Ook deze gemeenten en waterschappen moeten aan de openbaarheid uit de Archiefwet voldoen. Bezoekers kunnen dan op het gemeentehuis of waterschapskantoor terecht.

Stand van zaken bij provincies, gemeenten en waterschappen

In het algemeen doen de provincies en waterschappen het beter dan de gemeenten. De provincies als toezichthouders zijn dit ook aan hun stand verplicht. De helft van de provincies is nu al klaar, in 2006 zal naar verwachting slechts 1 provincie nog niet gereed zijn. Van de waterschappen is nu de helft klaar met de archiefbewerking, 42% is nog bezig, slechts 3 van de 37 waterschappen in Nederland, dat is 8% gaan waarschijnlijk de deadline niet halen. Van de 483 gemeenten in Nederland zijn van 397 de gegevens bekend. Daarvan is 37% nu al klaar, 36% is bezig en zal naar verwachting in 2006 klaar zijn, dus de archieven tot 1975/1980 aan het publiek ter beschikking kunnen stellen. Meer dan een kwart van deze gemeenten, 27% zal hier waarschijnlijk in 2006 nog niet toe in staat zijn. Daarmee doen de gemeenten het van de lagere overheden het minst goed.

Stand van zaken bij het rijk

Uit het laatste verslag van de rijksarchiefinspectie blijkt, dat slechts 10% van de centrale rijksoverheidsorganen een concrete planning heeft gemaakt voor de bewerking en overbrenging van de naoorlogse archieven. Eind 2003 beschikte 70% van alle centrale rijksorganen niet over enig selectie-instrument, zoals een geldige selectielijst. Aan deze voorwaarde moet eerst voldaan worden om van bewerking te kunnen spreken. De ministeries hebben recent een plan in uitvoering genomen om de bestaande achterstanden vóór 1 januari 2006 weg te werken. Bij de zelfstandige bestuursorganen bestaan dergelijke plannen niet. Daarmee lijkt in het algemeen het beeld bij de centrale overheid aanmerkelijk slechter dan bij de lagere overheden.

Voor meer informatie kijk op: www.archiefinspectie.nl, www.lopai.nl onder Nieuws, en www.archiefnet.nl

mailto: mailto: loefm@noord-holland.nl

Marianne Loef, provinciale archiefinspectie Noord-Holland, tel. 023-5144655, mailto:loefm@noord-holland.nl

Fred Schoonheim, provinciale archiefinspectie Utrecht, tel. 030-2582495

Ben te Vaarwerk, provinciale archiefinspectie Gelderland, tel. 026-3599327
Marieke Ottevanger 26 augustus 2004