UWV
http://www.uwv.nl
Aantal WAO-aanvragen blijft sterk dalen
Het aantal WAO-aanvragen is in het eerste half jaar van 2004 met
gemiddeld 24% gedaald ten opzichte van het vierde kwartaal 2003. Het
aantal WAO-uitkeringen daalde verder tot bijna 776.000. Het aantal
WW-uitkeringen is heel licht gedaald. Eind tweede kwartaal werden er
ruim 305.000 WW-uitkeringen verstrekt. Dat staat in de
halfjaarrapportage van UWV.
WAO
Het aantal WAO-ers is in het eerste halfjaar van 2004 verder gedaald
tot bijna 776.000, een daling van 10.000 ten opzichte van eind 2003.
De instroom nam af tot ruim 30.000. Naar verwachting zal de instroom
in de loop van dit jaar nog sterker gaan dalen, omdat ook het aantal
aanvragen voor een WAO-uitkering afneemt. In het eerste halfjaar waren
er gemiddeld 24% minder aanvragen dan in het laatste kwartaal van
2003. Het effect daarvan wordt zichtbaar in het derde kwartaal.
In het tweede kwartaal is de pilot met de intensievere WAO-beoordeling
van jonge vrouwen met psychische problematiek geëvalueerd. Aanleiding
voor de pilot was de relatief hoge instroom in de WAO onder deze
groep. De pilot bestond uit twee onderdelen: in Alkmaar werd elke
WAO-beoordeling door twee verschillende verzekeringsartsen gedaan, in
de rest van het land werden de beoordelingen extra getoetst door een
stafverzekeringsarts of stafarbeidsdeskundige. De extra aandacht bij
de beoordelingen heeft geleid tot een relatieve afname van het aantal
volledig arbeidsongeschikten en tot een relatieve toename van het
aantal arbeidsgeschiktverklaringen. Dit effect was het sterkst bij de
dubbel beoordeelde groep. De pilot is uitgevoerd in een periode van
sterke daling van de WAO-instroom. Het grootst was die daling juist
bij de jonge vrouwen tot 35 jaar, zo daalde de instroom onder jonge
vrouwen in 2003 met 36%, landelijk was dit 28%. Deze daling staat los
van de pilot. Op grond van de uitkomsten van de pilot heeft UWV de
minister voorgesteld deze methodiek in te zetten naast andere vormen
van intensievere beoordeling, onder andere bij de herbeoordelingen op
grond van het nieuwe schattingsbesluit.
WW
Het aantal WW-uitkeringen bedroeg aan het eind van het tweede kwartaal
ruim 305.000, een afname van 0,4% ten opzichte van eind eerste
kwartaal. Deze lichte afname is waarschijnlijk het gevolg van
seizoensinvloeden. UWV verwacht dat het aantal WW-uitkeringen in de
tweede helft van 2004 verder zal toenemen.
Ziektewet
Ook bij de Ziektewet is sprake van een daling van het volume. Het
aantal toegekende Ziektewet-uitkeringen was in het eerste halfjaar van
2004 9,4% lager dan in het eerste halfjaar van 2003.
Handhaving
Het handhavingsbeleid van UWV is gericht op het bevorderen van
spontane naleving van de regels en op het tegengaan van oneigenlijk
gebruik en misbruik. In het tweede kwartaal heeft het NIPO voor UWV
een onderzoek uitgevoerd naar de bekendheid van uitkeringsgerechtigden
met hun rechten en plichten. Uit het onderzoek blijkt dat de
bekendheid meer dan 70% is. Verder komt naar voren dat men de kans op
sancties inmiddels inschat op 62%. In 2002 was dit nog 48%. Hoe groter
men de kans op sancties acht, des te groter is de bereidheid tot
naleving van de regels.
Het aantal boetes, maatregelen en fraudeconstateringen bij de
arbeidsongeschiktheidswetten en de Ziektewet is in het eerste halfjaar
van 2004 afgenomen. Voor een deel wordt dit veroorzaakt door afname
van het aantal uitkeringsgerechtigden, bij de Ziektewet heeft de
intensievere samenwerking met de Uitzendbranche op het gebied van
ziekteverzuim en reïntegratie geleid tot een flinke daling van het
aantal te late hersteldmeldingen. Bij de WW is het aantal boetes,
maatregelen en fraudeconstateringen in het eerste halfjaar juist
toegenomen. Door de introductie van gespecialiseerde teams en door
verbetering van de systemen is de effectiviteit van het proces
toegenomen: de gemiddelde duur en het gemiddelde benadelingsbedrag
zijn afgenomen.
Reïntegratie
In het tweede kwartaal heeft UWV ruim 29.500 reïntegratietrajecten
aanbesteed voor verschillende groepen arbeidsgehandicapten. UWV
streeft naar een snelle start van de reïntegratietrajecten.
Doelstelling is dat alle cliënten die voor een traject in aanmerking
komen, binnen 4 weken met dat traject kunnen beginnen. Voor de
doelgroep arbeidsgehandicapten is die doelstelling bijna gerealiseerd
(82%). Voor de werklozen duurt het gemiddeld 7 weken voor zij aan een
traject kunnen beginnen. Dit komt onder andere doordat er op dit
moment nog te weinig casemanagers beschikbaar zijn voor het grote
aantal cliënten. Inmiddels zijn maatregelen genomen en konden cliënten
in de maand juni na gemiddeld 5,5 week met hun traject starten. De
verwachting is dat dit in de loop van het jaar met nog een week wordt
teruggebracht. Voor 2004 heeft UWV als doel om 18.000 cliënten via een
reïntegratietraject weer aan het werk te helpen. In het eerste
halfjaar is dat voor ruim de helft al gerealiseerd; inmiddels zijn
zo'n 9.800 cliënten weer aan het werk.
Efficiency
In de begroting voor 2004 is een netto besparing op de
uitvoeringskosten opgenomen van 166,2 miljoen euro ten opzichte van
2001. Daarnaast is er voor dit jaar een extra financiële taakstelling
van 9,5 miljoen euro. Op basis van het resultaat in het eerste half
jaar verwacht UWV zowel de besparing als de extra taakstelling in 2004
te realiseren.
Noot voor de redactie,