De Unie
Mythes rond de 40-urige werkweek
10 augustus 2004 - Langer werken zou goed zijn voor de bedrijven en
dus voor onze economie. Tenminste, als we de Groeibrief van minister
Brinkhorst van Economische Zaken, de directie van Smead uit Hoogezand
en de recente uitspraken van bestuursvoorzitter Rijkman Groenink van
ABN AMRO moeten geloven. De Nederlandse bonden doen er dus verstandig
aan Duits (DaimlerChrysler) en Frans (Bosch) voorbeeld te volgen. Toch
ligt de werkelijkheid genuanceerder.
Door Wim Engels
Bij DaimlerChrysler is door een CAO-akkoord verlies van
werkgelegenheid in Sindelfingen (6.000 arbeidsplaatsen) voorkomen door
gefaseerde invoering van een 39-urige werkweek (in 2007) voor groepen
personeel. Medewerkers van de afdeling Research & Development
(onderzoek & ontwikkeling) gaan betaald naar 40 uur per week. Voor
werknemers van 54 jaar en ouder wordt de werkweek naar 34½ uur
teruggebracht. Er geldt voorts een werkgelegenheidsgarantie tot 2012.
In Frankrijk is de strijd om de werkweek altijd een politieke strijd
geweest en geen inzet op het niveau van bedrijven en bedrijfstakken.
Bovendien worden bij Bosch in het Franse Venissiuex 190 banen behouden
als gevolg van de afspraak de werkweek naar 40 uur te verlengen.
Een meerderheid van de Tweede Kamer heeft voor het zomerreces zich
tegen de verlenging van de werkweek naar 40 uur uitgesproken. Zij zien
meer in a-la-Carte-afspraken, waarin werknemers zelf invulling kunnen
geven aan hun werkweek.
Zelfs minister Zalm is er niet voor, omdat het de werkeloosheid alleen
maar vergroot. Dat sluit aan bij de berekening van het Europees
Verbond van Vakverenigingen (EVV), die heeft becijferd dat bij een
gemiddelde stijging van de werktijd met 15% één op de 7
arbeidsplaatsen overbodig dreigt te worden.
In een aantal bedrijven staat het thema arbeidstijdenmanagement (ATM)
naast overigens andere onderwerpen die verhoging van de productiviteit
ten doel hebben - op de agenda. Onder andere bij DSM, Heineken en in
de schoonmaaksector zijn en worden daarover CAO-afspraken gemaakt.
Deze aanpak gaat uit van het laten aansluiten van werktijden en
roosters op de productiebehoefte van het bedrijf en de privé-wensen en
omstandigheden van de werknemers. Op grond daarvan kunnen
CAO-bepalingen over werktijden en roosters worden aangepast;
In plaats van langer moeten we vooral slimmer werken. Naar onze
opvatting sluit deze aanpak beter aan bij het doel: meer en betere
opbrengst bij gelijkblijvende kosten. Het betrekt bovendien mensen bij
belangrijke keuzen in het bedrijf en hun eigen privé-situatie. En
zonder betrokkenheid van de medewerkers zal geen enkele
productiviteit- en innovatie-impuls slagen.
Wim Engels is Coördinator Arbeidsvoorwaarden bij De Unie en mede
auteur van het onlangs verschenen boekje Aan de slag met slimmer
werken (gezamenlijke publicatie van AWVN en de vakbonden).
* Campagne Haagse Bluf
dinsdag, 10 augustus 2004