CDA
10-08-04
Aart Jan de Geus: Naar solide en solidaire sociale zekerheid
"Veel mensen hebben het gevoel dat de maatregelen van het kabinet op
het terrein van sociale zekerheid hard uitpakken en weinig sociaal
zijn. Zij denken bijvoorbeeld dat de hervorming van de WAO en het niet
langer via de belasting steunen van vervroegde pensionering louter
zijn ingeven door bezuinigingen. Maar dat is slechts een beperkt deel
van het verhaal."
"Het zijn inderdaad krachtige maatregelen en ik besef dat ze leiden
tot zorgen in het land. Ik begrijp dat ook. We zouden dit soort
maatregelen ook niet nemen als ze niet heel hard nodig zijn.
Alleen door nu in te grijpen kunnen we ons stelsel van sociale
zekerheid overeind houden, in deze tijd van vergrijzing en toenemende
internationale concurrentie. Nederland is geen VS, en wenst dat ook
niet te worden. Ook in vergelijking met Europese landen, steekt ons
stelsel niet ongunstig af. En dat moet zo blijven. Maar de grootste
bedreiging van de sociale zekerheid is niets doen. Dan zouden op
termijn de kosten van sociale zekerheid en pensioenen niet meer op te
brengen zijn voor degenen op de werkvloer, waar het geld verdiend
wordt. Een solide stelsel betekent een betaalbaar stelsel. Ontbreekt
het aan zon solide basis, dan valt daarmee het draagvlak weg onder het
hele stelsel. Mensen met een baan zijn solidair met gepensioneerden,
arbeidsongeschikten en werklozen, maar die solidariteit kent wel
(financiële) grenzen. Mensen willen bijvoorbeeld wel meebetalen aan
AOW en pensioen, maar alleen als ze ervan overtuigd kunnen zijn dat ze
er zelf later ook voor in aanmerking komen.
Deze grenzen mogen we niet passeren. Dat zou niet alleen economisch
onwenselijk zijn, maar ook sociaal. Een maatschappij vol spanningen
tussen generaties, tussen mensen die werken en mensen die niet werken,
tussen mensen met een hoog en een lager inkomen is voor niemand
prettig om in te leven. Voor mij is een stelsel bovendien pas sociaal
als het niet alleen gericht is op het verschaffen van een inkomen,
maar mensen op de eerste plaats kansen biedt om (weer) aan het werk te
gaan. Dat is de inzet van het kabinet. We gaan uit van de
mogelijkheden van mensen en hebben vertrouwen in hun gevoel van
verantwoordelijkheid. Met deze maatregelen wil het kabinet het stelsel
toekomstbestendig maken. Een stelsel dus waar we weer lange tijd mee
vooruit kunnen.
Absolute voorwaarde daarvoor is dat meer mensen aan het werk komen en
dat mensen tot op hogere leeftijd doorwerken dan ze nu meestal doen.
Als over enige jaren de babyboomers massaal met pensioen gaan, dreigen
weer tekorten op de arbeidsmarkt. Daardoor kunnen loonkosten oplopen.
Dat zou weer tot gevolg hebben dat Nederland slechter kan concurreren
met andere landen. We zullen dus alle werknemers hard nodig hebben. In
vergelijking met de meeste EU-landen hebben hier wel relatief veel
mensen een baan, maar dat komt voor een belangrijk deel door een forse
toename van deeltijders en mensen met flexibele arbeidscontacten.
Kijken we naar arbeidsjaren, dan blijft Nederland achter. Bovendien
staan nog altijd veel vrouwen, allochtonen, arbeidsgehandicapten,
jongeren en ouderen langs de kant. Zo werken maar iets meer dan een op
de drie mensen tussen de 55 en 65 jaar.
Dat veel mensen die wel kunnen en vaak ook willen werken, geen baan
hebben is ook sociaal onacceptabel. Werk biedt mensen niet alleen
inkomen, maar ook structuur, zingeving en houvast. De werkvloer is de
beste plaats voor nieuwkomers om Nederlands te leren en in contact te
komen met autochtonen. Werk integreert. Het stelsel zoals we dat nu
hebben, is de afgelopen decennia te veel geworden tot een fuik die
mensen in een uitkering gevangen houdt in plaats van dat het hun een
opstap biedt naar (nieuw) werk. Met de maatregelen heeft het kabinet
de noodzakelijke verandering ingezet."
CDA