der Staaij, Van Baalen en Rouvoet over politieke uitspraken en de
gereedheid van Turkije voor de opening van toetredingsonderhandelingen
Beantwoording vragen Van der Staaij, Van Baalen en Rouvoet over
politieke uitspraken en de gereedheid van Turkije voor de opening van
toetredingsonderhandelingen
Aan de Voorzitter van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Binnenhof 4
Den Haag
Directie Integratie Europa
Externe Betrekkingen
Bezuidenhoutseweg 67
2594 AC Den Haag
Datum
27 juli 2004
Auteur
Jochem Wiers
Kenmerk
DIE-350/04
Telefoon
070-348 5105
Blad
1/1
Fax
070-348 6381
Bijlage(n)
1
E-mail
jochem.wiers@minbuza.nl
Betreft
Beantwoording van vragen van de leden Van der Staaij (SGP), Van Baalen
(VVD) en Rouvoet (ChristenUnie) over politieke uitspraken en de
gereedheid van Turkije voor de opening van
toetredingsonderhandelingen.
Graag bied ik u hierbij, mede namens de staatssecretaris voor Europese
Zaken, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen, gesteld door de
leden Van der Staaij (SGP), Van Baalen (VVD) en Rouvoet (ChristenUnie)
aan de Minister van Buitenlandse Zaken over politieke uitspraken en de
gereedheid van Turkije voor de opening van
toetredingsonderhandelingen. Deze vragen werden ingezonden op 02 juli
2004 met als kenmerk 2030417090.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Dr. B.R. Bot
Antwoord van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken, mede namens
de heer Nicolaï, staatssecretaris voor Europese Zaken, op vragen van
de leden Van der Staaij (SGP), Van Baalen (VVD) en Rouvoet
(ChristenUnie) over politieke uitspraken en de gereedheid van Turkije
voor de opening van toetredingsonderhandelingen
Vraag 1
Kent u het bericht `Schröder und Chirac setzen sich für die Türkei
ein'? 1)
Antwoord
Ja.
Vraag 2
Deelt u de mening dat het niet wenselijk is op het in oktober 2004 te
verwachten Commissierapport over de gereedheid van Turkije voor de
opening van toetredingsonderhandelingen met politieke uitspraken
vooruit te lopen, aangezien daardoor een zuivere besluitvorming over
deze kwestie aan de hand van het politieke Kopenhagen-criterium op de
Europese Raad in december 2004 bemoeilijkt wordt?
Vraag 3
Zo ja, deelt u dan de mening dat de uitspraak van bondskanselier
Schröder, dat hij in oktober een `positiven Bericht' van de Commissie
verwacht omdat de Unie `gar nichts anders entscheiden könne, als ihr
Wort zu halten, das sie vor 41 Jahren gegeben hat', en het feit dat
president Chirac zich hier onmiddellijk bij aansloot, op gespannen
voet staan met de in vraag 2 verwoorde mening?
Vraag 4
Bent u, als voorzitter van de EU, bereid met uw collega's binnen de
Europese Raad de afspraak te maken dat zij zich van dergelijke
uitspraken zullen onthouden en niet op de uitkomsten van het rapport
van de Europese Commissie over Turkije en het al dan niet in 2005
openen van de toetredingsonderhandelingen vooruit zullen lopen?
Antwoord
In zijn rol van voorzitter van de EU wil Nederland niet vooruitlopen
op het rapport van de Commissie over Turkije en derhalve geen
politieke uitspraken doen over dit onderwerp. Dat betekent echter niet
dat Nederland hetzelfde van andere lidstaten kan eisen. Het staat
andere staatshoofden en regeringsleiders uiteraard vrij hun mening te
geven.
1) www.sueddeutsche.de, 29 juni jl.
Ministerie van Buitenlandse Zaken