POLITIE EN WETENSCHAP
Vuurwapens in Nederland
Concept PERSBERICHT
'Illegale vuurwapens in Nederland: smokkel en handel', nieuwe uitgave
in de reeks Politiewetenschap van het Programma Politie en
Wetenschap.
Embargo tot donderdag 22 juli, 06.00 uur
Twee jaar geleden deed de Universiteit van Tilburg onderzoek naar de
smokkel van vuurwapens vanuit voormalige Oostbloklanden. De conclusie
was dat zo'n twintig procent van de vuurwapens die in het Nederlandse
criminele circuit worden gebruikt uit die landen afkomstig zijn. Dit
leidde uiteraard tot de vraag waar dan de overige tachtig procent
vandaan komt. Een nieuw rapport, geschreven in opdracht van het
Programma Politie en Wetenschap, geeft hierop het antwoord. De wapens
blijken, naast uit het voormalige Oostblok, vooral afkomstig uit
Portugal, Duitsland en België. Het meest opmerkelijk is de
inventiviteit waarmee de illegale wapenhandelaars te werk gaan om aan
vuurwapens te komen. De opsporing van de vuurwapensmokkel en -handel
is daarbij nog altijd voor verbetering vatbaar.
Dit zijn enkele van de belangrijkste uitkomsten van een studie naar de
smokkel van en handel in illegale vuurwapens in ons land, die is
uitgevoerd door drs. A.C. Spapens en mw. drs. M.Y. Bruinsma, werkzaam
bij onderzoeksinstituut IVA van de Universiteit van Tilburg. Het
onderzoek geeft inzicht in het logistieke proces dat nodig is om
vuurwapens illegaal te maken, ze naar Nederland te smokkelen en
vervolgens hier te verkopen. Om de onderzoeksvragen te kunnen
beantwoorden is vooral gebruik gemaakt van informatie van de politie
en andere opsporingsinstanties, maar er zijn ook gesprekken gevoerd
met 22 gedetineerden die informatie over de smokkel van en handel in
vuurwapens konden verschaffen.
Jaarlijks komen naar schatting 10.000 tot 15.000 illegale vuurwapens
Nederland binnen. Voor die smokkel zijn kleinere en grotere
'importeurs' verantwoordelijk. Bij de belangrijkere groepen gaat het
om wekelijkse partijen van 30 à 50 vuurwapens, die vervolgens worden
verkocht via tussenhandelaren verspreid over Nederland. Ook doorvoer
naar andere landen, bijvoorbeeld Groot-Brittannië, is mogelijk. De
kleine smokkelaars vervoeren partijen van 5 à 10 vuurwapens. Zij
werken vaak 'op bestelling' en halen een partij wapens op wanneer er
kopers voor zijn.
De illegale vuurwapens die in Nederland worden aangetroffen zijn in
verreweg de meeste gevallen gemaakt in officiële, legale,
vuurwapenfabrieken. De illegale wapenhandelaars blijken uiterst
inventief bij het vinden van methoden om wapens in het criminele
milieu te laten verdwijnen. Een methode om dit op grote schaal te doen
is het zogenaamde 'zwartwassen'. Dit wil zeggen dat met behulp van
valse papieren partijen wapens worden geleverd aan fictieve
buitenlandse afnemers. Die wapens bereiken hun vermeende bestemming
echter nooit, maar worden in plaats daarvan illegaal verkocht. Op deze
manier zijn in het begin van de jaren negentig duizenden illegale
vuurwapens via België gezwart en vervolgens naar Nederland gesmokkeld.
Wapens uit deze partijen worden ook nu nog regelmatig in beslag
genomen.
Een tweede belangrijke methode is het inkopen van onschuldige
alarmpistolen en deze vervolgens ombouwen tot scherpschietende wapens.
Een nieuwe ontwikkeling is dat dit op grote schaal gebeurt. Honderden
in Italië gebouwde alarmwapens van het merk Tanfoglio zijn in de
afgelopen jaren in Portugal omgebouwd en daarna naar Nederland en
andere Europese landen gesmokkeld.
In de derde plaats bestaat in Duitsland een omvangrijke markt voor
tweedehands en afgeschreven vuurwapens. Die wapens worden aldaar
onbruikbaar gemaakt en vervolgens als sierwapen of alarmwapen
verkocht. Criminele groeperingen blijken er in de loop der tijd echter
telkens weer in te slagen partijen van dergelijke wapens op te kopen
en ze vervolgens weer in bruikbare staat te brengen.
Uit Groot-Brittannië kwam eind jaren negentig voor korte tijd een
stroom van illegale vuurwapens naar Nederland. Dit was het gevolg van
een aanscherping van de vuurwapenwetgeving in dat land. De legale
vuurwapenhandel bleef als gevolg daarvan met onverkoopbare voorraad
zitten, waarvan een deel door malafide handelaars in het illegale
circuit is gebracht.
Tot slot vormen ook voormalige Oostbloklanden, met name Kroatië en
Tsjechië zijn belangrijke herkomstlanden van illegale vuurwapens die
in Nederland door de politie worden aangetroffen.
De illegale vuurwapenhandel blijkt er voortdurend in te slagen om
nieuwe bronnen voor vuurwapens te vinden. Bovendien komt uit het
nieuwe onderzoek naar voren dat illegale wapens een langere levensduur
hebben dan tot nu toe werd vermoed. Nog altijd duiken in Nederland
illegale wapens op uit partijen die tien of vijftien jaar geleden al
in het criminele milieu zijn verdwenen.
De aanpak van illegale vuurwapens staat sinds eind jaren negentig hoog
op de beleidsmatige agenda. Het blijkt echter tijd te kosten om deze
aandacht te vertalen in het feitelijk intensiveren van de aanpak van
vuurwapenhandel en - smokkel. Sinds de reorganisatie van de
Nederlandse politie in 1994 zijn allerlei recherchespecialismen,
waaronder dat van vuurwapendeskundige, afgebouwd. Opsporing van
vuurwapensmokkel en -handel heeft sinds die tijd ook slechts
mondjesmaat plaatsgevonden. Deze situatie lijkt zich nu langzaam ten
goede te keren. De regiopolitiekorpsen beschikken thans, op één na,
over een Regionaal Bureau Wapens en Munitie. Binnen die bureaus
zijn vuurwapendeskundigen werkzaam en worden in beslag genomen wapens
en schietincidenten geregistreerd. Het aantal specialisten is echter
beperkt en er zal op korte termijn nadrukkelijk moeten worden
geïnvesteerd in de opleiding van nieuwe vuurwapendeskundigen. Ook het
opsporingsonderzoek naar vuurwapensmokkel en -handel komt onvoldoende
van de grond. De politie en het Openbaar Ministerie zien het belang
daarvan nog altijd te weinig in. Vuurwapens worden nog steeds vooral
als een bijproduct van andere criminele activiteiten beschouwd en niet
als een probleem op zichzelf.
Het onderzoeksrapport is uitgegeven in de reeks Politiewetenschap van
het Programma Politie en Wetenschap. Dat is een onafhankelijk
(onderzoeks)programma dat in mei 1999 is ingesteld door de minister
van BZK om het wetenschappelijk onderzoek en de kennisontwikkeling op
het gebied van politie en veiligheid te stimuleren en tevens een
impuls te geven aan een betere benutting van onderzoeksresultaten in
politiepraktijk en opleiding. Daartoe is een meerjarig
onderzoeksprogramma ontwikkeld. De uitvoering van dit programma
geschiedt onder leiding van de directeur van het programmabureau,
G.C.K. Vlek.
Nadere informatie:
Van de zijde van de onderzoekers:
- Toine Spapens tel. 013 4663618; e-mail:
A.C.Spapens@uvt.nl
Van de zijde van het Programma Politie en Wetenschap :
- G.C.K. Vlek tel. 055 - 5397215 of 06 -
22778644
A.C. Spapens en M.Y. Bruinsma, Illegale vuurwapens in Nederland,
smokkel en handel, Politiewetenschap nr. 18, Programma P & W,
Apeldoorn/Zeist: Uitgeverij Kerkebosch bv 2004.
Website: www.politieenwetenschap.nl
22 jul 04 06:00