Persbericht
Over de invloed van geluid op de slaap en de gezondheid
Nachtelijk omgevingsgeluid verstoort de slaap en leidt tot
slapeloosheid Nachtelijk lawaai haalt veel Nederlanders uit de slaap.
Bij een aantal van hen leidt dat tot slapeloosheid en mogelijk tot
andere gevolgen voor gezondheid en welbevinden. Dat concludeert een
commissie van de Gezondheidsraad in een vandaag aan staatsecretaris
Van Geel van VROM aangeboden advies over geluid, slaap en gezondheid.
De staatssecretaris vroeg het advies in verband met de aanpassing van
de Nederlandse regelgeving aan Europese voorstellen voor de beperking
van nachtelijk geluid.
Slaapverstoring door nachtelijk lawaai is een probleem dat veel
Nederlanders bezig houdt, zo blijkt uit enquêtes onder de bevolking.
Maar over de invloed daarvan op gezondheid en welbevinden op de lange
termijn is nog weinig bekend. Het meeste onderzoek is verricht naar de
invloed van weg-, vlieg- en railverkeersgeluid. Daaruit is komen vast
te staan, zo concludeert een commissie van de Gezondheidsraad, dat
nachtelijk verkeersgeluid bij verscheidene honderdduizenden
Nederlanders leidt tot als erg betitelde slaapverstoring. Bij enkele
procenten van hen leidt dat tot slapeloosheid en daarmee tot een
inbreuk op gezondheid en welbevinden.
Van de drie bronnen van verkeersgeluid hebben de meeste mensen last
van wegverkeer: vracht- en personenautos, motoren en bromfietsen.
Daarna komen vlieg- en railverkeer. Hoe effectief de maatregelen zijn
om de slaapverstoring en de last voor gezondheid en welbevinden tegen
te gaan, is niet goed onderzocht. Wel is bekend dat de theoretische
geluiddempende wering van de gevel in de praktijk niet wordt gehaald,
ook al omdat mensen hun slaapkamerraam s nachts graag op een kier
zetten. Bij alle geluidbeperkende maatregelen is overigens een
probleem dat het effect daarvan door de toenemende mobiliteit voor een
deel te niet wordt gedaan.
Om de overlast te beperken zou men het nachtelijk geluid aan grenzen
kunnen binden. Door de EU is hiervoor een maat, Lnight, voorgesteld,
die het totale geluid tussen 11 uur s avonds en 7 uur s ochtends
representeert. De commissie acht, in navolging van een advies van de
Gezondheidsraad uit 1997, die maat bruikbaar. Wel wijst ze er op dat
er mensen zijn die al voor 11 uur te ruste gaan en dat veel
Nederlanders s ochtends om 7 uur nog in bed liggen. Bij een gegeven
nachtelijke geluidbelasting kan men vervolgens het geluid verder aan
banden leggen door eisen te stellen aan aantal en aard van de
geluidgebeurtenissen. De commissie geeft aan dat in dat verband het
maximale geluidniveau van een auto-, trein- of vliegtuigpassage van
veel minder belang is dan het aantal voertuigen of vliegtuigen dat s
nachts passeert.
De commissie breekt een lans voor nader onderzoek naar de gevolgen van
nachtelijk geluid voor de gezondheid van kinderen. Daarover is
namelijk zo weinig bekend, dat er geen wetenschappelijk verantwoorde
uitspraken te doen zijn.
De commissie die het advies opstelde, bestond uit:
· prof dr JJ Heimans, neuroloog; VU Medisch Centrum, Amsterdam;
voorzitter · ir M van den Berg, beleidsmedewerker; Ministerie van
VROM, Den Haag; adviseur · dr JJ van Busschbach, psycholoog,
onderzoeker; Erasmus Medisch Centrum, Rotterdam · ir JH Granneman,
akoesticus; Peutz bv, Zoetermeer · dr HME Miedema, psycholoog; TNO
Inro, Delft · prof dr FJN Nijhuis, psycholoog, arbeid en organisatie;
Centrum voor Arbeidsperspectief, Hoensbroek · prof dr WF Passchier,
chemisch fysicus, Gezondheidsraad, Den Haag; adviseur · dr H Tiemeier,
psychiatrisch epidemioloog; Erasmus Medisch Centrum, Rotterdam · prof
dr AJJM Vingerhoets, gezondheidspsycholoog; Universiteit van Tilburg ·
dr AW de Weerd, neuroloog/slaapdeskundige; Medisch Centrum Haaglanden,
Den Haag · drs W Passchier-Vermeer, fysicus; Inro, Delft en
Gezondheidsraad; secretaris
Nadere inhoudelijke inlichtingen verstrekt mw drs W Passchier-Vermeer,
tel. (070) 340 7520, e-mail , willy.passchier@gr.nl.
22 juli 2004
Gezondheidsraad