Gemeente 's-Hertogenbosch

22-07-2004

OM en gemeente maken afspraken over toezicht op naleven leerplicht

Leerplicht in beweging

Het Openbaar Ministerie (OM) en de gemeente 's-Hertogenbosch hebben samen afspraken gemaakt over het houden van toezicht op het naleven van de leerplicht. Deze afspraken zijn vastgelegd in de nota 'Leerplicht in beweging' en zijn gemaakt omdat parallel aan de maatschappelijke ontwikkelingen ook de manier van toezicht op de leerplicht constant in beweging is. Vooral omdat het accent verschoven is naar een meer maatschappelijke zorgtaak. Naast de afspraken in de nota zijn er ook afspraken op regionaal niveau met de betrokken partijen gemaakt over de leerplicht.

Nota 'Leerplicht in beweging'
Toen de leerplichtwet in 1969 werd ingevoerd lag het accent op registratie en het opmaken van processen-verbaal. In de jaren tachtig vond een verschuiving plaats naar een meer maatschappelijke zorgtaak. Op dit moment wordt, onder meer vanuit de invalshoek 'ketenbenadering', gericht gewerkt aan het verbeteren van de samenhang tussen de preventieve aanpak, de curatieve en de handhavende repressieve aanpak. In de nota 'Leerplicht in beweging' is in samenspraak met het OM beschreven op welke manier de gemeente 's-Hertogenbosch in de komende periode het toezicht houdt op het naleven van de leerplicht. Tevens wordt in de nota beschreven op welke wijze schoolverzuim wordt geregistreerd en afgehandeld en welke sancties mogelijk zijn. De gemeente wil in samenwerking met de betrokken partijen bereiken dat het schoolverzuim in de komende jaren met 20% daalt en dat meer jongeren hun schoolopleiding met succes afronden.

Coördinatiepunt Risico Jongeren (CRJ)
Naast een aantal activiteiten, dat ongeoorloofd verzuim tegen moet gaan, neemt de leerplichtambtenaar deel in de zorgteams van de scholen voor voortgezet onderwijs en in het Coördinatiepunt Risico Jongeren (CRJ). Het CRJ is een specifieke voorziening waarbinnen twee keer per week wordt gesproken over strafzaken, zorgmeldingen en meldingen van schoolverzuim. Aan dit overleg nemen het OM, de Raad voor de Kinderbescherming Bureau Jeugdzorg, de politie en de leerplichtambtenaar deel. De bedoeling is om riskant gedrag van jongeren zo vroeg mogelijk te signaleren en de activiteiten van de betrokken organisaties beter op elkaar af te stemmen.