Provincie zet in op kleinere WCT
Het College van Gedeputeerde Staten ziet mogelijkheden voor een
Westerschelde Containerterminal (WCT) die kleiner is dan het
oorspronkelijke plan. Het College verwacht dat een containerterminal
met een zeekade van ongeveer twee kilometer mogelijk is zonder
significante gevolgen voor de natuur. Dat kan door de oorspronkelijk
geplande kade aan één of aan twee zijden in te korten tot ongeveer
tweeduizend meter en door een ruimhartige natuurcompensatie toe te
passen. Het college adviseert Provinciale Staten dan ook in het
statendebat op 7 oktober in te stemmen met de uitwerking van een nieuw
projectvoorstel in samenwerking met de initiatiefnemers, Havenschap
Zeeland Seaports en HesseNoord Natie.
Het College onderbouwt haar advies tot de aanleg van een WCT met twee
economische argumenten. Eerste is dat verbreden van de Zeeuwse
haveneconomie met containerlogistiek naast chemische industrie en
procesindustrie noodzakelijk is om de haveneconomie minder eenzijdig
en dus kwetsbaar te laten zijn. Het regionale werkgelegenheidseffect
van ongeveer elfhonderd directe arbeidsplaatsen vormt het tweede
argument.
Het College van Gedeputeerde Staten komt tot dit advies op basis van
vervolgonderzoek naar aanleiding van de uitspraak van de Raad van
State in juli vorig jaar. In januari van dit jaar maakte onderzoek
duidelijk aan welke randvoorwaarden een nieuw voortel voor een WCT zou
moeten voldoen. Wel of niet significante gevolgen voor de natuur is
daarbij een cruciaal aspect voor de omvang van het projectvoorstel.
Vervolgonderzoek door FTT Procesontwikkeling heeft nu duidelijk
gemaakt dat het oorspronkelijke voorstel voor een WCT zeer
waarschijnlijk leidt tot significante gevolgen voor de natuur, omdat
het jonge duinvorming ter hoogte van het strand De Kaloot aantast. Het
oorspronkelijke plan van initiatiefnemers Havenschap Zeeland Seaports
en HesseNoord Natie is daarom niet mogelijk.
Verkorte zeekade en ruimhartig compenseren
Een terminal met verkorte zeekade heeft wel kansen. Inkorten kan
eenzijdig aan de oostzijde van het plangebied (Sluftergebied), of
tweezijdig waarbij de zeekade ook aan de zijde van De Kaloot wordt
ingekort tot ongeveer tweeduizend meter. Er is vervolgonderzoek nodig
om te bepalen wat het meest milieuvriendelijke alternatief is.
Daarnaast wordt op basis van overleg met het ministerie van LNV
gekeken of de zogenoemde saldobenadering mogelijkheden biedt om
significante effecten te verminderen of te vermijden. De
saldobenadering gaat uit van mitigeren door verlies en winst aan
oppervlakte milieutypen te salderen. Ruimhartige natuurcompensatie kan
hier een positief effect hebben.
Achterland
Bij de actualisatie van de MER voor de benodigde streekplanwijziging
zal worden bekeken hoe een zo gunstige mogelijke verdeling van de
transportstromen (modal shift) kan worden bereikt, waarbij zoveel
mogelijk transport over water wordt nagestreefd. De provincie zal zich
maximaal blijven inzetten om in overeenstemming met de betrokken
gemeentebesturen en het ministerie van verkeer en waterstaat te komen
tot een pakket van maatregelen dat het zogenoemde standstill beginsel
voor milieuhinder door spoorweglawaai respecteert. De aard van de
maatregelen dient naar redelijkheid en billijkheid in overleg met de
betrokken gemeentebesturen te worden bepaald alvorens een
streekplanwijziging aan Provinciale Staten zal worden voorgelegd. Ook
de onderwerpen trillingen, veiligheid en spoorkruisend verkeer maken
deel uit van genoemde studies en overleg.
20 juli 2004, Derk van t Spijker, tel. (0118) 631361, nr. 66/04
Provincie Zeeland