Toespraak door de staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, Melanie
Schultz van Haegen, tijdens de Informele Milieuraad in Maastricht op
zondag 18 juli 2004 om 9.00 uur.
Koninklijke Hoogheid, mevrouw de Commissaris, geachte collegas, dames
en heren,
Hartelijk welkom. We praten vandaag over een gezamenlijke Europese
hoogwateraanpak. Na het zien van de beelden hoef ik u nauwelijks nog
uit te leggen waarom dat zo belangrijk is. De dreiging waar we in
Europa voor staan, is niet zo groot als in de Amerikaanse film The Day
after tomorrow, waarin heel New York door het water wordt weggevaagd.
Maar ook zonder Hollywood-overdrijving laten de beelden van recente
overstromingen in Europa duidelijk zien dat we de gevolgen van de
klimaatverandering maar beter serieus kunnen nemen.
En dat geldt nog veel meer voor de reportages die ons uit Zuidelijk
Azië bereiken. Tien miljoen mensen ondervinden daar op dit moment de
gevolgen van heftige moesson-regens en overstromingen. Drie miljoen
Bangladeshi zijn van de buitenwereld afgesneden en er zijn al
honderden doden te betreuren. Dat zijn aantallen om even bij stil te
staan en om stil van te worden.
Dames en heren,
Ik ben er trots op dat de Prins van Oranje, Nederlands belangrijkste
waterambassadeur, het thema van vandaag deskundig bij ons zal
inleiden. We hebben de pers uitgenodigd om getuige te zijn van dat
verhaal. Maar vóórdat ik de Prins van Oranje het woord geef, wil ik
graag een korte blik werpen op de agenda van vandaag.
De Informele Milieuraad staat deze morgen in het teken van de
Mededeling van de Europese Commissie over Flood Risk Management. Met
dit document dat mevrouw Wallström straks zal toelichten, geeft de
Commissie een aanzet voor een gezamenlijke hoogwateraanpak met als
kern een stroomgebiedbenadering. Rivieren beginnen en eindigen immers
niet bij staatkundige grenzen. Water houdt zich niet aan de Europese
landkaart. Het ligt dus voor de hand maatregelen binnen stroomgebieden
op elkaar af te stemmen.
U begrijpt waarschijnlijk dat het initiatief van de Commissie juist
voor Nederland van enorm belang is. Nederland wordt wel eens
oneerbiedig het afvoerputje van Europa genoemd. Als bovenstrooms de
sneeuw smelt of wanneer elders in Europa de regen met bakken uit de
hemel valt, stroomt het water in Nederland in een kolkende massa naar
zee. In de jaren negentig hebben we daar de gevolgen van ondervonden.
De Maasvallei is toen bijvoorbeeld twee jaar op rij geteisterd door
overstromingen. Ik wind er dus geen doekjes om: hoogwaterbestrijding
is voor Nederland gewoon een heel belangrijk onderwerp.
Maar niet alleen voor ons. Ik zou u bijvoorbeeld willen herinneren aan
de zomer van 2002. Hevige regenval plaagde destijds een groot deel van
Europa. Dat leidde tot wateroverlast, veel schade voor economie en
milieu, en zelfs slachtoffers in verschillende landen binnen de
huidige Unie. In Centraal-Europa kampten Duitsland, Tsjechië,
Slowakije, Hongarije en Oostenrijk met overstromingen. Maar elders ook
Italië, Spanje en Frankrijk. Waterproblematiek gaat ons dus allemaal
aan. Vandaar dat ik in 2003, samen met de toenmalige milieuminister
Bachelot van Frankrijk, een brief heb geschreven aan de Europese
Commissie met het verzoek om een strategie op te stellen over
hoogwaterbescherming in Europa. En vandaar ook dat ik zo blij ben dat
de Commissie dat verzoek heeft opgepakt en dat er nu een Mededeling
dus een soort beleidsvoornemen van de Commissie op tafel ligt.
Ik ga natuurlijk niet op de resultaten van onze vergadering
vooruitlopen. Maar ik heb het afgelopen half jaar met veel collegas
over dit onderwerp gesproken en ik weet dus dat er een groot draagvlak
is voor gezamenlijke actie. Daarom heb ik er vertrouwen in dat we
vandaag een belangrijke stap zetten op weg naar een daadwerkelijk
Europese hoogwateraanpak. Aan de locatie zal het in ieder geval niet
liggen, want die is dubbel geschikt voor deze raad. Ten eerste omdat
de dorpen Itteren en Borgharen om de hoek liggen. Deze twee dorpen
staan in Nederland sinds de overstromingen van 1995 symbool voor de
hoogwaterproblematiek. De rampzalige tv-beelden van ondergelopen
huizen en straten, en de evacuatie van mensen en huisdieren staan nog
op ieders netvlies. Ten tweede zijn we in Maastricht, de plaats waar
in 1991 de fundamenten van de Europese Unie zijn gelegd. Ik hoop en
verwacht dat dat ons de rest van de dag zal inspireren, uiteraard
samen met de toespraak van de Prins van Oranje. Aan hem geef ik nu
graag het woord.
Dank u wel.
Ministerie van Verkeer en Waterstaat