Den Haag, 13 juli 2004
Vragen van het lid Arib (PvdA) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
over geneesmiddelenreclame
1. Herinnert u zich de eerdere schriftelijke vragen van het lid Arib over geneesmiddelenreclame?
2. Herinnert u zich de eerdere berichten over Astra Zeneca waarin een dinervergadering aan artsen werd aangeboden en voor deelname een vergoeding van 172.50 exclusief reiskosten werd ontvangen?
3. Herinnert u zich uw antwoorden namelijk dat de inspectie geen initiatief neemt om tegen dit soort zaken op te treden maar de CGR? Herinnert u zich het antwoord dat u op de inspectie wilde wachten die een verslag zou uitbrengen?
4. Wat is uw mening over het verslag van de inspectie voor de gezondheidszorg waarin gesteld wordt dat het zelfregulerende toezicht op de sector niet effectief, zeer passief, onvoldoende transparant en niet altijd geloofwaardig is? Deelt u deze mening of gelooft u nog steeds in zelfregulering?
5. Wat is er sinds de ongeoorloofde promotiepraktijken van geneesmiddelenfabrikant Bayer door u ondernomen ter bestrijding van ongeoorloofde promotie? In hoeverre heeft de klacht die tegen Bayer is ingediend geleid tot sanctionering door het CGR?
6. Kunt u aangeven welke rol de NMA/FIOD/ECD en of een toekomstige zorgkamer kunnen spelen ter beperking van de promotie van geneesmiddelen?
7. Vindt u dat de huidige zelfregulering ten aanzien van promotie en reclame van de farmaceutische industrie ondanks de kritiek van de inspectie op de uitspraken van het CGR, goed functioneert? Zo ja, keurt u de genoemde activiteiten goed?
8. Wat gaat u concreet doen om ervoor te zorgen dat farmaceutische bedrijven zich bezighouden met het fabriceren van geneesmiddelen met een normale prijs/kwaliteitsverhouding? Hoe gaat u ervoor zorgen dat er eindelijk een einde komt aan de beïnvloeding van artsen en apothekers met cadeautjes, kortingen en bonussen en wat er al niet meer verzonnen wordt?
9. Wanneer zorgt u ervoor dat geneesmiddelen voorgeschreven worden op niets anders dan puur medische gronden?