Vrije Universiteit Amsterdam

Informatie voor de pers. Vrije Universiteit Amsterdam. 12/07/2004


---

Overgewicht leidt tot meer ongezonde levensjaren

Voor het eerst is aangetoond dat mensen met overgewicht niet alleen eerder doodgaan, maar tijdens hun leven ook langer ziek zijn: ze zijn langer arbeidsongeschikt, lijden langer aan hart- en vaatziekten en gebruiken langer medicijnen. Overgewicht vergroot de risico"s op arbeidsongeschiktheid en ziekte sterk, ook op jongvolwassen leeftijd al.

Dr. Tommy Visscher, post-doc op de afdeling Voeding en gezondheid op de Faculteit der Aard- en Levenswetenschappen van de VU, toont dat aan in het artikel Obesity and unhealthy life years in adult Finns, dat maandag 12 juli verschijnt in het tijdschrift Archives of internal medicine. Belangrijk is dat het extra risico van overgewicht op arbeidsongeschiktheid en ziekte hoger is dan het extra risico van overgewicht op sterfte. Ziekte door overgewicht treedt dus eerder op dan sterfte door overgewicht. Gedurende de onderzoeksperiode van vijftien jaar waren mensen met ernstig overgewicht daardoor zo"n half jaar langer arbeidsongeschikt, hadden ze een half jaar langer hart- en vaatziekten en gebruikten ze anderhalf jaar langer medicijnen voor diverse chronische ziekten dan mensen zonder overgewicht.

Waarom deed Visscher zijn onderzoek onder Finnen, zou je denken. "Finland is het walhalla voor epidemiologen", zegt Visscher. Mensen hebben daar een soort sofi-nummer waar allerlei informatie aan vast hangt: naast belastinggegevens ook zaken als ziekenhuisopnamen, medicijngebruik, ggd-bezoek enzovoort. De Finse Sociale Verzekeringsbank had 20.000 Finnen van twintig jaar en ouder gewogen en daarna vijftien jaar gevolgd. Wij hebben die gegevens gebruikt om te kijken hoe het de onderzoekspersonen verging gedurende die vijftien jaar: overleden ze, werden ze arbeidsongeschikt, kregen ze hart- en vaatziekten en gingen ze chronisch medicijnen gebruiken?" Hierdoor kun je onderzoek doen dat in Nederland niet mogelijk is.

Nu we het antwoord weten wordt de vraag die we ons al langer stellen nog prangender: wat kunnen we eraan doen? Visscher: "Wij werken mee aan een door de Nederlandse Hartstichting gefinancierd onderzoek naar preventieprogramma"s. We weten al dat het heel erg moeilijk is mensen een perfecte levensstijl aan te meten. Volgens het huidige inzicht is het verstandiger om kleine dingen veranderen die mensen hun hele leven vol kunnen houden. Te dik zijn komt bij de meeste mensen namelijk niet omdat ze altijd lopen te schransen, maar omdat ze per dag één koekje te veel eten of elke week een kwartier te weinig fietsen. Zo komt er elk jaar een kilootje bij."

Binnen het onderzoeksprogramma van de Nederlandse Hartstichting bundelen gezondheidsvoorlichters, bewegingswetenschappers, voedingsdeskundigen en epidemiologen hun kennis om te bestuderen hoe gedrag omtrent eetgewoonten en lichamelijke activiteit is te veranderen ter voorkoming van gewichtsstijging. Er lopen twee onderzoeken naar de oorzaken van gewichtsstijging, één op het terrein van voeding en lichamelijke activiteit en één op het terrein van de gedragsmatige oorzaken van voedings- en activiteitenpatronen. Ook lopen er drie interventie-onderzoeken naar manieren waarop je mensen een klein beetje kunt bijsturen: bij brugklassers op vmbo-scholen, bij jongvolwassenen op de werkplek, en bij pas gepensioneerden. De Vrije Universiteit en het VU medisch centrum zijn samen met andere onderzoeksinstellingen nauw betrokken bij deze studies. In 2007 moeten de richtlijnen voor preventie van overgewicht klaar zijn.

In Nederland is inmiddels 40 procent van de bevolking te dik; een op de tien mensen heeft ernstig overgewicht. Hoewel Nederland niet tot de dikste landen van de wereld behoort, bijvoorbeeld omdat we hier goede fietspaden hebben, is er de laatste jaren een sterke stijging te zien. Deze studie laat zien dat preventie van gewichtsstijging terecht hoog staat op de politieke en wetenschappelijke agenda.



Vrije Universiteit Amsterdam