OPEN UNIVERSITEIT NEDERLAND
http://www.ou.nl
Vertrouwen cruciaal in samenwerking huisarts en bedrijfsarts
Huisartsen en bedrijfsartsen met een gemeenschappelijke patiënt
overleggen zelden met elkaar. De wil om samen te werken is er aan
beide kanten, waarom lukt dit dan nog niet? Sociaal-psychologische
factoren spelen een belangrijke rol, constateert Noks Nauta in haar
proefschrift 'Een vertrouwenskwestie? Over het samenwerken van
huisartsen en bedrijfsartsen'. Zij promoveert op 9 juli aanstaande aan
de Open Universiteit Nederland. Met name vertrouwen blijkt een
cruciale voorwaarde voor het welslagen van de samenwerking. De paradox
is dat vertrouwen juist ontstaat door vaker samen te werken.
Nederland telt in 2004 ongeveer 10.000 huisartsen en bijna 3000
bedrijfsartsen. Een werknemer die een langer durende klacht of
aandoening heeft, krijgt vaak met beide artsen te maken. Zeker als de
klachten relevant zijn voor het werk, zoals bijvoorbeeld lage
rugklachten of psychische klachten. Huisartsen en bedrijfsartsen
overleggen echter zelden. In drie empirische onderzoeken onder
huisartsen en bedrijfsartsen heeft Nauta inzichten uit de sociale
psychologie getoetst om nader te verklaren waarom de samenwerking nog
niet goed verloopt.
Vertrouwen blijkt een cruciale rol te spelen. Omdat huisartsen zich
hoger in status voelen, vertrouwen ze het werk van de bedrijfsarts
minder dan omgekeerd het geval is. Ze zijn daardoor minder snel
geneigd samen te werken. Echter, hoe veelvuldiger het contact, hoe
groter het vertrouwen. Hoe groter ook de waardering voor de
samenwerking. Praktische belemmeringen in het onderlinge contact zijn
op dat moment van ondergeschikt belang.
'De huidige samenwerking tussen huisartsen en bedrijfsartsen bevindt
zich in een vicieuze cirkel', aldus Nauta. 'Omdat ze weinig
samenwerken is het vertrouwen niet groot, terwijl het vertrouwen
alleen kan groeien door veel samen te werken. Uit de evaluatie van een
gezamenlijke cursus in de beroepsopleiding van huisartsen en
bedrijfsartsen en uit de evaluatie van tien regionale projecten blijkt
dat dit type contacten het onderlinge vertrouwen vergroot. Er zijn
echter meerdere en langdurende activiteiten nodig om blijvende
resultaten te boeken.' Nauta beveelt dan ook aan om contacten tussen
huisartsen en bedrijfsartsen te stimuleren. Ook het bespreekbaar maken
van de statusverschillen, het verhelderen van de taakverdeling en
artsen bewustmaken van de wederzijdse afhankelijkheid kan de
samenwerking verbeteren. Daarnaast is het belangrijk dat zowel
bedrijfsartsen als huisartsen zorgen dat er geen praktische
belemmeringen zijn voor het onderling contact.
Noks Nauta is bedrijfsarts en psycholoog en werkzaam als
wetenschappelijk medewerker bij het Nederlands Kenniscentrum Arbeid en
Klachten Bewegingsapparaat (Kenniscentrum AKB). Zij verricht met name
projecten op het gebied van interdisciplinair samenwerken. Het
Kenniscentrum AKB is onderdeel van het ErasmusMC en maakt deel uit van
het Kennisnetwerk Gezondheid en Arbeid.
De promotie van mevrouw drs. A.P. (Noks) Nauta vindt plaats op vrijdag
9 juli 2004 in het vergadercentrum Pretoria van de Open Universiteit
Nederland, Valkenburgerweg 177 te Heerlen. Aanvang om 14.00 uur
precies. De titel van het proefschrift is: Een vertrouwenskwestie?
Over het samenwerken van huisartsen en bedrijfsartsen.