PWC
http://www.pwc.com/nl

Economen van PwC voorspellen aantal medailles per land

Economen van PricewaterhouseCoopers voorspellen aantal medailles per land bij Olympische Spelen

Voormalig Sovjetblok-landen en Griekenland zouden de economische verwachtingen moeten overtreffen

Volgens een nieuwe analyse van economen bij PricewaterhouseCoopers winnen veel voormalige Sovjetbloklanden nog steeds aanzienlijk meer medailles bij de Olympische Spelen dan voorspeld zou worden naar aanleiding van de omvang van hun economieën. Het onderzoek heeft ook aangetoond dat gastlanden hun aandeel in het totaal aantal gewonnen medailles gemiddeld met twee percentpunten verhogen in vergelijking met wat te verwachten zou zijn op basis van de grootte van hun economieën. De economen die het onderzoek publiceren verwachten hierdoor voor Griekenland zestien medailles meer dan in Sydney 2000. Nederland moet op minder medailles rekenen dan vier jaar geleden: het aantal is volgens het onderzoek met vier stuks gedaald naar in totaal 21 medailles in Athene.

In 2000 publiceerde PricewaterhouseCoopers een analyse van wat de relatie was tussen de prestatie tijdens de Olympische Spelen in Sydney en de economische en politieke factoren. Zij hebben deze analyse nu bijgewerkt en uitgebreid in hun meest recente European Economic Outlook rapport met gegevens over medailleprestaties uit de vier Olympische Spelen sinds 1988. Zij komen tot de conclusie dat voor het verklaren van het totaal aantal door elk land gewonnen medailles, de volgende factoren statistisch significant zijn:

populatie
gemiddelde inkomensniveaus (gemeten door middel van BNP per capita bij koopkrachtpariteitswisselkoersen)
of het land voorheen deel uitmaakte van het voormalige Sovjetblok (in dit geval inclusief Cuba)
of het land het gastland is
medaille-aandelen in eerdere Olympische Spelen

Modelschattingen van het totaal aantal medailles van de Olympische Spelen in Athene in vergelijking met Sydney 2000 ziet er als volgt uit:
Land Modelschatting van totaal aantal medailles in Athene 2004 Totaal aantal medailles in Sydney 2000 Verschil
1. VS 70 97 -27

2. Rusland 64 88 -24

3. China 50 59 -9

4. Duitsland 45 57 -12

5. Australië 41 58 -17

6. Frankrijk 31 38 -7

7. Griekenland 29 13 +16

8. Italië 28 34 -6

9. Groot-Brittannië 25 28 -3

10. Zuid-Korea 24 28 -4

11. Cuba 23 29 -6

12. Roemenië 23 26 -3

13. Oekraïne 21 23 -2

14. Nederland 21 25 -4

15. Japan 20 18 +2

16. Polen 17 14 +3

17. Hongarije 17 17 0

18. Wit-Rusland 15 17 -2

19. Canada 15 14 +1

20. Brazilië 15 12 +3

21. Spanje 13 11 +2

22. Bulgarije 13 13 0

23. Zweden 12 12 0

24. Mexico 11 6 +5

25. Indonesië 11 6 +5

26. Zwitserland 10 9 +1

27. India 10 1 +9

28. Noorwegen 10 10 0

29. Tsjechië 10 8 +2

30. Zuid-Afrika 9 5 +4

Top 30 totaal aantal medailles 701 776 -75 Overige landen 228 153 +75
Totaal aantal medailles 929 929 0
Bron: PricewaterhouseCoopers modelschattingen uitgaand van hetzelfde aantal medailles als in Sydney 2000.

Over het geheel genomen kon het PricewaterhouseCoopers-model bijna 90% van de variatie in medaille-aandelen over landen in recente Olympische Spelen verklaren, hoewel dit nog steeds enige ruimte laat om ook andere factoren, zoals uitstekende individuele atletische prestaties, geluk, of scheidsrechterlijke dwaling een rol te laten spelen.

Het onderzoek toonde aan, zoals te verwachten was, dat het aantal gewonnen Olympische medailles stijgt naarmate populatie en/of inkomensniveaus stijgen, maar deze stijging is minder dan proportioneel ten opzichte van de grootte en rijkdom van het land: twee keer zo groot of rijk is minder dan twee keer zoveel medailles. De analyse suggereert dat de hoogte van het BNP bepalend is voor het voorspellen van de prestatie bij de Olympische Spelen, en niet de scheefheid van de verdeling.

Het onderzoek toonde ook aan dat het zeer significant was of een land een voormalig lid van het Sovjetblok was, ongetwijfeld als gevolg van het grote politieke belang dat in veel van deze landen aan sport wordt gegeven. Aanwijzingen uit de Olympische Spelen van Sydney geven aan dat deze effecten ongeveer tien jaar na het uiteenvallen van het Sovjetblok nog steeds significant waren, hoewel zij in de toekomst naar verwachting geleidelijk zouden moeten afnemen. De analyse geeft echter ook aan dat het de moeite waard is hier onderscheid te maken tussen de groep voormalige Sovjetlanden waarin een bijzonder hoge prioriteit werd gegeven aan sport (bijv. Rusland, Oekraïne, Polen, Bulgarije, Roemenië en Cuba) en andere voormalige Sovjet- of geplande economieën waarin dit minder prioriteit had.

Het onderzoek toonde ook aan dat het thuisland-effect significant is. Het medaille-aandeel van het gastland was over het algemeen rond twee percentagepunten hoger dan anders te verwachten zou zijn. In Sydney, toonde Australië zelfs een hoger aantal gewonnen medailles, hoewel het voor Griekenland gezien de kleinere populatie een uitdaging zal zijn dit te evenaren.

Tenslotte toonde het onderzoek aan dat het versterken van de sporttraditie doorgaans enkele Spelen lang aanhoudt. Het verklarend vermogen van het model werd aanzienlijk vergroot door medaille-aandelen tijdens de vorige Spelen.
Jan Willem Velthuijsen, partner van PricewaterhouseCoopers: Het is duidelijk dat er veel meer komt kijken bij de prestatie tijdens de Olympische Spelen dan economie en politiek en onze analyse is in feite bedoeld als een spelletje. Maar het is interessant in hoeverre je medailleprestaties kunt verklaren met dit modeltype. Zoals je zou verwachten doen grotere en rijkere landen het beter, maar de effecten lijken niet geheel proportioneel: in relatie tot hun grootte doen veel kleinere landen het heel goed. Het is opmerkelijk dat veel voormalige Sovjetbloklanden ook na tien jaar nog altijd ver boven gemiddeld presteren. Dit toont aan dat sterke sporttradities over het algemeen de verandering in politiek regime in deze landen hebben overleefd.