jul 2004 -
Midden- en Kleinbedrijf krijgt hardste klappen bij faillisementsfraude
Volgens Het Financieele Dagblad van maandag 5 juli 2004 heeft minister Laurens Jan Brinkhorst van Economische Zaken op een bijeenkomst met EU-ministers in Maastricht gezegd dat 'failliet gaan niet erg is'. Volgens VVD-Tweede-Kamerlid Charlie Aptroot heeft Brinkhorst niet stilgestaan bij het gegeven dat faillisementen nadelig zijn voor meerdere partijen zoals leveranciers en werknemers. Ondermeer vanuit deze optiek heeft Aptroot schriftelijke vragen gesteld aan de minister over zijn uitspraken. De liberaal vraagt ook aandacht voor het fenomeen faillissementsfraude zoals zich dat onlangs in de Amsterdamse horeca heeft voorgedaan. Aptroot is van mening dat bij zulke praktijken voornamelijk het Midden- en Kleinbedrijf de hardste klappen krijgt.
Hieronder treft u de schriftelijke vragen van Charlie Aptroot
Kamervragen van het Lid Aptroot (VVD) aan de Minister van Economische Zaken aangaande zijn uitspraken in Het Financieele Dagblad.
1. Staat de Minister achter zijn uitspraken in 'Het financieele Dagblad' d.d. 5 juli, waarin hij onder meer zegt: 'Maar failliet gaan is niet erg'?
2. Is de Minister het met de VVD-Fractie eens dat faillissementen altijd nadelig zijn voor derden zoals leveranciers, werknemers en andere schuldeisers.
3. Wat is de mening van de minister van het feit dat er in ons land sprake is van faillissementsfraude, die zeer nadelige economische gevolgen heeft?
4. Steunt de Minister de strijd hiertegen zoals gevoerd door de gemeente Amsterdam die recent een ondernemer met horeca-ondernemingen aanpakt die mogelijk fraudeert via faillietgaan?
5. Is de Minister er zich van bewust dat met name het Midden- en Kleinbedrijf, toch de motor van de Nederlandse economie, hierdoor veelal de zwaarste klappen krijgt?
6. Welke maatregelen gaat de Minister treffen om misbruik van faillissementen tegen te gaan en daarmee economische schade bij derden te beperken?
VVD
VVD