Vlaamse overheid


1.400 KMO's tekenden in op de eerste selectieprocedure van de Groeipremie. De zogenaamde 'call' liep van 17 november tot einde maart van dit jaar en verdeelt een budget van 30 miljoen euro. De volledige geautomatiseerde procedure aan de hand van objectieve criteria, is nu afgerond. Patricia Ceysens, Vlaams minister van Economie, maakt vandaag de resultaten bekend. "De Groeipremie doet wat we vooropstelden. Maar we spraken af in de Ondernemingsconferentie om het systeem te evalueren en dat gaan we nu ook doen. Met het totale budget expansiesteun zouden we bijvoorbeeld de vennootschapsbelasting met 1% kunnen doen dalen," zegt Ceysens, "dat is ongetwijfeld de beste maatregel voor onze bedrijven en onze economie."

Van expansiesteun naar flankerend beleid

"Vanaf 2004 is het vernieuwde ondersteuningsbeleid nagenoeg helemaal operationeel. In 1999 ging nog 65% van het Economie budget, ongeveer 250 miljoen euro, naar traditionele expansiesteun. In de voorbije legislatuur hebben we resoluut gekozen voor een verschuiving van directe steun naar flankerend beleid," verduidelijkt Ceysens. "In plaats van directe investeringssteun krijgen bedrijven nu een tussenkomst in de kosten van opleidingen aan de hand van de opleidingscheques, ondersteuning bij de professionalisering van hun bedrijfsvoering met de advies- en DNAcheques, hulp bij de zoektocht naar kapitaal met de Talentenbank en binnenkort steun bij ontwikkeling van ecologische bedrijfsvoering met de Ecologiepremie. Traditionele expansiesteun -de Groeipremie en de Strategische Projecten voor grote bedrijven- maakt nu nog maar ongeveer 35% uit van het budget."

"Ook het systeem van de expansiesteun voor KMO's zelf hebben we vernieuwd en omgevormd tot de Groeipremie. Daarbij stonden twee principes centraal: de steun moest gelden voor alle bedrijven -géén sectorbeleid- en we wilden geen budgettaire ontsporingen meer. In 1999 erfden we immers een voor 300 miljoen euro achterstallig dossier omdat geen limiet werd gezet op het beschikbare bedrag voor steun. Daarom hebben we met de Groeipremie gekozen voor een vooraf vastgelegd budget en dat betekende dat we een selectieprocedure moesten invoeren," aldus de minister.

Selectie voor Groeipremie

Die selectie gebeurt nu op basis van een aantal objectieve en geautomatiseerde criteria. Op deze wijze kan het beleid met een beperkte enveloppe het grootste effect ressorteren. De vorige Vlaamse regering zette bij de Groeipremie jobcreatie en duurzaam ondernemen voorop. Bedrijven die de Groeipremie aanvragen moeten ook financieel gezond zijn. "Het heeft geen zin belastingsgeld te stoppen in bedrijven die korte tijd daarna over kop gaan," dixit Ceysens. "Daarom werken we met een falingspredictiemodel en een aantal boekhoudkundige indicatoren. De Groeipremie gaat ook uit van het partnerschap- model. De overheid kijkt niet naar het soort investering dat een ondernemer wil doen, daar is hij of zij immers het best geplaatst voor, maar bekijkt enkel de gezondheid van een bedrijf."

Met de enveloppe van 30 miljoen euro konden er uiteindelijk 391 bedrijven worden geselecteerd. Dat betekent dat 28% van de bedrijven die een aanvraag indienden een Groeipremie krijgen, een percentage vergelijkbaar met andere gangbare nationale en internationale selectieprocedures.

Enkele opmerkelijke vaststellingen

De selectieparameters van het nieuwe systeem hebben: duidelijk financieel gezonde bedrijven geselecteerd die jaarlijks gemiddeld 170.000 euro meer toegevoegde waarde creëren dan niet-geselecteerde en meer cashflow genereren; die opmerkelijk meer jobs creëren dan de niet geselecteerde bedrijven (gemiddelde job toename van 43% t.o.v. 3% bij de bedrijven die niet geselecteerd werden); die duurzamer ondernemen (meer duurzaamheidcertificaten); en die meer inspanningen doen op het gebied van ICT (70% t.o.v. 33% bij de niet-geselecteerde bedrijven).

Het bedrag van een toegekende Groeipremie neemt gemiddeld 10% van een investering voor zijn rekening. "Een alternatief waarbij het budget aan elke indiener een lineaire steun toekent, zou slechts een steunpercentage van 2,8% opleveren," legt Patricia Ceysens uit. De 1.410 bedrijven hebben samen immers voor meer dan een miljard euro aan investeringsprojecten ingediend. "Maar dan kan je je de vraag stellen of je met zo'n steunpercentage wel bedrijven over de streep trekt om al dan niet een investering te doen."

Meer zekerheid voor bedrijven en afhandeling in 30 minuten

Vroeger duurde het tot meer dan een jaar voordat een bedrijf wist of het in aanmerking kwam voor steun. Tijdens de Ondernemingsconferentie werd afgesproken om het aantal 'calls' per jaar te verhogen tot 4 zodat een onderneming gemiddeld binnen de 3 maanden weet of het een Groeipremie krijgt. Vanaf volgend jaar wordt bij de lancering van een selectieprocedure voor de premie ook een vast percentage bekendgemaakt (bv. 7,5%) dat ondernemingen krijgen indien ze worden geselecteerd. Ondertussen werd op 1 april een tweede 'call' geopend die nog loopt tot 31 december 2004, opnieuw goed voor 30 miljoen euro.

In het verleden rekenden banken makkelijk tot 2.500 euro aan voor het invullen van een dossier. E-Gov zorgt ook hier voor een belangrijke administratieve vereenvoudiging en verhoogt gebruiksgemak omdat de procedure helemaal web-gestuurd is. De administratie verzamelt ook zoveel mogelijk informatie zelf. De aanvraagprocedure kan daarom nu op minder dan een half uur worden afgerond. "Dat betekent een administratieve lasten- verlaging van 5 miljoen euro voor bedrijven," berekent Ceysens.


1% Belastingsverlaging voor bedrijven

"Zoals afgesproken in de Ondernemingsconferentie evalueren we nu het systeem," gaat Ceysens verder. "Laat me duidelijk zijn, de Groeipremie doet wat ze vooropstelde: de beperkte budgettaire enveloppe besteden aan selecte projecten van bedrijven die voor jobs en duurzaam ondernemen zorgen in Vlaanderen. Maar ik pleit zelf voor een grondige vernieuwing omdat ik vind dat te veel bedrijven nu achter het net vissen. Daarom wil ik in overleg met de ondernemersorganisaties bekijken of er geen betere alternatieven voor de Groeipremie zijn."

"Mijn voorkeur gaat naar de daling van de vennootschapsbelasting. Ik heb laten berekenen dat we met de huidig beschikbare enveloppe expansiesteun een vermindering van 1% op het nominaal tarief zouden kunnen toestaan. Bescheiden, maar in elk geval een goed begin en zonder twijfel de beste maatregel voor onze economie. Zolang de vennootschapsbelasting niet tot onze bevoegdheden behoort ben ik gewonnen voor een systeem dat met een gesloten enveloppe werkt en niet voor sectoren kiest, wel voor sporen, én een groter aantal bedrijven steun geeft. De drie belangrijkste sporen voor onze economie zijn internationaliseren, innoveren en digitaliseren. Daarbinnen bekijk ik graag de mogelijkheden."

info : Lorin Parys, woordvoerder van
minister Ceysens- tel. (02) 553 12 39 GSM. 0476 45 34 01
e-mail: lorin.parys@vlaanderen.be;
michel.debruyne@vlaanderen.be


---