UNIE VAN WATERSCHAPPEN
Proef met kunstmatige bevochtiging dijken hoopgevend
PROEF MET KUNSTMATIGE BEVOCHTIGING DIJKEN HOOPGEVEND
De voorlopige resultaten van een proef met kunstmatige bevochtiging
van veendijken zijn hoopgevend. Dit stelt STOWA, het kennisinstituut
van de waterschappen, in een brief aan de Unie van Waterschappen. De
proef komt erop neer dat een chemisch, maar biologisch afbreekbaar
middel via beregening in en op de veendijken wordt aangebracht. Dit
middel (een surfactant)houdt het vocht vast en bevordert vochtopname.
Het vochtig houden van veendijken zou een bijdrage moeten leveren aan
het voorkomen van lekken of afschuiven van de dijken als gevolg van
droogte.
Het middel wordt al enige jaren met succes toegepast in de Verenigde
Staten op sportvelden en golfbanen. Nu wordt gedurende de periode van
een jaar bekeken of dit ook bij veendijken het geval is.
In 2003 vonden na een lange periode van droogte dijkafschuivingen
plaats bij Wilnis en Rotterdam. Als gevolg daarvan is op initiatief
van de waterschappen een intensief onderzoeksprogramma gestart naar
oorzaken en mogelijkheden ter voorkoming van dergelijke incidenten.
Eén van de mogelijke preventieve maatregelen is het bevochtigen en
injecteren van veendijken met een chemische, maar biologische
afbreekbare stof die de eigenschappen heeft dat het vocht vasthoudt en
vochtopname bevordert.
STOWA, opdrachtgever en begeleider van het onderzoek, heeft de
waterschappen deze week in een brief laten weten dat de resultaten
hoopgevend zijn. De beoogde effecten lijken ook daadwerkelijk op te
treden en er lijkt verschil te zijn tussen de behandelde en niet
behandelde delen van de veendijk waar het experiment plaats vindt.
'Als waterschappen me zouden vragen of ze dit middel kunnen toepassen,
zou ik op dit moment positief adviseren', aldus Henk van Hemert van
STOWA.
Het middel moet overigens niet worden gezien als de ultieme oplossing
voor de problematiek van droogte bij veendijken. De STOWA wijst erop
dat het gebruik maken van een surfactant één maatregel is in een reeks
van denkbare maatregelen.
De definitieve resultaten van de proef worden in februari 2005
verwacht.
Einde Persbericht
Nadere informatie bij Kees Groothuis, woordvoerder van de Unie van
Waterschappen telefoon 0654360013.
09 jun 04 09:16