Cordaid
Den Haag, 6 juni 2004
Van Ardenne heeft slecht nieuws voor de armen in Suriname
Na dertig jaar van verpaupering van meer dan de helft van de bevolking
en het mislukken van de Nederlandse overheidssteun aan Suriname
verwacht de minister voor Ontwikkelingssamenwerking van Ardenne dat in
vijf jaar tijd de ontwikkelingsrelatie met Suriname afgebouwd kan
worden. In de nota:Suriname Nederland een rijke relatie die afgelopen
vrijdag in het kabinet is behandeld, wordt met optimisme gesproken
over de economische potenties van Suriname en de positieve
ontwikkelingen met de sectorale benadering in Suriname.
Deze benadering is vier jaar geleden ingezet en heeft een boel papier
geproduceerd, maar nog geen enkele echte verbetering voor de
levenssituatie van armen opgeleverd. Cordaid acht het van een wel erg
verregaand optimisme dat in vijf jaar tijd de structurele armoede,
zwakke structuren van economie en democratie dusdanig verbeterd zullen
zijn dat een ontwikkelingsrelatie tussen de overheden van Nederland en
Suriname niet meer nodig is.
Dat het BNP van Suriname te hoog is om in aanmerking te komen voor
Nederlandse bilaterale steun is een heel zuur bericht voor de arme
groepen die nog altijd hopen ooit, mede met Nederlandse steun, hun
levenssituatie te verbeteren.
Cordaid pleit al jaren voor een groeiende onafhankelijkheid van
Suriname van Nederlandse steun, maar acht het uiterst onwaarschijnlijk
dat dit in vijf jaar tijd te realiseren valt. De opbouw van de
Surinaamse samenleving is een langdurig proces, waarbij overheden,
maatschappelijk middenveld en bedrijfsleven een taak te vervullen
hebben. De nota van Van Ardenne is mager over hoe deze verschillende
actoren daadwerkelijk door Nederland en andere donoren ondersteund
kunnen worden.
Meer informatie?
Cordaid Communicatie, Eric Bloemkolk, 06 21580316