Ministerie van Buitenlandse Zaken
Persbericht ministerraad
28 mei 2004
NEDERLANDS VOORZITTERSCHAP EUROPESE UNIE
De uitbreiding van de Europese Unie (EU), duurzame versterking van de Europese economie,
veiligheid, een goede Europese meerjarenbegroting en een slagvaardigere rol van de EU in de wereld
zijn in het kort de accenten tijdens het Nederlands voorzitterschap van de Europese Unie in de tweede
helft van dit jaar. Daarnaast wil Nederland het debat met de burger én de overheden in de Unie
aangaan over hoe de verdere Europese integratie en samenwerking vorm moet krijgen en welke
waarden hierbij in Europa de gemeenschappelijke uitgangspunten vormen. De ministerraad heeft op
voorstel van minister Bot en staatssecretaris Nicolaï van Buitenlandse Zaken ingestemd met toezending
van een brief aan de Tweede Kamer over het Nederlands voorzitterschap.
De omstandigheden waaronder dit Nederlands voorzitterschap plaatsvindt zijn bijzonder. Nederland is
de eerste voorzitter van een uitgebreide Unie van 25 lidstaten, na de verkiezingen in juni is er een nieuw
Europees parlement en op 1 november treedt een nieuwe Europese Commissie aan. Ook kan er dan
een nieuwe Europese Grondwet liggen voor het Nederlands voorzitterschap. Door deze
omstandigheden en vanwege de forse Europese agenda wordt meer nog dan anders van de voorzitter
leiderschap, een goede organisatie en visie verwacht, aldus het kabinet.
Tegen deze achtergrond wil het kabinet realistische ambities formuleren en zich concentreren op een
aantal terreinen. Als eerste gaat Nederland verder werken aan de uitbreiding van Europa. Dat betekent
dat de kortgeleden uitgebreide Unie goed moet functioneren het is zaak de nieuwe lidstaten zo snel
mogelijk volledig bij alle werkzaamheden te betrekken. Daarnaast moeten de onderhandelingen over de
toetreding van Bulgarije en Roemenië worden voortgezet en moet de Unie in december beslissen of
ook met Turkije toetredingsonderhandelingen kunnen worden geopend.
Verder is het volgens het kabinet duurzame versterking van de Europese economie nodig. Nederland
wil vooral aandacht voor de uitvoering van de maatregelen en structurele hervormingen die al eerder
afgesproken zijn. Er is minder behoefte aan nieuwe afspraken zolang de oude nog niet zijn nagekomen.
Beter functionerende arbeidsmarkten, vereenvoudiging van de regelgeving en vermindering van
administratieve lasten moeten het bedrijfsleven stimuleren een belangrijke bijdrage te leveren aan een
krachtige, meer duurzame en innoverende Europese economie.
Nederland wil er als voorzitter ook voor zorgen dat de Unie veiliger wordt, vrij van terrorisme en
georganiseerde misdaad. Politieke lijnen voor de komende jaren zullen worden uitgezet voor de verdere
ontwikkeling van de zgn. `ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid.' Dit betekent vooral een
agenda met concrete stappen op weg naar een Europees asiel-, migratie- en integratiebeleid en aandacht
voor de bestrijding van terrorisme en georganiseerde misdaad. Hierin staat de intensivering van de
samenwerking van politie en justitie van de lidstaten voorop.
Het beleid van de Unie moet betaalbaar blijven voor de Unie en de lidstaten. Dit uitgangspunt zal voor
Nederland als voorzitter belangrijk zijn bij de onderhandelingen over de volgende meerjarenbegroting
van de Unie, de financiële perspectieven 2007-2013. In december moeten onder Nederlands
voorzitterschap richtlijnen en principes worden vastgesteld op basis waarvan de onderhandelingen in
2005 kunnen worden afgerond.
Naast de interne agenda zal Nederland zich inspannen voor een slagvaardiger optreden van de
Europese Unie in de wereld. Met de uitbreiding van de Unie zijn de verwachtingen ten aanzien van de
rol van EU in de wereld groter geworden. Juist hier is voor de voorzitter een leidende functie
weggelegd. De aandacht richt zich daarbij in de eerste plaats op de uitvoering van de Europese
veiligheidsstrategie. Verder zal een belangrijk accent liggen op Azië en de voor het bedrijfsleven
belangrijke opkomende markten. Er zal energie worden gestoken in de rol van de EU in het Midden-
Oosten, waarbij de economische betrekkingen met de regio verder worden ontwikkeld. Ook wil
Nederland dat de EU een actieve rol speelt in de discussie rondom het functioneren van multilaterale
instellingen zoals de Verenigde Naties en in de lopende WTO-onderhandelingen. Veel aandacht zal
uitgaan naar de samenhang van het externe beleid van de Unie, met oog voor de positie van
ontwikkelingslanden.
RVD, 28.05.2004
Ministerie van Algemene Zaken