European Commission

IP/04/556

Brussel, 28 april 2004

Hervorming van het GVB: een nieuw Europees Bureau voor visserijcontrole voor een betere toepassing van de regels

De Europese Commissie heeft een voorstel ingediend voor de oprichting van een EU-Bureau voor visserijcontrole als sleutelelement ter verbetering van de naleving van de regels in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid (GVB). Het Bureau zal de uniformiteit en de doeltreffendheid van de handhaving versterken door de nationale controle- en inspectiemiddelen te bundelen met die van de EU en de handhaving te coördineren. Door deze operationele coördinatie kunnen de tekortkomingen worden verholpen die het resultaat zijn van de verschillen in middelen en prioriteiten van de controlesystemen van de lidstaten. Het Bureau zal de inzet van nationale controle- en inspectiemiddelen organiseren op basis van een Europese strategie. Zijn taken en mandaat zullen worden vastgesteld in nauwe samenwerking met de lidstaten, in overeenstemming met de doelstellingen en prioriteiten van de EU. In december 2003 verwelkomde de Europese Raad het voornemen van de Commissie om een voorstel in te dienen tot oprichting van het Bureau en is besloten dat het zijn zetel in Spanje zal hebben.

"De oprichting van dit Bureau is een duidelijk signaal dat een uniformere en doeltreffendere handhaving van de regels een prioriteit is van het nieuwe GVB. Het Bureau zal het creëren van gelijke voorwaarden op het gebied van controle bespoedigen. Deze voorwaarden zijn essentieel voor een betere naleving, wat een voorwaarde is voor de doeltreffendheid van de maatregelen van het GVB", aldus Franz Fischler, Commissaris voor Landbouw, Plattelandsontwikkeling en Visserij.

Operationele coördinatie

Het Bureau zal de gezamenlijke inzet van de nationale controle- en inspectiemiddelen (bewakingsvaartuigen, vliegtuigen en ander materieel, alsmede inspecteurs, waarnemers en ander personeel) organiseren in overeenstemming met een EU-strategie. Het Bureau en de lidstaten komen gezamenlijke inzetplannen overeen op basis van vastgestelde criteria, benchmarks, prioriteiten en gemeenschappelijke procedures.

Er zullen multinationale teams worden opgezet voor inspecties op zee en aan land in bepaalde gebieden en op bepaalde visserijtakken en vloten, op bepaalde tijden. De betrokken lidstaten zullen de nodige maatregelen treffen voor de gezamenlijke controles en inspecties.

Het Bureau zal de lidstaten niet alleen bijstand verlenen bij het nakomen van hun verantwoordelijkheden in EU-wateren, maar ook in het kader van met derde landen gesloten visserijovereenkomsten. Tevens zal het actief zijn op volle zee, op grond van internationale controle- en inspectieregelingen die zijn overeengekomen in het kader van regionale visserijorganisaties zoals de Visserijorganisatie voor het noordwestelijk deel van de Atlantische Oceaan (NAFO) of de Visserijcommissie voor het noordoostelijk deel van de Atlantische Oceaan (NEAFC).

De betrokken taken omvatten eveneens de opleiding van inspecteurs, de verstrekking van uitrustingen en de verlening van diensten voor de controle en inspectie, de coördinatie van de uitvoering van gezamenlijke inzetplannen voor het testen van nieuwe controle- en inspectietechnologieën, de ontwikkeling van gezamenlijke operationele controleprocedures of de vaststelling van criteria voor de uitwisseling van controle en inspectie.

Bovendien kan het Bureau contractuele diensten verlenen waarom de lidstaten kunnen verzoeken en die vervolgens aan de lidstaten in rekening worden gebracht. Deze diensten kunnen variëren van het huren en bemannen van een inspectievaartuig tot het aanstellen van waarnemers aan boord van vissersvaartuigen.

Om het Bureau bij te staan in zijn taken zal een EU-visserijcontrolecentrum worden opgezet dat met behulp van satellietvolgtechnologie gegevens verstrekt over de positie en de bewegingen van EU-vaartuigen.

Naar gelijke voorwaarden

De oprichting van het Bureau verandert niets aan de verplichtingen van de lidstaten tot het handhaven van de GVB-maatregelen of die van de Europese Commissie tot het doen nakomen van die verplichtingen. Het Bureau zal zich bezighouden met operationele coördinatie om zowel de EU als de lidstaten te helpen hun controle- en inspectieverplichtingen na te komen, een activiteit die niet behoort tot de kerntaken van de Europese Commissie.

De activiteiten van het Bureau zullen bijdragen tot een grotere doeltreffendheid van de controle en het toezicht alsmede tot een verbetering van de informatiestroom tussen de lidstaten onderling en tussen de lidstaten en de Commissie. Ook zullen zij leiden tot betere betrekkingen tussen de EU en haar internationale partners door het centraliseren van de contactpunten en het bevorderen van uniformere controle- en inspectiemethoden.

Structuur van het Bureau

Het Bureau zal een raad van bestuur hebben die bestaat uit vertegenwoordigers van de Europese Commissie, de lidstaten en de visserijsector. De raad van bestuur zal een werkprogramma opstellen voor het Bureau. Tevens benoemt het een uitvoerend directeur. Het bureau zal beschikken over 49 personeelsleden.

Achtergrond

De lidstaten moeten erop toezien dat alle regels van het GVB worden gehandhaafd op hun grondgebied, in de wateren die onder hun verantwoordelijkheid vallen, en door de vaartuigen die hun vlag voeren, ongeacht waar zij actief zijn. Onvolkomenheden en zwakke punten in de controlesystemen van de lidstaten leiden tot een ongelijke handhaving, waardoor de bereidheid van de belanghebbenden om de regels na te leven afneemt, hetgeen op zijn beurt de doeltreffendheid van de instandhoudingsmaatregelen ondermijnt.

In het Groenboek over de hervorming van het GVB uit 2001 is sprake van het creëren van een gezamenlijke inspectiestructuur als een manier om de GVB-maatregelen doeltreffend ten uitvoer te leggen. In haar voorstel inzake de hervorming van het GVB heeft de Commissie voorgesteld een dergelijke structuur in 2004 op te zetten.

Een van de pijlers van de hervorming van het GVB van 2002 is het zorgen voor gelijke voorwaarden bij de handhaving. Om ervoor te zorgen dat de controles en inspecties van de lidstaten goed worden gecoördineerd, moet een permanente structuur voor operationele samenwerking tussen de lidstaten worden opgezet, in de vorm van een Bureau.

In december 2002 is als onderdeel van het eerste pakket hervormingsverordeningen een aantal maatregelen ter versterking van de controle en de handhaving getroffen. In maart 2003 heeft de Commissie een mededeling gepresenteerd waarin een aanpak in twee fasen wordt beschreven om de coördinatie tussen de autoriteiten van de lidstaten onderling en met de autoriteiten van de EU te verbeteren.

In de eerste plaats werd daarin voorzien in de integratie van nationale controlestrategieën in een samenhangende EU-strategie door tenuitvoerlegging over een periode van twee jaar van een actieplan voor samenwerking tussen de bij de handhaving betrokken instellingen. Ten tweede wordt de weg aangegeven voor de oprichting van een Communautair Bureau voor visserijcontrole, waarvoor de Commissie nu een voorstel indient.