Eikenprocessierups: niet overal bestrijden
29 april 2004
Door de Plantenziektekundige dienst is gewaarschuwd voor een grote
plaag van de eikenprocessierups in 2004. Veel gemeenten zijn dan ook
actief in het bestrijden van deze soort. De Vlinderstichting wijst op
de effecten van de bestrijding op veel andere dieren en pleit voor
terughoudendheid bij de bestrijding. Alleen op plekken waar mensen
direct in aanraking kunnen komen met de rupsen, bijvoorbeeld langs
fietspaden en bij scholen, zouden ze bestreden moeten worden door
middel van bespuiting.
Bacteriologische bestrijding
De eikenprocessierups is jarenlang afwezig geweest in Nederland.
Ongeveer 10 jaar geleden begon de soort zich echter uit te breiden en
inmiddels komt hij in wisselende aantallen in heel Zuid Nederland
voor. In 1996 kwam het plaatselijk zelfs tot plaagvorming. De
volgroeide rupsen hebben brandharen, die bij aanraking sterke
irritatie kunnen veroorzaken.
Tot dusver werden de rupsen bestreden door de beestjes uit de bomen
weg te zuigen en ze daarna te begraven of verbranden. Ook werden wel
chemische middelen gebruikt. De methode die de komende weken in
Gelderland wordt getest, maakt gebruik van een bacteriologisch
preparaat. Het middel, Xentari geheten, wordt op de bladeren van
eikenbomen gespoten zodra de eiken zijn uitgelopen. Xentari is niet
schadelijk voor het milieu en tast ook de natuurlijke vijanden van de
rups niet aan. De rupsen die de bladeren eten, worden gedood voordat
zij het stadium bereikt hebben waarin zij brandharen bezitten. De dode
rupsen hoeven dan ook niet meer opgeruimd te worden.
... doodt ook andere dieren
Het middel werkt echter niet specifiek en ook alle andere larven die
zich op de bomen en daaronder bevinden zullen door het middel worden
gedood. Een vlindersoort als de eikenpage is ook in het voorjaar als
rups op de eiken aanwezig en deze zal zeker door het middel worden
aangetast. Eik is een belangrijke waardplant voor honderden kleine
diersoorten, waaronder veel nachtvlinders. Bestrijding, ook met
Xentari, zal voor veel dieren negatieve gevolgen hebben.
Terughoudendheid gewenst
De Vlinderstichting pleit dan ook voor terughoudend gebruik van het
middel. Op plekken waar mensen direct in aanraking kunnen komen met de
rupsen of hun haren is bestijding noodzakelijk, maar daarbuiten, in de
omgeving van natuurgebieden en bijvoorbeeld langs wegen waar alleen
autos rijden zal het middel niet moeten worden toegepast.
De Vlinderstichting