IP/04/554
Brussel, 28 april 2004
EU-begroting voor 2005: Commissie dient haar voorstel voor de
uitgebreide Unie in
De Commissie heeft vandaag haar voorstel voor de Europese begroting
2005 ingediend (voorontwerp van begroting). Het zal de eerste
begroting zijn die de uitgaven voor 25 lidstaten gedurende een heel
jaar dekt. Er is in 2005 vrij weinig ruimte voor nieuwe initiatieven,
aangezien de meeste uitgaven reeds zijn vastgesteld bij eerdere
besluiten van de Raad en het EP. Het voorstel voorziet in 109,5
miljard EUR aan uitgaven. Het door de huidige financiële
vooruitzichten toegestane maximum is 114,2 miljard EUR. Het met
begroting belaste Commissielid Michaele Schreyer verklaarde: De
begroting 2005 moet stroken met de verbintenissen die in het Agenda
2000-besluit zijn opgenomen, de toetredingsverdragen en de hervorming
van de landbouwsector. Wij zullen de steun voor de nieuwe lidstaten
opvoeren, het communautaire veiligheidsbeleid bevorderen en aan onze
externe verplichtingen voldoen. Toch zijn wij erin geslaagd een
begroting voor te stellen die ruim onder de maxima van de financiële
vooruitzichten blijft en waarbij het beginsel van de
begrotingsdiscipline in acht is genomen.
Omvang van de door de Commissie voorgestelde begroting
Met 109,5 miljard EUR is de door de Commissie voorgestelde omvang van
de uitgaven (betalingskredieten(1)
) gelijk aan 1,03% van het bruto nationaal inkomen van de EU-25. Het
voor de uitgebreide Unie overeengekomen financiële kader voorziet in
ten hoogste 1,08% van het BNI voor de EU-begroting. Het voorontwerp is
veel 4,7 miljard EUR lager dan het voor 2005 overeengekomen maximum.
Deze stijging van 9,7 miljard EUR is het gevolg van de volledige
opname van de nieuwe lidstaten (+3,9 miljard EUR), de hervorming van
het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) (+1,3 miljard EUR) en het
betere gebruik van de Structuurfondsen (+2,7 miljard EUR). Deze drie
factoren verklaren meer dan 80% van de totale stijging van de
betalingskredieten.
Vastleggingskredieten d.w.z. het maximumniveau voor de nieuwe
financiële verplichtingen die de EU in 2005 mag aangaan bedragen 117,2
miljard EUR voor de uitgebreide Unie. Voor de EU-25 leidt dit tot een
stijging van 5,2% ten opzichte van 2004. Het totaalbedrag laat een
marge van 2,4 miljard EUR onder het maximum voor 2004 over.
Landbouw
De totale behoeften voor de EU-25 bedragen 50,7 miljard EUR, waarvan
6,8 miljard voor plattelandsontwikkeling (15% meer, de grootste
stijging). De raming voor de nieuwe lidstaten bedraagt 3,6 miljard
EUR, waarvan 1,9 miljard EUR voor plattelandsontwikkeling. Het bedrag
voor marktuitgaven en veterinaire uitgaven in de nieuwe lidstaten is
aanzienlijk gestegen, maar is nog steeds betrekkelijk laag omdat de
directe steun gelijdelijk wordt ingevoerd. Dit is het eerste jaar
waarin directe steun aan de nieuwe lidstaten wordt betaald.
De stijging (+4,42 miljard EUR aan betalingskredieten) is met name het
gevolg van de uitbreiding (2,1 miljard EUR), maar ook de wisselkoers
tussen de EUR en de USD (1 EUR = 1,25 USD) brengt 240 miljoen aan
extra kosten mee. Voorts zal de hervorming van het GLB in 2005 1,3
miljard EUR extra vergen. Het grootste deel van de rest van de
stijging wordt verklaard door de terugkeer van normale omstandigheden
na de droogte van de zomer 2003 (400 miljoen EUR).
De Commissie zal de laatste ramingen voor de landbouwuitgaven in
oktober 2004 indienen in een nota van wijzigingen.
Structurele maatregelen
De Structuurfondsen zijn het op een na grootste uitgavengebied van de
uitgebreide Unie.
De vastleggingskredieten voor de Structuurfondsen stijgen met 3,3%
voor de uitgebreide Unie. Van in totaal 42,4 miljard is 7,7 miljard
bestemd voor de nieuwe lidstaten.
De uitgaven (betalingskredieten) uit de Structuurfondsen komen op 35,4
miljard voor de uitgebreide Unie, 14,8% meer dan in de begroting 2004.
Deze aanzienlijke stijging is voornamelijk te wijten aan de
verdubbeling van het bedrag dat in de nieuwe lidstaten zal worden
besteed. De uitgaven uit het Cohesiefonds zijn voor zowel de oude als
de nieuwe lidstaten lager als gevolg van het in Kopenhagen bereikte
akkoord en het feit dat Ierland niet meer voor middelen uit het
Cohesiefonds in aanmerking komt.
Intern beleid
Vergeleken met de stijgingen van de twee bovengenoemde categorieën
zijn de ramingen voor het intern beleid in 2005 betrekkelijk stabiel.
De vastleggingskredieten bedragen in totaal 8,95 miljard EUR en de
betalingskredieten 7,7 miljard EUR, een stijging van 2,8%.
Voor onderzoeksuitgaven is 5 miljard EUR aan vastleggingskredieten
beschikbaar. Hieruit blijkt dat in de uitgebreide Unie nog steeds een
hoge prioriteit wordt toegekend aan steun voor de doelstellingen van
Lissabon.
Voorgesteld wordt voor onderwijs en cultuur, ook van groot belang voor
het concurrentievermogen, 885 miljoen EUR uit te trekken.
Voor veiligheid en bescherming op het gebied van energie en vervoer
zal financiële steun worden uitgetrokken. Voor de ontmanteling van de
nucleaire installaties van het Gezamenlijk Centrum voor Onderzoek
wordt 67 miljoen EUR uitgetrokken. Voorts is voor de ontmanteling van
de kerncentrales Ignalina (Litouwen) en Bohunice (Slowakije) 139
miljoen EUR in de begroting opgenomen.
Voor consumentenbeleid, volksgezondheid en voedselveiligheid en het
opstarten van het nieuwe Europees Centrum voor ziektepreventie en
-bestrijding zal in totaal 120 miljoen EUR worden uitgetrokken.
De nieuwe buitengrenzen en het grotere gebied van vrij verkeer zullen
worden beschermd door acties die steun ontvangen uit het
douaneprogramma, alsmede door meer dan 530 miljoen EUR voor justitie
en binnenlandse zaken, inclusief het visum-informatiesysteem en het
Vluchtelingenfonds. Er blijft 336 miljoen EUR beschikbaar voor de
controle van de buitengrenzen door de nieuwe lidstaten en 13 miljoen
EUR voor een overgangsfaciliteit voor Kaliningrad.
Extern beleid
Voor 2005 heeft de Commissie voorgesteld voor iets meer dan 5,2
miljard EUR aan financiële verplichtingen voor het buitenlandse beleid
aan te gaan, ongeveer hetzelfde niveau als in 2004.
Evenals in 2004 is de Commissie voornemens boven het maximumbedrag van
het financieel kader te gaan voor uitzonderlijke uitgaven in verband
met de steun voor de stabilisatie en wederopbouw van Irak, die
oorspronkelijk niet geprogrammeerd was.
Met dit bedrag kan de steun voor Oost-Europa en Centraal-Azië (515
miljoen) en Latijns-Amerika (315 miljoen) stabiel blijven en het
beleid van goed nabuurschap met de landen van het
Middellandse-Zeegebied en het Midden-Oosten worden verhoogd (in totaal
1070 miljoen EUR, zodat 200 miljoen voor Irak kan worden
uitgetrokken). Na jaren van wederopbouw in de Balkanlanden zal de
steun dalen tot 554 miljoen EUR. De Europese Unie zal hiermee haar
politieke verbintenissen in dit deel van Europa kunnen blijven
nakomen. Met de kredieten voor Azië zal nog steeds steun worden
verleend voor de wederopbouw van Afghanistan (648 miljoen EUR voor de
regio).
met derde landen in migratie-aangelegenheden verhoogd tot 45 miljoen,
wordt de voedselhulp met 4% verhoogd (tot 436 miljoen EUR) en worden
de begrotingsonderdelen voor gezondheid geconsolideerd. In totaal
wordt voor het ontwikkelingsbeleid ten behoeve van de armste landen
meer dan 1 miljard EUR uit de EU-begroting voorgesteld, de ruim 3,4
miljard EUR uit het Europees Ontwikkelingsfonds buiten beschouwing
gelaten. De Commissie stelt voor de vastleggingskredieten voor het
gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid te programmeren op
55 miljoen EUR. De gezamenlijke politiemissie in Bosnië-Herzegovina en
de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië speelt op dit gebied
nog steeds een aanzienlijke rol.
De pretoetredingsstrategie omvat nu Roemenië, Bulgarije en Turkije. De
bijstand aan alle drie de landen zal vanaf 2004 aanzienlijk worden
verhoogd. De pretoetredingssteun voor Roemenië en Bulgarije zal worden
verhoogd tot 1,55 miljard EUR, terwijl voor Turkije 300 miljoen EUR
aan vastleggingskredieten beschikbaar is. Uit deze rubriek zal nog
steeds 1,538 miljoen EUR naar de nieuwe lidstaten vloeien voor de
afronding van pretoetredingsprogramma's die in 2003 of daarvoor zijn
begonnen.
Wat de steun aan Noord-Cyprus betreft, zal de Commissie spoedig moeten
terugkomen met geschikte voorstellen.
Overeenkomstig de besluiten van Kopenhagen zal in de begroting 2005 in
totaal 1,3 miljard EUR aan betalingskredieten worden opgenomen als
compensatie voor de nieuwe lidstaten. Hiermee wordt ervoor gezorgd dat
de nieuwe lidstaten na de toetreding netto-ontvangers zullen blijven.
Het gaat om ongeveer 100 miljoen minder dan in 2004.
Administratieve uitgaven
De geraamde administratieve uitgaven van de instellingen van de
Europese Unie (rubriek 5) bedragen 6,36 miljard, 3,9% meer dan in
2004.
De Commissie vraagt om 700 nieuwe posten in het kader van de
middellangetermijnaanpassing aan de uitbreiding. Ongeveer de helft van
het nieuwe personeel zal voor de talendiensten bestemd zijn. Het
aantal Commissarissen zal worden teruggebracht van 30 tot 25.
De intwerkingtreding van het nieuwe Statuut zal ongeveer 40 miljoen
aan besparingen voor de administratieve begroting van de Commissie
opleveren.
De terugkeer naar het Berlaymontgebouw zal in 2005 32 miljoen EUR aan
huurkosten meebrengen.
Met de invoering van de activiteitsgestuurde begroting zijn de meeste
administratieve uitgaven nu onder het betrokken beleidsterrein
opgenomen, en alleen specifieke uitgaven zoals die voor publicaties of
vertegenwoordigingen zijn nu apart opgenomen.
Volgende stappen:
Volgens de begrotingsprocedure zal de eerste lezing door de Raad
plaatsvinden in juli 2004, gevolgd door de eerste lezing door het
Parlement in oktober. De tweede lezingen vinden plaats in november en
december.
De algemene presentatie van de begroting zal, zodra deze is afgerond,
te vinden zijn op de volgende website:
http://europa.eu.int/comm/budget/furtherinfo/index_en.htm#budget
Section III: the 2004 budget and 2005 PDB by policy area
De tabellen en grafieken zijn beschikbaar in PDF en WORD PROCESSED
(1)
Kredieten die in het lopende begrotingsjaar mogen worden uitgegeven
als gevolg van contracten of overeenkomsten. Sommige
betalingskredieten dienen ter dekking van verplichtingen die in het
verleden zijn aangegaan.
European Commission