Wrak Assi Eurolink sneller verdiept dan verwacht
Rijkswaterstaat heeft het afgelopen weekeinde de werkzaamheden om het
wrak van de Assi Eurolink gedeeltelijk in de zeebodem te laten zakken,
afgerond. In amper twee weken tijd was de klus geklaard, sneller dan
verwacht. Een schip van Rijkswaterstaat heeft gisteren een laatste
controle uitgevoerd. Daaruit bleek dat de waterdiepte boven het wrak
nu 31 meter bedraagt, dat is twee meter dieper dan de vereiste diepte
van 29 meter.
Om deze plaatselijk vereiste nautische gegarandeerde diepte te
herstellen, is aan beide zijden van het wrak zand weggebaggerd.
Hierdoor kon het wrak verder in de bodem zakken. Het werk is
uitgevoerd door de bedrijven Boskalis en Noordhoek. Voor de nieuwe
sleephopperzuiger Prins der Nederlanden van Boskalis was het de eerste
klus, die naar verwachting drie tot vier weken zou duren. Dat het
sneller dan verwacht ging, kwam doordat het schip uitstekend
functioneerde.
Goed weer en betere grondmechanische eigenschappen dan verwacht -
waardoor het zand makkelijk onder het zand vandaan stroomde - waren
twee andere factoren die de werkzaamheden bespoedigden. De kosten van
de operatie vallen hierdoor ongeveer vijftig procent lager uit dan
geraamd.
De controle van de nautische diepte gebeurt door het zogenaamde
railen. Een meetschip vaart over het wrak met onder zich een rail die
horizontaal op de vereiste diepte hangt. Als de rail niets raakt, is
de vereiste diepte een feit. De komende drie jaar zal de diepte van
het wrak jaarlijks gecontroleerd worden. De wrakboeien die de Assi
Eurolink tot nu toe markeerden, worden zo snel mogelijk weggehaald.
Ministerie van Verkeer en Waterstaat