Erasmus


22-04-04: Lepra blijft nog groot gezondheidsprobleem
Wereldgezondheidsorganisatie te optimistisch

Rotterdam, 22 april 2004 - Nieuwe medicatie die rond 1980 tegen lepra is geïntroduceerd leidt slechts tot een langzame daling van nieuwe besmettingen. Dat concludeert Abraham Meima in het proefschrift The Impact of Leprosy Control, waarop hij op 28 april promoveert aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. De conclusies van Meima zijn minder optimistisch dan de verwachtingen van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO). Deze organisatie voert een campagne die er op gericht is lepra in 2005 te elimineren als volksziekte.

Lepra komt nog steeds voor in Azië, Afrika en Zuid-Amerika. Wereldwijd worden jaarlijks zo'n 700.000 nieuwe patiënten ontdekt. De bestrijding van lepra is gericht op het vroegtijdig opsporen en behandelen. Tijdige behandeling leidt tot genezing en kan voorkomen dat patiënten zenuwbeschadigingen en lichamelijke gebreken oplopen. Het aantal mensen met deze aandoeningen wordt desondanks wereldwijd geschat op 3 miljoen.

Rond 1980 kwam krachtige nieuwe medicatie beschikbaar tegen lepra. Dit leidde tot een wereldwijde intensivering van de leprabestrijding. Daarnaast worden jonge kinderen in ontwikkelingslanden sinds de jaren tachtig op grote schaal gevaccineerd met het voor de tuberculosebestrijding ontwikkelde vaccin BCG. Dit vaccin is waarschijnlijk effectiever tegen lepra dan tegen tuberculose, maar hoe sterk de bescherming is en hoe lang deze aanhoudt is onzeker. Abraham Meima onderzocht de invloed van leprabestrijding op de overdracht van lepra en op de met lepra samenhangende zenuwbeschadigingen en lichamelijke gebreken.

De invloed van leprabestrijding op de overdracht van de ziekte bestudeerde hij onder meer aan de hand van de zeer goed gedocumenteerde verdwijning van lepra uit Noorwegen tussen 1850 en 1920. Een geneesmiddel of vaccin was toen nog niet beschikbaar. Het Noorse beleid was gericht op het isoleren van patiënten, een maatregel die tegenwoordig als onethisch wordt beschouwd, en bovendien onnodig is omdat de patiënt kort na de eerste dosis medicijnen niet meer bemettelijk is. Schattingen voor de invloed van het isolatiebeleid op het verdwijnen van lepra uit Noorwegen werden gemaakt met behulp van een epidemiologisch-wiskundig model. Omdat isolatie en behandeling van patiënten allebei overdracht van lepra voorkómen, kon de onderzoeker met dit model scenario's voor de toekomst uitwerken.

In alle toekomstvoorspellingen neemt het jaarlijkse aantal besmettingen en daarmee het aantal nieuw ontstane patiënten per hoofd van de bevolking tussen 2000 en 2020 af. De voorspelde afname varieert tussen 1% en 12% per jaar, afhankelijk van gemaakte aannames. Deze voorspellingen zijn duidelijk minder optimistisch dan de toekomstverwachtingen van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), die ook de basis vormen voor haar beleid. De conclusie van het onderzoek is dat het aantal individuen in de wereld met zenuwbeschadigingen en lichamelijke gebreken ten gevolge van lepra in de komende decennia slechts zeer langzaam zal afnemen.

Promotor: prof.dr.ir. J.D.F. Habbema