Aan de Voorzitter van de
Postadres Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20001 Postbus 20018
2500 EA Den Haag 2500 EA DEN HAAG
Bezoekadres
Binnenhof 19, Den Haag
Contactpersoon
Richard van Zwol
E-mail
r.vanzwol@minaz.nl
Telefoon
070 356 45 18
Fax Datum Kenmerk Onderwerp
070 365 41 74 26 april 2004 04M465659 Overdracht ministeriële verantwoordelijkheid.
Geachte voorzitter,
Op 21 april 2004 heeft de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap met Uw
Kamer van gedachten gewisseld over het rapport van de Commissie
Vervolgonderzoek Rekenschap ( hierna te noemen: de Commissie Schutte) in relatie
tot haar lidmaatschap van het algemeen bestuur van de Stichting Katholiek Hoger
Beroepsonderwijs Zuid-Holland in de periode april 1999 tot juli 2002.
In het debat heeft de minister van OCW de Kamer medegedeeld een deel van haar
verantwoordelijkheid voor de afwikkeling van de Commissie Schutte over te willen
dragen aan de minister van OCW ad interim. Tevens heeft zij toegezegd de Kamer
hierover, na overleg in de ministerraad, nader schriftelijk te informeren.
Op grond van art. 44 van de Grondwet is de minister eindverantwoordelijk voor alle
aangelegenheden betreffende een bepaald beleidsterrein. Een deel van de
bevoegdheden van de minister kunnen ingevolge art. 46, tweede lid van de
Grondwet, worden opgedragen aan een staatssecretaris. Bij besluit van de minister
van OCW van 6 juli 2003 (kenmerk WJZ/2003/24397) is de taakverdeling
vastgesteld tussen de minister en de staatssecretaris van OCW, drs A.D.S.M Nijs
MBA. Op grond van deze taakverdeling is staatssecretaris Nijs o.a. belast met de
Commissie Schutte.
Zoals de minister van OCW op 16 april 2004 (kenmerk PDR/Dir/04/17263) in
antwoord op schriftelijke vragen van de leden Tichelaar, Vergeer en Vendrik aan de
Kamer heeft laten weten, werd in lijn met deze taakverdeling het zelfreinigend
onderzoek en ook het vervolgonderzoek van de Commissie Schutte uitgevoerd onder
verantwoordelijkheid van staatssecretaris Nijs. Wel blijft de minister van OCW
verantwoordelijk voor zo ver het de ambtelijke betrokkenheid van het ministerie
betreft bij de afwikkeling van het rapport van de Commissie Schutte. De minister van
OCW heeft voorts in deze beantwoording aangegeven dat zij uiterste
terughoudendheid zal betrachten bij de besluitvorming rond het nemen van
terugvorderingsbeslissingen ten aanzien van individuele instellingen dan wel het
eventueel doen van aangifte van strafbare feiten in dit verband bij het Openbaar
Ministerie.
Om elke schijn van belangenverstrengeling te voorkomen heeft de minister van
OCW in het debat van 21 april jl. de Kamer voorgesteld een deel van haar
verantwoordelijkheid voor de afwikkeling van het rapport van de Commissie Schutte
over te willen dragen aan de minister van OCW ad interim.
De minister van OCW zal haar verantwoordelijkheid in deze voor zover het betreft
de terugvorderingsbeslissingen ten aanzien van individuele instellingen en het
eventueel doen van aangifte van strafbare feiten in dit verband bij het Openbaar
Ministerie ten aanzien van individuele instellingen, met ingang van heden tot en met
de definitieve afwikkeling overdragen aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn
en Sport, die tevens minister van OCW ad interim is. De minister van OCW blijft
derhalve verantwoordelijk voor de afwikkeling van de overige onderdelen van het
rapport van de Commissie Schutte en de maatregelen die worden genomen met
betrekking tot veranderingen in de bestuurscultuur van het ministerie en de
uitvoering van de motie van het lid Joldersma ( TK 2003-2004, 28 248, nr. 42).
Het besluit van de minister van OCW is tot stand gekomen in nauw overleg met de
minister-president en de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. De
ministerraad heeft in haar vergadering van 23 april 2004 ingestemd met de
overdracht.
Bijgevoegd is het concept-protocol tussen de minister van OCW en de minister van
VWS, waarin de overdracht wordt neergelegd.
De Minister-President,
Minister van Algemene Zaken,
(mr. dr. J.P. Balkenende)
De Minister van Onderwijs,
Cultuur en Wetenschap,
(Maria J. A. van der Hoeven)
De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
(drs. J.F. Hoogervorst)
Pagina
2/4
Concept-Protocol tussen de minister van Onderwijs, Cultuur en
Wetenschap en de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
De minister van OCW en de minister van VWS komen het volgende overeen:
1. De minister van VWS treedt vanaf heden op als minister van OCW ad interim (a.i.) voor de afwikkeling
van het rapport van de Commissie Vervolgonderzoek Rekenschap (hierna te noemen: de Commissie
Schutte), voor zover het betreft de terugvorderingsbeslissingen ten aanzien van individuele instellingen of
het eventueel doen van aangifte in dit verband van strafbare feiten bij het Openbaar Ministerie ten
aanzien van individuele instellingen , totdat deze maatregelenvolledig zijn uitgevoerd.
2. De staatssecretaris van OCW, belast met de portefeuille hoger onderwijs en daarbinnen met de
Commissie Schutte, zal deze laatste taak voor zover het betreft de terugvordering en het eventueel doen
van aangifte, zoals genoemd onder 1, uitoefenen onder de politieke eindverantwoordelijkheid van de
minister van OCW a.i..
3. De minister van VWS zal bij besprekingen over terugvorderingsbeslissingen of het eventueel doen van
aangifte, zoals genoemd onder 1, in de ministerraad of RZWO als minister van OCW a.i. optreden. De
staatssecretaris van OCW zal eveneens aan deze besprekingen deelnemen en de minister a.i. voor dit
onderwerp kunnen vervangen.
4. In de Tweede en Eerste Kamer treedt de staatssecretaris van OCW op als bewindspersoon
verantwoordelijk voor de Commissie Schutte.. Bij afwezigheid van de staatssecretaris zal de minister van
OCW a.i. haar vervangen voor zover het betreft de terugvordering en het eventueel doen van aangifte,
zoals genoemd onder 1.
5. De staatssecretaris van OCW zal de minister van OCW a.i. regelmatig (laten) informeren over relevante
ontwikkelingen en majeure beslissingen in het kader van de terugvordering en het doen van aangifte, zoals
genoemd onder 1.
6. Financiële gevolgen van de uitvoering van maatregelen en andere beleidsbeslissingen ten aanzien van
terugvordering komen ten laste van de begroting van het ministerie van OCW . De minister van OCW
aanvaardt de financiële consequenties van dergelijke maatregelen en beslissingen die de staatssecretaris
van OCW op dit punt neemt onder de politieke eindverantwoordelijkheid van de minister van OCW a.i..
7. Eventuele gevolgen van maatregelen en beleidsbeslissingen ten aanzien van tergvordering voor de inzet
van personele en materiële middelen binnen het ministerie van OCW worden eveneens binnen dat
ministerie opgevangen.
Pagina
3/4
8. Voor de ambtelijke inzet en het handelen van ambtenaren op dit dossier is de secretaris-generaal van het
ministerie van OCW verantwoordelijk. Hij legt in voorkomende gevallen daarover verantwoording af aan de
minister van OCW a.i.
's-Gravenhage, april 2004
De minister van Onderwijs, Cultuur en De minister van Volksgezondheid, Welzijn en
Wetenschap Sport
(Maria J.A. van der Hoeven) (drs J.F. Hoogervorst)
Pagina
4/4
Ministerie van Algemene Zaken