Prognose: minder gevaarlijke stoffen over bestaand spoor door
Betuweroute
De opening van de Betuweroute in 2007 zal op de bestaande spoorroutes
tot een afname leiden van het vervoer van gevaarlijke stoffen. Op
sommige routes wordt een afname van zestig tot honderd procent
verwacht. Dat blijkt uit een prognose die ProRail heeft gemaakt van
het vervoer van gevaarlijke stoffen over het spoor zoals LPG, benzine
en ammoniak.
De nieuwe prognose geeft een beeld van het verwachte vervoer van
gevaarlijke stoffen over het spoor, op basis van verwachtingen uit de
markt. De minister heeft de prognose ter kennisneming aan de Tweede
Kamer gestuurd.
Bij het maken van de prognose is rekening gehouden met de opening van
de Betuweroute, waardoor op andere spoorlijnen minder vervoer van
gevaarlijke stoffen wordt verwacht. Het rapport neemt als voorbeeld
het vervoer van gevaarlijke stoffen op de Brabantroute
(Breda-Eindhoven-Venlo) met en zonder de Betuweroute. Voor sommige
soorten gevaarlijke stoffen blijkt dat de openstelling van de
Betuweroute zal leiden tot een afname van zestig tot honderd procent
van het vervoer via de Brabantroute. Overigens verwacht de markt dat
over de Brabantroute en andere spoorlijnen gevaarlijke stoffen
vervoerd blijven worden, maar de hoeveelheid zal minder zijn dan
zónder Betuweroute.
De prognose houdt geen rekening met mogelijke toekomstige
overheidsmaatregelen. Twee initiatieven kunnen van invloed zijn op
deze vervoersstromen. De eerste is de regeling Regulering Vervoer
Gevaarlijke Stoffen per spoor. Deze stelt een maximum aan het vervoer
van gevaarlijke stoffen over bepaalde spoorlijnen. De regeling is nog
in de maak; de invoering wordt verwacht rond 2006. Daarnaast kijken -
in het kader van het project Ketenstudies - verschillende overheden en
producenten of er vervoerstromen kunnen worden opgeheven door
bijvoorbeeld productie en verwerkingsfabrieken dicht bij elkaar te
zetten. Zoiets is al gedaan, om het vervoer van chloor te verminderen.
Beide onderzoeksrapporten worden in de eerste helft van 2004 aan de
Kamer gezonden.
Ministerie van Verkeer en Waterstaat