Toespraak door staatssecretaris M. Rutte van Sociale Zaken en 1996
Werkgelegenheid bij de Sectorfondsen Zorg en Welzijn op 26 april 2004 in
Utrecht. Abonneren
Persberichten
Fantastisch dat u met zovelen naar dit congres over ESF-subsidies bent
gekomen.
Dat wijst op grote belangstelling voor het Europees Sociaal Fonds in de
zorg- en welzijnssector. Die belangstelling voor ESF duidt er op haar
beurt op dat u doordrongen bent van het belang van opleidingen voor het
goed functioneren van uw medewerkers en dus uw instellingen.
U wordt vandaag geïnformeerd over alles wat u wilt weten over
ESF-subsidies. U krijgt te horen hoe u valkuilen kunt vermijden, de
bureaucratie kunt minimaliseren, zo effectief mogelijk te werk kunt
gaan met ESF.
Een aantal van u heeft al ervaring opgedaan met het financieren van
scholingsprojecten met geld uit het Europees Sociaal Fonds. In totaal
heeft de sector inmiddels voor bijna 36 miljoen euro aan
projectaanvragen ingediend of in voorbereiding. Voor zo'n grote sector
als de uwe is dat niet echt veel.
Ik houd het nog even geheim tot na mijn toespraak, maar er zijn ook al
enkele projecten wat de ESF-subsidie betreft helemaal rond. In deze
zaal zitten dus enkele gelukkigen aan wie ik straks een symbolische
cheque - met de sterke nadruk op symbolisch - kan overhandigen.
De afgelopen jaren hebt u zich terughoudend opgesteld tegenover ESF.
Dat zal te maken hebben met de reputatie van het oude ESF. Inmiddels
kennen we eenvoudigere procedures voor de aanvragers. Dat is dus winst.
Ik hoop wel dat de winst van de simpelere procedures niet ongedaan
wordt gemaakt doordat u zelf als sector een aantal nieuwe
bureaucratische drempels gaat opwerpen.
Want het is belangrijk dat u in uw sector veel aandacht besteedt aan
scholing. Kennis veroudert door voortschrijdende technische vooruitgang
en door nieuwe inzichten steeds sneller. Aan de andere kant is het in
toenemende mate noodzakelijk dat mensen langer blijven werken.
Voor uw sector komt daar nog eens bij dat die de komende jaren blijft
groeien, dat uw behoefte aan personeel toe zal blijven nemen. Werkt nu
één op de acht mensen in de zorg, over ruim tien jaar is dat één op de
vier. Als we die voorspelling mogen geloven gaat van elke vier
Nederlanders die de arbeidsmarkt betreden er straks één naar uw sector.
Het is natuurlijk ondenkbaar dat mensen veertig jaar of langer kunnen
volstaan met de kennis die ze in hun schooljaren hebben opgedaan.
Scholing tijdens de loopbaan zal naar mijn vaste overtuiging voor
steeds meer beroepen in steeds meer sectoren de gangbare praktijk
worden. Werken en leren niet na elkaar, maar afwisselend.
Geld voor scholing uit het Europees Sociaal Fonds is in ruime mate
voorhanden. Volgende maand verwachten we de beschikking van de EU in
Brussel die het mogelijk maakt ook scholing die is gericht op het
voorkomen van ziekte of arbeidsongeschiktheid mede te financieren met
ESF-middelen. Daar valt ook scholing onder om veiliger werken te
bevorderen. Daarmee is in Nederland nog de nodige winst te behalen. Ook
in de zorg, ook in de welzijnssector.
U bent er de afgelopen jaren in geslaagd ziekteverzuim en
arbeidsongeschiktheid in beduidende mate terug te dringen. De Wet
verbetering poortwachter en een reeks initiatieven binnen de sector,
zoals arboconvenanten, hebben hun positieve uitwerking op het verzuim
en de instroom in de WAO niet gemist.
Beide zijn beduidend teruggelopen, sterker teruggelopen dan de
landelijke daling. Bij de WAO is zelfs sprake van een spectaculaire
afname. In 2002 raakten nog meer dan 17.000 werknemers in de zorg
arbeidsongeschikt. Vorig jaar is dat gedaald tot minder dan 11.000.
Toch torende de sector als geheel vorig jaar met een gemiddeld
ziekteverzuim van 6,2 procent nog wel uit boven het gemiddelde in het
bedrijfsleven van 4,8 procent.
Verdere daling van het verzuim moet niettemin mogelijk zijn. Want er
zijn in alle deelbranches van uw sector instellingen die het gelukt is
het ziekteverzuim te verminderen tot onder de vier procent. En er zijn
instellingen die een WAO-instroom kennen van minder dan een half
procent. Ik denk dat het mogelijk moet zijn met goede
opleidingsprogramma's beide cijfers voor de zorg- en welzijnssector
verder te laten dalen.
Ik heb bij mijn bezoeken aan zorginstellingen gezien en gehoord dat uw
sector bezig is met een interessante cultuuromslag op het gebied van
tillen. Een omslag die hoofdzakelijk inhoudt dat tilhandelingen voor
een groot deel kunnen worden voorkomen. Dat is een stuk lastiger dan
het op het eerste gezicht lijkt. Leren iets niet meer te doen is voor
de mens met zijn ingesleten gewoonten helemaal niet zo simpel.
Op veel afdelingen in de zorgsector heeft de ergo-coach zijn intrede
gedaan om de mensen te leren minder of beter te tillen. Heel belangrijk
om arbeidsongeschiktheid door rugklachten te voorkomen.
De trainingen die de ergo-coaches geven kunnen door het ESF worden
gesubsidieerd. En dat geldt ook voor de opleiding van de ergo-coaches.
En omdat een goed verzuimbeleid alleen echt kan slagen als de mensen
die de leiding hebben er serieus werk van maken, kunt u ook voor hun
training ESF-subsidie aanvragen.
Ziekte en arbeidsongeschiktheid kunnen ook worden aangepakt door de
agressie en het geweld waar de zorg helaas vaak mee te maken heeft
beter te beheersen. Voor gedragstrainingen kunt u ook een beroep doen
op subsidie van het Europees Sociaal Fonds. En er is ook ESF-geld voor
trainingen om mensen die met agressie en geweld te maken hebben gehad
goed op te kunnen vangen.
Investeren in verbetering van de arbeidsomstandigheden loont. Ik had
het al over de groei die de sector zorg en welzijn de komende jaren zal
doormaken. Groei bij een dalend arbeidsaanbod. Het is nu, met een
oplopende werkloosheid, moeilijk je dat voor te stellen, maar u krijgt
weldra grote problemen bij het werven van personeel.
Dus zijn er twee goede redenen om alles op alles te zetten om
ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid tot het minimale te beperken. De
eerste is dat u het personeel dat vandaag bij u in dienst is, zo lang
mogelijk aan het werk wilt proberen te houden.
Dat is dus tot 65 of tot bijna 65.
Tweede goede reden is dat u zich met uw instelling wilt onderscheiden
van uw collega's in dezelfde sector of in naastgelegen sectoren. Het
helpt dan als uw instelling niet alleen bekend staat om haar goede
beloning, want die deelt de instelling met alle CAO-genoten. U scoort
met die extra stap die u wel en die uw collega niet heeft gezet. U
scoort met uw reputatie op het gebied van arbeidsomstandigheden.
Sollicitanten willen werken bij uw instelling omdat ze weten dat ze
daar prettig, veilig en gezond kunnen werken.
Er is nu een ESF servicecentrum voor de sectorfondsen zorg en welzijn.
Daardoor moet het gemakkelijker worden voor u om gebruik te maken van
de ESF-subsidies.
Als sector zorg en welzijn biedt u werk aan 1,3 miljoen mensen. En dat
zullen er binnenkort nog meer zijn. In het belang van al die werknemers
en om de kwaliteit van hun werk hoog te houden, daag ik u uit zoveel
mogelijk opleidingsprojecten aan te melden. En om te laten zien dat het
echt werkt, ga ik nu enkele cheques uitdelen.
---
101-63
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid