De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
uw brief van
uw kenmerk
ons kenmerk
DP. 2004/541
datum
23-04-2004
onderwerp
Tweede Voortgangsrapportage reconstructie 2004
TRC 2004/3192
bijlagen
Geachte Voorzitter,
Met mijn brief van 8 maart 2004 heeft u de eerste halfjaarlijkse
rapportage ontvangen over de voortgang van de reconstructie. Gezien
recente ontwikkelingen zend ik u mede namens mijn collega's van VROM
en V&W nu reeds de tweede voortgangsrapportage van 2004.
datum
23-04-2004
kenmerk
DP. 2004/541
bijlage
Sinds de aanvaarding van de Reconstructiewet door het Parlement is
door de provincies gewerkt aan de uitvoering ervan door de
ontwikkeling van de reconstructieplannen. Het moment is nu daar dat de
omslag gemaakt gaat worden van de planvorming naar de uitvoering. De
provincie Limburg heeft haar reconstructieplan inmiddels aan het rijk
ter goedkeuring aangeboden. Op 22 april 2004 is de goedkeuring van het
reconstructieplan aan de provincie Limburg kenbaar gemaakt. Binnen
enkele maanden volgt de ondertekening van een vierjarige afspraak met
deze provincie aangaande de uitvoering, die bij de inwerkingtreding
van het Investeringsbudget Landelijk Gebied (ILG) vervangen zal worden
door een ILG-contract.
Medio dit jaar zal Overijssel haar plan gereed hebben; tot de eerste
helft van 2005 volgen de overige plannen.
De afgelopen tijd is door het rijk, de provincies, de VNG en de Unie
van Waterschappen intensief van gedachten gewisseld over de te
realiseren doelen, de beschikbare middelen, prioritering en over de
start van de uitvoering. De kaders voor de uitvoering zijn besproken
en daarbij zijn de volgende aandachtpunten aan de orde geweest:
* ontwikkelingsgericht werken;
* inspelen op nieuw beleid;
* langetermijnafspraken;
* adequaat instrumentarium;
* inzet en consequenties van de zonering;
* veterinaire aspecten.
Ontwikkelingsgericht werken
Rijk en provincies hebben afgesproken om de reconstructie niet zodanig
op te zetten dat een eenmaal vastgesteld plan rigide gedurende 12 jaar
wordt uitgevoerd. De gewenste werkwijze behelst een regelmatige
toetsing en vervolgens bijstelling indien noodzakelijk. Dit zal een
goede uitvoering ondersteunen. Uitvoering en ontwikkeling zullen hand
in hand gaan.
Tevens hebben we gezamenlijk geconcludeerd dat met de omslag van
planvorming naar de uitvoering de rol van de gemeenten en
waterschappen sterk zal toenemen.
Inspelen op nieuw beleid
Onderdeel van het ontwikkelingsgericht werken is het inspelen op nieuw
beleid en nieuwe ontwikkelingen. Voor de korte termijn kan gedacht
worden aan de Wet Ammoniak en Veehouderij (WAV), het nieuwe mestbeleid
in relatie tot de Nitraatrichtlijn en de Kaderrichtlijn Water. De
reconstructieplannen en de bijbehorende uitvoeringsprogramma's zullen
zodanig opgezet worden dat op dergelijke ontwikkelingen ingespeeld kan
worden. Met de provincies is afgesproken om echte formele
planherzieningen en daarmee de onderlinge bestuurslast zoveel mogelijk
te vermijden.
Langetermijnafspraken
Conform de Reconstructiewet zullen meerjarig bestuurlijke afspraken
gemaakt worden over de uitvoering van de reconstructie. Kern van de
afspraken vormt de inzet van rijksmiddelen ter verwezenlijking van
rijksdoelen zoals opgenomen in het meerjarenprogramma van de Agenda
Vitaal Platteland. Gezien het feit dat de komende maanden de plannen
geleidelijk ter goedkeuring voorgelegd gaan worden is er in overleg
met de provincies voor gekozen om de rijksmiddelen voorlopig op basis
van een door de provincies voorgestelde verdeelsleutel beschikbaar te
stellen. Met de inwerkingtreding van het ILG wordt de omslag gemaakt
om op basis van de nog te verwezenlijken rijksdoelen financiën
beschikbaar te stellen.
Adequaat instrumentarium
Uiteraard is het noodzakelijk dat het juiste instrumentarium
beschikbaar is voor de uitvoering van de reconstructie. Uitgangspunt
hierbij is het huidige beschikbare instrumentarium. Diverse partijen
hebben inmiddels suggesties aangedragen voor additioneel
instrumentarium. Met de provincies is afgesproken deze suggesties de
komende periode nader te verkennen. Hierbij zal in ieder geval
innovatie extra aandacht krijgen en ook de stroomlijning van de
vergunningverlening ('beperken van een hindermacht').
Inzet en consequenties van de zonering
Met het aanwijzen van extensiverings-, verwevings-, en
landbouwontwikkelingsgebieden ontstaat een goede mogelijkheid om zowel
de kwaliteit van de gebieden als hun economische ontwikkeling te
stimuleren. Met de provincies is een systematiek afgesproken waarbij
enerzijds succesvolle planschadeclaims tot een minimum beperkt kunnen
worden en anderzijds terughoudendheid betracht wordt met het aantal
bedrijfsverplaatsingen.
Veterinaire aspecten
In de eerste tussenrapportage van 8 maart jl. is gemeld dat, in het
licht van het gewijzigde EU-beleid inzake vaccinatie bij de uitbraak
van varkenspest, Alterra/CIDC-Lelystad nut en noodzaak van
varkensvrije zones zou bezien. Tevens zou daarbij de juridische
component in ogenschouw genomen worden. Uit de rapportage en de
juridische analyse is de conclusie getrokken om af te zien van de
effectuering van de varkensvrije zones. Dit kan overigens zonder de
aanpassing van de Reconstructiewet.
De minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit,
dr. C.P. Veerman
PDF-versie van de brief
Voor downloaden van PDF-bestanden:
Zie het origineel
Tweede Voortgangsrapportage reconstructie 2004 (PDF-formaat, 51 kB)
---
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit