Ingezonden persbericht
(23 april 2004 - Bericht van Platform Tegen de 'Nieuwe Oorlog')
P E R S B E R I C H T
Platform ondersteunt hoger beroep vredesactivist
Utrecht, 23 april 2004 - Op maandag 26 april 2004 om 09.30 uur
dient voor het Gerechtshof te Den Haag, Prins Clauslaan 60,
in hoger beroep de veroordeling van mr. Meindert Stelling,
voorzitter van de Vereniging van Juristen voor de Vrede,
terzake van diens deelname aan een actie van het
Platform tegen de 'Nieuwe Oorlog' en het Iraaks Platform
in Nederland, op 25 juni 2003 te Den Haag. Op die datum werden
bij het gebouw van de Tweede Kamer pamfletten uitgedeeld waarin
het Iraaks Platform in Nederland, aangesloten bij het Platform
tegen de 'Nieuwe Oorlog', zich uitsprak tegen de uitzending van
Nederlandse militairen naar Irak. Dit met het oog op het debat
in de Tweede Kamer dat die dag over de uitzending van
Nederlandse troepen werd gehouden. Mr. Stelling weigerde gevolg
te geven aan de opdracht van een politiefunctionaris om de
uitreiking van pamfletten te staken, omdat hierbij de in de
Grondwet gegarandeerde vrijheid van meningsuiting in het
geding was. ,,Die vrijheid kan niet door een willekeurige
actie van de politie worden beknot'', aldus Stelling.
Het gaat in deze strafzaak om een principiële kwestie. In
de eerste plaats is de vraag aan de orde of de
pamfletuitreiking onder de bescherming van art. 7 Grondwet
(vrijheid van meningsuiting) viel, of zou moeten worden
aangemerkt als een betoging in de zin van art. 9 Grondwet.
Dit laatste zou dan moeten worden gebaseerd op het gegeven
dat degenen die de pamfletten uitreikten, allen een wit
T-shirt droegen met daarop de teksten 'Geen troepen' en
'Irakezen baas in eigen land'. Het dragen van eenzelfde
T-shirt zou dan moeten worden beschouwd als een collectieve
meningsuiting, waarop art. 9 Grondwet en de Wet openbare
manifestaties van toepassing zouden zijn.
Indien de actie als betoging zou moeten worden beschouwd,
gaat het in de strafzaak tegen mr. Stelling in de tweede
plaats om de vraag of de opdracht kan worden gegeven een
betoging te ontbinden omdat daarvoor geen vergunning is
verleend. Art. 9 Grondwet en de Wet openbare manifestaties
stellen namelijk niet de eis dat voor een betoging een
vergunning moet zijn verkregen. De politie baseerde zich op
25 juni 2003 bij de opdracht om de pamfletuitreiking te
staken uitdrukkelijk op het standpunt dat voor de betoging
geen vergunning was verleend. Ook de officier van justitie
ging daarvan uit toen de strafzaak op 7 oktober 2003 in
eerste aanleg diende voor de politierechter te Den Haag.
Hoewel de politierechter door mr. Stelling er uitdrukkelijk
op is gewezen dat de Wet openbare manifestaties niet rept
over vergunning en dat een betoging uitsluitend kan worden
verboden ter bescherming van de gezondheid, in het belang
van het verkeer of voorkoming van wanordelijkheden, heeft
de politierechter in zijn vonnis van 21 oktober 2003
geoordeeld dat de gegeven opdracht in overeenstemming met
de wet was.
Op dit laatste punt zal mr. Stelling in hoger beroep in
ieder geval hard reageren. Willens en wetens is de
politierechter eraan voorbijgegaan dat de opdracht de
pamfletuitreiking te staken, niet was gebaseerd op één van
de gronden die in art. 9 Grondwet zijn aangegeven en in
art. 2 Wet openbare manifestaties zijn herhaald. Daarmee
heeft de politierechter in zijn vonnis van 21 oktober 2003
naar de mening van mr. Stelling valsheid in geschrifte
gepleegd. De politierechter heeft zijns inziens daarmee
eveneens gehandeld in strijd met art. 6 Europees Verdrag
tot bescherming van de rechten van de mens en de
fundamentele vrijheden, welk artikel een eerlijke en
onpartijdige rechtspraak vereist.
Overigens moet deze rechtszaak worden gezien in het licht
van de steeds verder gaande repressie van meningsuitingen
en betogingen, die zich in de visie van het Platform tegen
de 'Nieuwe Oorlog' lijkt af te tekenen. Met name in Den
Haag wordt telkens met onevenredig politieoptreden
gereageerd en worden de vrijheid van meningsuiting en
vrijheid van betoging geconfronteerd met ongrondwettige
belemmeringen. Het Platform tegen de 'Nieuwe Oorlog' acht
dit een zorgwekkende ontwikkeling, waartegen verzet dient
te worden geboden.
-------
Noten voor de pers
Woordvoerders over deze rechtszaak zijn:
Mr. Meidert Stelling, 0172-473687
Namens het Platform Tegen de 'Nieuwe Oorlog': Jan Schaake,
030-2316666
Meer over (de activiteiten van) het Platform Tegen de
'Nieuwe Oorlog' op: http://www.wereldcrisis.nl
(einde persbericht)
-- Bericht verzonden door
Omslag Werkplaats voor Duurzame Ontwikkeling
voor Platform Tegen de 'Nieuwe Oorlog'