Persbericht Universiteit Utrecht
Faculteit Biologie
23 april 2004
Faculteit licht 'markt' voor Biologen door
Huidige tijd vraagt om veelzijdige Biologen
De moderne bioloog vindt zijn carrièrepad vooral in multidisciplinaire omgevingen waarbinnen hij of zij de biologische component inbrengt. Biologen zullen vaak betrokken zijn bij gecompliceerde maatschappelijke besluitvormingsprocessen, waarbij veelvuldig over de grenzen van het eigen vakgebied heengekeken moet worden. Goede communicatieve vaardigheden zijn hierbij essentieel evenals een brede kennis van nationale en internationale regelgeving over natuur- en soortenbehoud. Dit blijkt uit een onderzoek dat de faculteit Biologie van de Universiteit Utrecht heeft laten uitvoeren naar de eisen die toekomstige werkgevers stellen aan pas afgestudeerde Biologen.
Dit werkgeversonderzoek (WGO) richt zich met name op de behoeften die leven bij werkgevers in de Groene Sectoren van onze samenleving, zoals terreinbeherende- en natuurbeschermingsorganisaties (inclusief overheden en adviesbureaus op dit terrein) in Nederland. Een opvallende uitkomst van het onderzoek is dat van biologen nog altijd een gedegen kennis van soorten en hun ecologie wordt verwacht. Daarnaast wordt kennis gevraagd over het ontstaan van het Nederlandse landschap met de daarbij behorende maatschappelijke en culturele waarden.
Bachelormaster
Met dit onderzoek wil de faculteit Biologie een juist beeld krijgen van de veranderende rol van biologen in maatschappelijke beleids- en besluitvormingsprocessen in relatie tot natuur en milieu. De bevindingen uit het WGO sluiten aan bij de plannen binnen de faculteit voor vernieuwing van de bachelormaster Biologie. Uitgangspunt bij deze vernieuwing is dat studenten zich tijdens de bachelor kunnen oriënteren en profileren op deelgebieden binnen de Biologie. Na een eerste algemeen jaar kan de student een studieadviespad volgen, dat een oriëntatie en verdieping geeft op een van de masters van de Biologie. Zo'n studieadviespad kent een of twee verplichte kerncursussen, waarin de student de basiscompetenties voor een masteropleiding krijgt.
Cursussen
Het rapport suggereert de volgende studieadviespaden voor de groene sector: Groene Planologie; (Inter) Nationale Biodiversiteits management en Natuur- en Milieueducatie. Daarnaast heeft de student de keuze uit een scala van cursussen binnen en buiten de opleiding biologie. Zo is er de mogelijkheid om biologische cursussen te volgen, maar de student kan ook kiezen voor juridische, economische, of voorlichtingsrichtingen. De student bepaalt zelf in welke richting hij zich wil ontwikkelen.
Beroepspraktijk
In de nieuwe bachelor is competentiegericht onderwijs het uitgangspunt; kennis, vaardigheden en houding die nodig zijn voor het beroep van bioloog worden in beroepsechte situaties geleerd. Bijvoorbeeld door ecologisch onderzoek uit te voeren, een bijdrage te leveren aan inrichtingsplannen voor het Groene Hart, of mee te schrijven aan toekomstige natuurbeheersplannen en publieksprogramma's voor Nationale Parken. In de masters kunnen de studenten zich vervolgens ontwikkelen tot deskundige in een van de deelgebieden, waarbij er verdere differentiatie mogelijk is in onderzoek, management of educatie. Het werkveld geeft aan dat zij zit te wachten op deze nieuwe afgestudeerden. De Faculteit Biologie wil de student en het werkveld met de nieuwe plannen op maat bedienen.
WGO binnen de 'Groene Sector'
Werkgeversonderzoek tbv inrichting bachelormaster-opleiding Biologie
Auteurs: drs. Ing. Vijko Lukkien en mw. Pipasi Jeurissen.
Meer informatie: Vijko Lukkien, (030) 253 7436, v.p.a.lukkien@bio.uu.nl
Voorlichter Johan Vlasblom, (030) 253 4073, j.vlasblom@csc.uu.nl
Universiteit van Utrecht